Over bouwen en verbouwen. De textielnijverheid in het arrondissement Aalst (1914-1944): een industriële archeologie. (Karsten Mainz)

 

home lijst scripties inhoud vorige volgende  

 

2. INDUSTRIEELARCHEOLOGISCHE INVENTARIS

 

2.3. NINOVE

 

F) Edgar Moeremans & Co. (Paternostergang)

 

Aard:               mechanische kantfabriek

Ligging:            Paternostergang (zonder nummer)

Kadaster:         sectie B, perceelnummer 1335

Datering:          1900

Actueel:           gedeeltelijk gesloopt, gedeeltelijk sterk vervallen en leegstaand

 

Edgar Moeremans richtte in 1900 onder zijn eigen naam een persoonlijke onderneming op, die aanvankelijk actief was in de sigarenproductie. Het bedrijf bevond zich ook toen reeds in de Paternostergang. In 1923 schakelde Edgar Moeremans op deze plaats over op de mechanische productie van kantwerk. Twee jaar later werd de onderneming omgevormd tot de personenvennootschap met beperkte aansprakelijkheid ‘Edgar Moeremans & Co.’ De vennootschap produceerde vlechtwerk en kant voor ondergoed en gordijnen, allerlei passementerie en vlechtwerk, en veters voor de schoenennijverheid.

In 1928 verplaatste ‘Edgar Moeremans & Co.’ de productie naar de voormalige garentwijnderij van de N.V. ‘Oude Werkhuizen Van Den Bossche gebroeders & Cie.’ aan de Burchtdam (cfr. E) Edgar Moeremans & Co. (Burchtdam)) De vennootschap bleef op dit adres actief tot ze op 7 juli 1939 werd ontbonden.

 

Edgar Moeremans installeerde in 1923 een kleine mechanische kantfabriek in zijn sigarenwerkhuis in de Paternostergang, kadastraal geregistreerd onder sectie B, perceelnummer 1335e . Het atelier, dat dateerde uit 1900, werd hiertoe verenigd met een aanpalend woonhuis van dezelfde ouderdom, waardoor de oppervlakte aangroeide tot 2a70ca. Het geheel bestond uit één bouwlaag en vijf traveeën. Het vroegere zadeldak van de woning werd vervangen door een 2-delig zaagdak met glaspartijen, terwijl bij het werkhuis het bestaande platte dak behouden werd. In de gevel van het woonhuis werden drie extra venstertjes voorzien boven de bestaande venster- en deuropeningen. Aan de straatgevel van het magazijn, voorzien van twee venstertjes en een poort, werd niets gewijzigd. Vermoedelijk zullen ook binnenin het gebouw aanpassingen nodig zijn geweest. De machines die in het gebouwtje werden geïnstalleerd, werden aangedreven door elektromotoren.

Op 9 november 1928 verkocht Edgar Moeremans het pand aan Lodewijk De Kegel, die er een elektrisch kartonfabriekje in onderbracht.

 

Schets van de voorgevel volgens het bouwplan (zonder schaal)

(Bouwaanvraag Edgar Moeremans, 1923)

 

De nieuwe eigenaar vergrootte daartoe het bestaande gebouw. Mogelijk was hij het ook die de drie kleine venstertjes boven in de gevel van het voormalige woonhuis dichtmetselde.

In 1946 wisselde het gebouw andermaal van eigenaar. Het pand werd gesplitst in twee afzonderlijke entiteiten, respectievelijk Paternostergang 18 en 20, die van dat ogenblik af geregistreerd stonden als landgebouw. Vermoedelijk dienden ze enkel nog als stapelruimte. In 1962 werd een deel van de gebouwen gesloopt. Het resterende gedeelte bleef tot op heden behouden. Het gebouw bevind zich echter in een lamentabele toestand. De vensteropeningen werden recent gedeeltelijk toegemetst

 

Het voormalige kantfabriekje (2001)

 

(eigen foto)

 

home lijst scripties inhoud vorige volgende