De monarchie op het schavot.
Kritische analyse van de argumentatie in
het debat
rond de vervolging van Louis XVI.
Eva Catteeuw
Scriptie voorgelegd aan de Faculteit Letteren,
voor het behalen van de graad van
Licentiaat in de Geschiedenis.
Academiejaar: 1996-1997
Katholieke Universiteit Leuven
Promotor: Prof.
Dr. D. Van den Auweele
Co-promotor: Prof. Dr. F. Stevens
home | lijst scripties | inhoud | volgende |
Deel I Naar het einde van de monarchie
Hoofdstuk 1: Koning Louis XVI
Hoofdstuk 2: Afschaffing van het koningschap
2.1 Ontsnappingspoging naar Varennes
2.2 Bloedbad op het Champ-de-Mars
2.3 Inname van de Tuileriën op 20 juni
2.4 De gebeurtenissen van de 10de augustus
Hoofdstuk 3: Discours voor en tegen de afschaffing van het koningschap
3.1 Betoog van Torné
3.2 Betoog van Lafont
3.3 Betoog van Gensonné
3.4 Betoog van Tenon
Deel II Onttroonde koning in opspraak
Hoofdstuk 1: Aanloop tot het proces van de koning
Hoofdstuk 2: Rapport van het Comité de Législation, redevoering van Mailhe
Hoofdstuk 3: Start van het proces
Deel III Debatten in het proces
Hoofdstuk 1: De Archives Parlementaires, een unieke bron
Hoofdstuk 2: Actoren: Verschillende fracties in de Convention nationale
2.1 Links georiënteerde bewegingen : Jacobins en Club des Cordeliers
2.1.1 Jacobins
2.1.2 Club des Cordeliers
2.2 Gironde
2.3 Montagne
2.4 Plaine
2.5 Koningsgezinden
Hoofdstuk 3: Argumentatie
A Koninklijke onschendbaarheid
1 Debat over de koninklijke onschendbaarheid
2 De Fracties over de koninklijke onschendbaarheid
2.1 Jacobins over de koninklijke onschendbaarheid
2.2 Girondins over de koninklijke onschendbaarheid
2.3 Montagnards over de koninklijke onschendbaarheid
2.4 Afgevaardigden van de Plaine over de koninklijke onschendbaarheid
2.5 Koningsgezinden over de koninklijke onschendbaarheid
2.6 Besluit
3 Analyse van de argumentatie over de koninklijke onschendbaarheid
3.1 contra
3.1.1 Interpretatie van de aard van de onschendbaarheid
3.1.2 Onmogelijkheid van het bestaan van de onschendbaarheid
3.1.3 Nationale soevereiniteit versus onschendbaarheid
3.1.4 Onschendbaarheid als onderdeel van een verbroken sociaal pact
3.1.5 Onschendbaarheid deel uitmakend van geloof,
3.1.6 Onschendbaarheid versus andere wetten en principes
3.1.7 Andere
3.2 pro
3.2.1 Absoluut karakter van de onschendbaarheid
3.2.2 Ontoegelaten interpretaties en belang van naleving van wetten
3.2.3 Noodzakelijkheid van het bestaan van onschendbaarheid
B Grondwet
2 De fracties over de grondwet
2.1 Jacobins over de grondwet
2.2 Girondins over de grondwet
2.3 Montagnards over de grondwet
2.4 Afgevaardigden van de Plaine over de grondwet
2.5 Koningsgezinden over de grondwet
2.6 Besluit
3 Analyse van de argumentatie over de grondwet
3.1 Grondwet als verantwoording voor inbeschuldigingstelling
3.2 Betwisting van de grondwet
3.2.1 Geen aanvaarding
3.2.2 Onmogelijke geldigheid
3.2.3 Ongebondenheid van natie aan grondwet
3.2.4 Interpretatie van stilzwijgen
3.2.5 Nationale soevereiniteit versus constitutie
3.2.6 Grondwet als overeenkomst van rechten en plichten
3.2.7 Déclaration des droits versus constitutie
3.3 Grondwet contra inbeschuldigingstelling
3.3.1 Aanvaarding
3.3.2 Geldkracht van de grondwet
3.3.3 Grondwet versus nationale soevereiniteit
3.3.4 Andere
1 Debat over de eis van een voorafbestaande repressieve wet
2 De fracties over de eis van een voorafbestaande repressieve wet
2.1 Jacobins over de eis
2.2 Girondins over de eis
2.3 Montagnards over de eis
2.4 Afgevaardigden van de Plaine over de eis
2.5 Koningsgezinden over de eis
2.6 Besluit
3 Analyse van de argumentatie over de eis van een voorafbestaande repressieve wet
3.1 Principe van noodzaak aan een voorafbestaande repressieve wet
3.1.1 Pro
3.1.2 Contra
3.2 Toevlucht tot andere wetten
3.2.2 Contra
D Overige argumenten voor de vervolging van de koning
E Bevoegdheid van de Convention nationale als rechtsprekend orgaan
1 Debat over de bevoegdheid van de Convention nationale als rechtsprekend orgaan
2 De Fracties over de bevoegdheid van de Convention nationale als rechtsprekend orgaan
2.1 Jacobins over de bevoegdheid van de Convention
2.2 Girondins over de bevoegdheid van de Convention
2.3 Montagnards over de bevoegdheid van de Convention
2.4 Afgevaardigden van de Plaine over de bevoegdheid van de Convention
2.5 Koningsgezinden over de bevoegdheid van de Convention
2.6 Besluit
3 Analyse van de argumentatie over de bevoegdheid van de Convention nationale
3.1 Contra Convention nationale als rechtbank
3.1.1 Onbevoegdheid van de Convention nationale
3.1.2 Bevoegdheid van andere rechtbanken
3.2 Pro Convention nationale als rechtbank
3.2.1 Bevoegdheid van de Convention nationale
3.2.2 Onbevoegdheid van andere rechtbanken
Hoofdstuk 4: Vrije meningsuiting of manipulatie en corruptie in de Convention nationale?
Hoofdstuk 5: Discours der tenoren
5.1 Morisson
5.2 Saint-Just
5.3 Fauchet
5.4 Robert
5.5 Paine
5.6 Robespierre
5.7 Condorcet
5.8 Marat
5.9 Vergniaud
Deel IV Ontknoping
Hoofdstuk 1: Verdediging van Louis XVI
1.1 Toewijzing van raadsheren
1.2 Pleidooi van De Sèze (26/12/1792)
1.2.1 Principiële verdediging van de koning
1.2.2 Weerlegging van de beschuldigingen
1.2.3 Verder verloop van de verdediging op 26 december
Hoofdstuk 2: Hoofdelijke stemming over het lot van de koning
2.1 Vier stemmingen over vier vragen
2.1.1 Stemming over de schuld
2.1.2 Stemming over een volksratificatie
2.1.3 Stemming over een straf
2.1.4 Stemming over opschorting van straf
2.2 Wijze van stemmen
2.2.1 Volgorde van vragen
2.2.2 Vereiste meerderheid
2.2.3 Openbaarheid van stemming
2.3 Partijen en hun stemgedrag
Hoofdstuk 3: Dood van de koning
Hoofdstuk 4: Betekenis en gevolgen van het proces
Hoofdstuk 5: Kritiek en verdediging van het proces
home | lijst scripties | inhoud | volgende |