Eeuwig wantrouwen? Arbeidsverhoudingen en nieuwe productieconcepten bij Volvo Gent tussen 1965 en 1982. (Jozef Tooten) |
home | lijst scripties | inhoud | vorige | volgende |
Bibliografie
§1. Bronnen
1.1. Onuitgegeven bronnen
GENT. Volvo Cars Gent. Collectieve arbeidsovereenkomsten. 1970, 1973, 1974, 1975, 1976, 1978, en 1980.
GENT. Volvo Cars Gent. Financiële en economische informatie aan de ondernemingsraad. 1976 t.e.m. 1981.
GENT. Volvo Cars Gent. Verslagen van de ondernemingsraad. 1971 t.e.m. 1981.
1.2. Uitgegeven bronnen
AB VOLVO. Further development of Volvo’s production philosophy. (Persbericht) Göteborg, 1974.
AB VOLVO. New assembly carrier has revolutionised the work of the assembly workers. (Persbericht) Göteborg, 1974.
AB VOLVO. New thinking characterises Volvo’s latest petrol engine plant at Skövde. (Persbericht) Göteborg, 1974.
AB VOLVO. Volvo dialog. Volvo 25 jaar in België. Gent, 1990, video.
GYLLENHAMMER, P.G. People at work. Reading (Mass.), 1977.
Het Tandrad. CCMB Oost-Vlaanderen, ed., Gent, 1964-1969, 1978.
L’année sociale 1970-1981. Études d’économie sociale, Éditions de l’Université de Bruxelles, 1970-1981.
LINDHOLM, R. en NORSTEDT, J. The Volvo report. Stockholm, 1975.
MINISTÈRE DES AFFAIRES ÉCONOMIQUES. Investissements étrangers en Belgique. Rapport. Brussel, 1963.
NATIONALE ARBEIDSRAAD. Verzameling van de collectieve arbeidsovereenkomsten. 1970-1990. Brussel, 1991.
TRIBOUT, E. “Crisis in de automobielbranche.” in: Fabrimetal Magazine. Brussel, nr. 4, april 1975, pp. 37-40.
VOLVO CARS BELGIUM. “Volvo Cars Gent.” in: Volvo magazine. Zomer 2000, pp. 44-45.
VCG. VCG-Beleidsnota. Toelichting bij de VCG-Beleidsnota. Gent, 2000.
VENV. Volvo kontakt: personeelsblad van Volvo Europa NV. Gent, 1971-1982.
www.volvocarsgent.be\
1.3. Interviews
AERTS, Richard (°1936) kwam, na ervaring in de magazijn- en kostprijsadministratie en een bijscholing in economie, in 1964 bij Volvo Alsemberg in dienst. In 1968 begon Aerts in de afdeling planning en materiaal van Volvo Gent te werken. In 1974 werd Aerts algemeen directeur logistiek. Vanaf 1991 leidde hij ook de distributieafdeling van Volvo. In 1996 ging Richard Aerts op pensioen.
BEQUÉ, Robert (°1927), studeerde burgerlijk ingenieur aan de RUG, en werd op 1 april 1971 productiedirecteur bij Volvo in het kader van de uitbreiding van de vestiging met een las- en spuitfabriek. In die functie rapporteerde hij rechtstreeks aan de afgevaardigd beheerder. In april 1974 werd Bequé benoemd tot directeur van de personenwagenfabriek. Drie jaar later, op 1 juli 1977, vertrok hij voor drie jaar naar Nederland om daar Volvo Car BV (het huidige Nedcar) te reorganiseren. Op 1 september 1980 keerde Bequé terug om zijn functie van fabrieksdirecteur weer op te nemen. Hij eindigde zijn carrière als eerste Belgische afgevaardigd beheerder van Volvo Europe Car. In 1992 ging Robert Bequé op pensioen.
DE VILDER, Guido (°1943), studeerde communicatiewetenschappen aan de KU Leuven. De Vilder kwam op 16 augustus 1969 bij Volvo in dienst. Hij werd eindredacteur van het personeelsblad Volvo Kontakt. Vandaag is Guido De Vilder communicatiedirecteur van Volvo Cars Gent.
