Over bouwen en verbouwen. De textielnijverheid in het arrondissement Aalst (1914-1944): een industriële archeologie. (Karsten Mainz)

 

home lijst scripties inhoud vorige volgende  

 

2. INDUSTRIEELARCHEOLOGISCHE INVENTARIS

 

2.1. AALST

 

H) Filterie, Tressage et Rubanerie Victor Keppens

 

Aard:               twijnderij en bandweverij

Ligging:            Pierre Corneliskaai 25 (op de hoek met de Liefdadigheidsstraat)

Kadaster:         sectie D, perceelnummer 773

Datering:          1911

Actueel:           gedeeltelijk gesloopt, gedeeltelijk in gebruik als magazijn

 

In 1911 richtte Victor Keppens een persoonlijke onderneming op onder zijn eigen naam. De firma vestigde zich in de nieuwe fabriek aan de Boudewijnkaai (huidige Pierre Corneliskaai). Op 19 april 1920 werd het bedrijf omgevormd tot de N.V. ‘Filterie, Tressage et Rubanerie Victor Keppens’. Tot de belangrijkste aandeelhouders behoorde, naast Victor Keppens, onder meer Baron L. de Béthune, eveneens uit Aalst. De vennootschap veredelde katoengarens tot glansgarens en vervaardigde eveneens vlechten, linten en veters. Wanneer de activiteiten werden stopgezet is niet bekend.

 

Victor Keppens richtte in 1911 een fabriek op op een perceel hooiland gelegen aan de toenmalige Boudewijnkaai en kadastraal geregistreerd onder sectie D, perceelnummer 773v2. Het fabrieksareaal had aanvankelijk een oppervlakte van 5a70ca, maar werd twee jaar later uitgebreid tot 12 are. In datzelfde jaar werd de met stoomkracht aangedreven twijnderij en bandweverij een eerste maal vergroot.

Een volgende vergroting van de fabriek aan de Boudewijnkaai had plaats in 1914. Een bouwaanvraag van deze werken bleef niet bewaard, maar dit is wel het geval voor de bouwactiviteiten die zes jaar later plaatsvonden. Dankzij de bijhorende bouwplannen van de heer Goethals uit Leuven, die werden goedgekeurd op 26 april 1920, is het mogelijk om deze vergroting wat gedetailleerder te beschrijven.

De nieuwbouw mat ongeveer 22 op 19 meter en was een kleine 10 meter hoog. Het bouwwerk telde twee bouwlagen en vier traveeën en rustte op een betonnen fundering met een diepte van 2 meter. De gevels werden opgetrokken uit baksteen en verstevigd met uitspringende gemetste zuilen. De straatgevel werd zowel gekenmerkt door traditionele structuren zoals bogen en ijzeren lateien versierd met rozetten als door elementen die duidelijk verwijzen naar de Nieuwe Zakelijkheid. Ook binnenin het gebouw werden traditionele en moderne bouwwijzen met elkaar vermengd.

 

 

Voorgevel van de uitbreiding uit 1920 (schaal: 1/100)

 

(Bouwaanvraag Keppens Victor & Cie. Bouwaanvragen, 1920, doos 44, nr. 512)

 

Zo werden de betonnen liggers niet enkel gesteund door het metselwerk en de betonnen pijlers, maar ook door een aantal gietijzeren zuilen. De brandwerende constructie werd vervolledigd door een betonnen vloer. Centraal aangebrachte transmissieassen verdeelden de drijfkracht over het gebouw. In de ruimten werd ook een elementair verluchtings-systeem aangebracht. Het geheel werd voorzien van een plat dak bekleed met asfalt en bedekt met een laag kiezel.

Uit de bouwplannen valt jammer genoeg niet af te leiden hoe de nieuwbouw werd ingeplant ten opzichte van de bestaande gebouwen. Zeker is dat de nieuwe constructie enkel toegankelijk was vanuit het bestaande gedeelte. Mogelijk verbond de nieuwbouw twee bestaande vleugels met eenzelfde bouwwijze en uitzicht. Verdere gegevens over het gebouw werden niet teruggevonden.

Bij de prospectie bleek dat het gedeelte van de fabriek palend aan de Pierre Corneliskaai werd gesloopt om plaats te maken voor een parking. Het resterende gedeelte wordt momenteel gebruikt als stapelplaats. De gevel langs de liefdadigheidsstraat heeft zijn oorspronkelijk uitzicht, zoals te zien is op het gevelplan, grotendeels behouden. Wel werd het gebouw naderhand verhoogd met één bouwlaag. Deze verhoging had vermoedelijk eveneens plaats tijdens het interbellum. De toegevoegde derde bouwlaag werd in dezelfde stijl opgetrokken als het bestaande gebouw.

 

De voormalige textielfabriek gezien vanaf de Pierre Corneliskaai (2001)

 

(eigen foto)

 

In de zij- en achtergevels is de dragende structuur uit gewapend beton duidelijk zichtbaar. De dragende structuur binnenin het gebouw bestaat eveneens uit gewapend beton. Het gebouw werd recent uitgebreid met prefab-betonnen constructies.

 

De gevel langs de Hertshage (2001)

 

(eigen foto)

 

home lijst scripties inhoud vorige volgende