De spoorlijn Gent-Brussel via Aalst

in de Belgische spoorwegpolitiek.

 

Danny Mattheeuws

 

Scriptie voorgelegd aan de Faculteit Letteren en Wijsbegeerte,
voor het behalen van de graad van
Licentiaat in de Geschiedenis.

Academiejaar: 1996-1997

Universiteit Gent

Promotor: 

 

home

lijst scripties

inhoud

volgende

 

INLEIDING

 

1.    Probleemstelling

2.     Werkwijze en opbouw van de verhandeling

BIBLIOGRAFIE

I. Bronnen

    1. Uitgegeven bronnen

    2. Onuitgegeven bronnen

 

II. Literatuur

 

HOOFDSTUK 1  POLITIEK-ECONOMISCHE EVOLUTIE VAN BELGIE 1830-1880

A. Politieke evolutie

   1. De Belgische Onafhankelijkheid

   2. De periode van het unionisme

   3. De liberale periode

B. De economische ontwikkeling

   1. De industrie

   2. Het bankwezen

 

HOOFDSTUK 2 DE BELGISCHE STAATSSPOORWEGEN

A. Transport na de Belgische Revolutie

B. Eerste plannen voor de aanleg van een spoorweg

C. Laatste fase in de planning onder minister Rogier

D. Het wetsontwerp van 19 juni 1833 en de centrale sectie

E. De besprekingen in de Kamer

    1. Voorstanders van het project

   2. Tegenstanders van het wetsontwerp

   3. Goedkeuring van het ontwerp

F. De besprekingen in de Senaat

G. Verdere ontwikkeling van het Belgische staatsspoorwegnet

   1.Exploitatie door de staat?

 

HOOFDSTUK 3 PRIVE SPOORWEGEN 1830-1850  

A. Wettelijke regeling van de concessies

         1. De wet van 18 juli 1832

B. De eerste private spoorlijnen

     1. Algemene ontwikkeling

     2. Ontwikkeling per lijn

C. Verhouding tussen de maatschappijen en de staat

    1. Aanleg van de lijn

    2. Exploitatie van de lijn

    3. Opname van de privé lijnen in de staatsspoorwegen

 

HOOFDSTUK 4 REGIONALE FASE

A.  De ligging van Aalst

B. Het kanaalproject van Dubois-Nihoul

C. Het Mémoire van de stad Aalst

D. Het spoorwegproject in de Dendervallei: april 1845

E. Plannen voor de verbinding Gent-Brussel via Aalst: april 1845 tot februari  1846

 

HOOFDSTUK 5 NATIONALE FASE  

A. Het rapport van Desart

  1.  Het belang van het reizigersvervoer

  2. Een nieuwe rol voor Brussel in het spoorwegnet

  3. De plaats van Aalst en Denderleeuw in de Belgische spoorwegen

  4. Wijze van aanleg

  5. Conclusie van het rapport

B. reacties op het rapport

     1. Reactie in de Kamer

    2. Reactie van Dendermonde

 

HOOFDSTUK 6 FALING VAN DE S.A. DU CHEMIN DE FER ET DU CANAL DE LA VALLEE DE LA DENDRE EN DE GEVOLGEN VOOR DE SPOORLIJN GENT-BRUSSEL

A. Het onstaan van de S.A.

B. Faling van de maatschappij

C. De reacties op de faling

   1.Kritiek van Delaveleye op de concessieverlening

   2. Nieuwe discussie in het parlement

   3. Eerste goedkeuring van de spoorlijn Gent-Brussel

D. Verdere ontwikkelingen tot 1850

 

HOOFDSTUK 7 GOEDKEURING VAN DE SPOORLIJN GENT-BRUSSEL

A. Voorbereidende fase: 1850

B. De wet van 12 december 1851

   1. Inhoud van het wetsontwerp

C. Besprekingen in de Kamer

   1. Algemene bespreking van het wetsontwerp

   2. De discussie over de spoorlijnen Gent-Brussel en Aat-Dendermonde

D. De besprekingen in de Senaat

 

HOOFDSTUK 8 DE BELGISCHE SPOORWEGEN 1850-1876

A. Algemene ontwikkeling

B. De exploitatie van de spoorwegen door de staat

   1. Periode tot 1852

   1.1. Algemene ontwikkeling

   1.2. Evolutie per lijn

   2. Periode tot 1869

   2.1. Algemene ontwikkeling

   2.2. Ontwikkeling per lijn

 

HOOFDSTUK 9  DE S.A. DES CHEMINS DE FER DE DENDRE-ET-WAES ET DE BRUXELLES A GAND PAR ALOST=: 1852-1877

A. Ontstaan van de maatschappij

B. Opheffing van de S.A. du chemin de fer et du canal de la vallée de la Dendre

C. De Belgische periode= in de spoorwegconcessies

D. De werking van de S.A. des chemins de fer de Dendre-et-Waes et de Bruxelles à Gand par   Alost

 E. De exploitatie van de spoorlijnen

   1. Periode van aanleg: 1852-1856

   2. Periode 1857-1872

 

BESLUIT

 

home

lijst scripties

inhoud

volgende