Kinderen van de rekening:
de zorg voor wezen, verlaten kinderen en vondelingen
in het
Brugse (1796 - 1925).
Joke Dickx
Scriptie voorgelegd aan de Faculteit Letteren en
Wijsbegeerte,
voor het behalen van de graad van
Licentiaat in de Geschiedenis.
Academiejaar: 2002-2003
Universiteit Gent
Promotor: Prof. Dr. G. Deneckere
home | lijst scripties | inhoud | volgende |
1. Keuze en relevantie van het onderwerp
2. Probleemstelling en presentatie van de verhandeling
3. Werkwijze
DEEL I : THEORETISCH NIVEAU
I. Het sociaal-politieke en sociaal-economisch domein
1. Sociale politiek
2. Sociaal-economische schets van Brugge
2.1. Economische toestand
2.1.1. Ontwikkeling tussen 1795 - 1830
2.1.2. Ontwikkeling tussen 1830 - 1874
2.1.3. Ontwikkeling tussen 1874 - 1900
2.1.4. Ontwikkeling tussen 1900 - 1914
2.2. Sociale toestand
2.2.1. Bevolking
2.2.2. Liefdadigheid
2.2.3. Dagelijks leven
2.2.4. Werkgelegenheid
2.2.5. Politiek-sociale evolutie
1. Overzicht van de belangrijkste nationale organisaties bevoegd voor de zorg voor
wezen, verlaten kinderen en vondelingen
1.1. Inleiding
1.2. Oprichting, samenstelling en bevoegdheden Commissie van Burgerlijke Godshuizen
Bureel van Weldadigheid
1.3. Het Nationaal Werk voor Kinderwelzijn
1.4. Het Nationaal Werk voor de Oorlogswezen
1.5. Het Belgian Orphan Fund
2. De wetgeving betreffende wezen, verlaten kinderen en vondelingen
2.1. Invulling termen
2.2. Wie was verantwoordelijk voor de kinderen
2.3. Opvoeding van de kinderen
2.4. Penaliteit voor het verlaten of te vinden leggen van een kind
3. Besluit
III. Theorieën en visies omtrent het kind
1. Debat : Zijn opvoeding, moederliefde en het kind als animal educandum moderne
verschijnselen?
2. Protectionistische politiek ten aanzien van het kind
3. Voor- en tegenstanders van een drietal opvangmogelijkheden
3.1. De instelling
3.2. De uitbesteding.
3.3. Het gezinsvervangend tehuis
4. De rol van de familie
5. Besluit
DEEL II : PRAKTISCHE ORGANISATIE
I. Uitbesteding
1. De openbare onderstand te Brugge
1.1. Oprichting
1.2. Onenigheid omtrent de verantwoordelijkheid voor wezen, verlaten kinderen en
vondelingen
2. De wezen, verlaten kinderen en vondelingen onder de hoede van het B.W. en de
Commissie te Brugge
2.1. De invulling die men aan de termen gaf
2.2. Afwezigheid van een instelling en een tour
2.3. Opvoeding en toezicht
2.4. Evolutie in het aantal wezen, verlaten kinderen en vondelingen en hun
alimentatiekosten
2.4.1. Aantal wezen
2.4.2. Aantal verlaten kinderen en vondelingen
2.4.3. Alimentatiekosten voor wezen
2.4.4. Alimentatiekosten voor verlaten kinderen en vondelingen
3. Besluit
II. Twee instellingen onder de bevoegdheid van de C.B.G. : Bogaerde- en Elisabethschool
1. De geschiedenis van de twee instellingen
1.1. Inleiding
1.2. Bogaerdeschool
1.3. Elisabethschool
1.4. Afschaffing
1.4.1. Oorzaak
1.4.2. Na de afschaffing : leerlingen en bezittingen
1.4.3. Kring der Oud-Leerlingen der Bogaardeschool
1.4.4. Kritiek op de sluiting en oproep tot nieuwe instellingen
2. De organisatorische aspecten
2.1. Het dagelijks bestuur
2.2. Het personeel
2.3. Financiële situatie
3. De kinderen
3.1. Het aantal kinderen en hun alimentatiekosten
3.2. De toelating
3.3. Het dagelijks leven
3.3.1. Dagindeling
3.3.2. De voeding
3.3.3. Kledij
3.3.4. Hygiënische en medische zorg
3.4.5. Wangedrag en strafmaatregelen
3.4.6. Ontspanning en vrije tijd
3.4. Onderwijs
3.5. Godsdienstige vorming
3.6. Beroepsopleiding
3.7. Prijsuitreikingen
3.8. Spaargeld
3.9. Het vertrek
4. De evaluatie van de armenzorg
5. Besluit
III. De private instelling het Heilig Hert
1. De geschiedenis
1.1. Inleiding
1.2. Congregatie Zusters der Kindsheid van Maria ter Spermalie
2. De organisatorische aspecten
2.1. Het dagelijks bestuur
2.2. Het personeel
3. De kinderen
3.1. Het aantal kinderen en hun alimentatiekosten
3.2. De toelating
3.3. Het dagelijks leven
3.3.1. Dagindeling
3.3.2. De voeding
3.3.3. Kledij
3.3.4. Hygiënische en medische zorg
3.4.5. Wangedrag en strafmaatregelen
3.4.6. Ontspanning en vrije tijd
3.4. Onderwijs
3.5. Godsdienstige vorming
3.6. Beroepsopleiding
3.7. Het vertrek
4. De evaluatie van de armenzorg
5. Besluit
DEEL III : COMPARATIEVE STUDIE
I. Internationale vergelijking
1. Verenigde Staten van Amerika
2. Engeland
3. Frankrijk
4. Italië
5. Nederland
6. Zweden
7. Besluit
home | lijst scripties | inhoud | volgende |