Politieke kennis in Vlaanderen

Een comparatieve studie van 16-jarigen
en stemgerechtigden

 

Tine Polfliet

 

Scriptie voorgelegd voor het behalen van de graad van
Licentiaat in de
Politieke Wetenschappen.

Academiejaar: 2004-2005

Katholieke Universiteit Leuven

 

Promotor: Prof. Dr. M. HOOGHE
Verslaggever: Prof. Dr. B. MADDENS

home lijst scripties inhoud volgende  

 

Voorwoord

 

Inleiding

 

HOOFDSTUK I: Theoretisch kader

1. ‘Civic Literacy’

2. De impact van kennis op de democratie

    2.1. Algemeen

    2.2. Politieke tolerantie

    2.3. Politieke participatie

    2.4. Kwaliteit van overtuiging

    2.5. Belang van individuen

    2.6. Attitudes verbinden met stemgedrag

    2.7. Samenleving op geaggregeerd niveau

    2.8. Kritiek

3. Politieke kennis bij jongeren

4. Politieke socialisatie

    4.1. Algemeen

    4.2. Politieke socialisatieagenten

           4.2.1. De familie

           4.2.2. De ‘peers’

           4.2.3. De school

           4.2.4. De media

    4.3. Individuele kenmerken

           4.3.1. Geslacht

           4.3.2. Opleidingsniveau

           4.3.3. Leeftijd

    4.4. Bredere sociale settings

           4.4.1. Sociale klasse

           4.4.2. Verstedelijkingsgraad

           4.4.3. Lidmaatschap van verenigingen

5. Politieke participatie

    5.1. Algemeen

    5.2. Ongelijke politieke participatie

    5.3. Politieke participatie bij jongeren

    5.4. Informalisering politieke participatie

6. Politieke instituties

    6.1. Kiesstelsel

    6.2. Welvaartstaat

7. Etnocentrisme

8. Politiek vertrouwen

 

HOOFDSTUK II: Resultaten van vragenlijst politieke kennis bij jongeren

 

1. Portret van de respondenten

    1.1. Wijze van rekruteren

           1.1.1. School

           1.1.2. Klassen

    1.2. Bevindingen tijdens het veldwerk

           1.2.1. Ervaring met scholen

           1.2.2. Ervaring met leerkrachten

           1.2.3. Ervaring met leerlingen

           1.2.4. Ervaring met omgaan politiek

    1.3. Kenmerken van de respondenten

           1.3.1. Verdeling geslacht

           1.3.2. Verdeling leeftijd

           1.3.3. Verdeling onderwijsvorm

           1.3.4. Verdeling gevolgde richting

           1.3.5. Verdeling sociale achtergrond

2. Verband tussen politieke kennis en politieke participatie naar socialisatiecontext

    DEEL I: Individuele kenmerken van de respondenten

           1. Geslacht

               1.1. Politieke kennis naar geslacht

               1.2. Politieke participatie naar geslacht

                      1.2.1. Mediagebruik naar geslacht

                                1.2.1.1. Mediagebruik in het algemeen naar geslacht

                                1.2.1.2. Politiek mediagebruik naar geslacht

                      1.2.2. Politieke discussie naar geslacht

               1.3. Vertrouwen naar instellingen naar geslacht

               1.4. Politieke voorkeur naar geslacht

               1.5. Besluit

           2. Onderwijsvorm

               2.1. Politieke kennis naar onderwijsvorm

               2.2. Politieke participatie naar onderwijsvorm

                      2.2.1. Mediagebruik naar onderwijsvorm

                                2.2.1.1. Mediagebruik in het algemeen naar onderwijsvorm   

                                2.2.1.2. Politiek mediagebruik naar onderwijsvorm

                      2.2.2. Politieke discussie naar onderwijsvorm

               2.3. Vertrouwen in instellingen naar onderwijsvorm

               2.4. Politieke voorkeur naar onderwijsvorm

               2.5. Besluit

           3. Jaar

               3.1. Politieke kennis naar jaar

               3.2. Politieke participatie naar jaar

                      3.2.1. Mediagebruik naar jaar

                                3.2.1.1. Mediagebruik in het algemeen naar jaar 

                                3.2.1.2. Politiek mediagebruik naar jaar

                      3.2.2. Politieke discussie naar jaar

               3.3. Vertrouwen in instellingen naar jaar

               3.4. Politieke voorkeur naar jaar

               3.5. Besluit

    DEEL II: Bredere sociale settings

           1. Sociale achtergrond

               1.1. Politieke kennis naar sociale achtergrond

               1.2. Politieke participatie naar sociale achtergrond

                      1.2.1. Mediagebruik naar sociale achtergrond

                                1.2.1.1. Mediagebruik in het algemeen naar sociale achtergrond 

                                1.2.1.2. Politiek mediagebruik naar sociale achtergrond

                      1.2.2. Politieke discussie naar sociale achtergrond

               1.3. Vertrouwen naar instellingen naar sociale achtergrond

               1.4. Politieke voorkeur naar sociale achtergrond

               1.5. Besluit

           2. Verstedelijkingsgraad

               2.1. Politieke kennis naar verstedelijkingsgraad

               2.2. Politieke participatie naar verstedelijkingsgraad

                      2.2.1. Mediagebruik naar verstedelijkingsgraad

                                2.2.1.1. Mediagebruik in het algemeen naar verstedelijkingsgraad  

                                2.2.1.2. Politiek mediagebruik naar verstedelijkingsgraad    

                      2.2.2. Politieke discussie naar verstedelijkingsgraad

               2.3. Vertrouwen in instellingen naar verstedelijkingsgraad

               2.4. Politieke voorkeur naar verstedelijkingsgraad

               2.5. Besluit

           3. Lidmaatschap van verenigingen

               3.1. Politieke kennis naar lidmaatschap van verenigingen

               3.2. Politieke participatie naar lidmaatschap van verenigingen

                      3.2.1. Mediagebruik naar lidmaatschap van verenigingen

                                3.2.1.1. Mediagebruik in het algemeen naar

                                             lidmaatschap van verenigingen

                                3.2.1.2. Politiek mediagebruik naar lidmaatschap van verenigingen  

                      3.2.2. Politieke discussie naar lidmaatschap van verenigingen

               3.3. Vertrouwen in instellingen naar lidmaatschap van verenigingen

               3.4. Politieke voorkeur naar lidmaatschap van verenigingen

               3.5. Besluit

3. Verband tussen politieke kennis en politieke participatie

     3.1. Politieke kennis naar politieke participatie

           3.1.1. Politieke kennis naar mediagebruik

                     3.1.1.1. Politieke kennis naar mediagebruik in het algemeen

                     3.1.1.2. Politieke kennis naar politiek mediagebruik

           3.1.2. Politieke kennis naar politieke discussie

     3.2. Politieke kennis naar vertrouwen in instellingen

     3.3. Politieke kennis naar politieke voorkeur

     3.4. Verklaringsfactoren politieke kennis

     3.5. Besluit

4. Politieke kennis jongeren in vergelijking met volwassenen

     4.1. Kennis van de samenstelling van de regeringen

     4.2. Kennis van de ministers

     4.3. Kennis van enkele politieke begrippen

     4.4. Besluit

5. De gemeten schalen

     5.1. Etnocentrisme

           5.1.1. De schaal etnocentrisme

           5.1.2. De resultaten van de meting van etnocentrisme

     5.2. Politieke machteloosheid

           5.2.1. De schaal politieke machteloosheid

           5.2.2. De resultaten van de meting van politieke machteloosheid

      5.3. Vertrouwen in het onderwijs

           5.3.1. De schaal vertrouwen in het onderwijs

           5.3.2. De resultaten van de meting van vertrouwen in het onderwijs

     5.4. Schaalmetingen tegenover elkaar

     5.5. Overzicht

 

Algemeen besluit

 

Referenties

 

Lijst van tabellen

 

Bijlagen

 

home lijst scripties inhoud volgende