HEIRBRANT, Danny (°1947) is sinds 1967 bij Volvo werkzaam. Heirbrant werkte een tiental jaren als bediende op de kwaliteitscontrole. In 1975 stond hij voor het eerst op de lijst voor de BBTK. Na de sociale verkiezingen van 1979 werd hij plaatsvervangend lid van de OR. Hetzelfde jaar werd Heirbrant overkoepelend (onderdelencentrum, personen- en vrachtwagenfabriek) hoofdafgevaardigde van de BBTK, nadat zijn voorganger het bedrijf had verlaten. Sinds de definitieve splitsing van Cars en Trucks in 1983 is Danny Heirbrant hoofdafgevaardigde van de BBTK bij Volvo Cars Gent[564].
MERTENS, Remi (°1948) begon op het einde van de jaren ’60 op de personeelsdienst van Volvo. In 1975 werd Mertens verkozen als plaatsvervangend lid van de OR. Hetzelfde jaar werd hij aangesteld als afgevaardigde van de LBC in de personenwagenfabriek. Vandaag is Remi Mertens hoofdafgevaardigde van de LBC bij Volvo Cars Gent1.
§ 2. Werken
AERTS, M. en MARTENS, A. Humanisering van de arbeid en herwaardering van sommige beroepen. 1. De automobielsector, personenwagenassemblage. Volkswagen AG afdeling Brussel. 1979.
AGURÉN, S. “Naar een lerend vermogen van organisaties.” in: BUITENDAM, A. ed. Het Zweedse model geschikt voor import? Assen, 1990, pp. 113-122.
AGURÉN, S., HANSSON, R. en KARLSSON, K. G. The Volvo Kalmar plant: the impact of new design on work organization. Stockholm, 1976.
ALBEDA, W. “Zweden: een ander land.” in: BUITENDAM, A. ed. Het Zweedse model geschikt voor import? Assen, 1990, pp. 173-182.
ALDCROFT, D.H. The European economy. 1914-1990. Londen, 1993.
ALEXANDRE, R. “De auto in de wereld en in België.” in: Fabrimental. nr. 1, januari 1978, pp. 30-33.
AMBROSIUS, G. en HUBBARD, W.H. A social and economic history of twentieth-century Europe. Cambridge (Mass.), 1989.
ASH AMIN. Post-fordism. A reader. Cambridge (Mass.), 1994.
AUER, P. Humanisierung der Arbeit und Produktionsstrategie: das Volvo Montagewerk in Kalmar. Berlijn, 1982.
AUER, P. en RIEGLER, C. Post-taylorism: the enterprise as a place of learning organizational change. A comprehensive study on work organization changes and its context at Volvo. Berlijn, 1990.
AUSTIN, P.B. The Swedes. How they live and work. Abbot, 1970.
BAUDHUIN, F. Histoire économique de la Belgique. 1957-1968. Brussel, 1970.
BECKERS, M., FRERE, J.P., SAUCIER, R. en TORRISI, G. La Belgique face aux investissements étrangers. Leuven, 1973.
BERGGREN, C. The Volvo experience: alternatives to lean production in the Swedish auto industry. Londen, 1992.
BEYNON, H. Working for Ford. Londen, 1973.
BLACKLER, F. H. M. en BROWN, C. A. Job redesign and management control: studies in British Leyland and Volvo. Londen, 1978.
BLANPAIN, R., ETTY, T. en GLADSTONE, A. Relations between management of transnational enterprises amd employee representatives in certain countries of the European communities: a pilot study. Genève, 1979.
BLEECKX, F. La programmation sociale. Analyse critique et projection sur l’avenir. 2 dln., 1970.
BOEDTS, S. Een onderzoek naar de toepassing van het Koninklijk Besluit van 27 november 1973 met betrekking tot de financiële en economische informatie te verstrekken aan de ondernemingsraden. Licentiaatsverhandeling, K.U. Leuven, dep. Toegepaste economische wetenschappen, 1978.
BOHETS, J. België en de multinationals. Leuven, 1975.
BOXUS, M.G. L’impact des technologies nouvelles sur l’organisation du travail et la gestion du personnel. Étude du cas Volvo en Suède et en Belgique. Licentiaatsverhandeling, Facultés universitaires N. D. de la Paix Namur, fac. des sciences économiques et sociales, 1986.
BREPOELS, J. Wat zoudt gij zonder ’t werkvolk zijn? Anderhalve eeuw arbeidersstrijd in België. Deel 2: 1960-1980. Leuven, 1981.
BRION, R. en MOREAU, J.-L. “De interprofessionele werkgeversorganisatie (1895-1973).” in: BRION, R., HATRY, P., MOREAU, J.-L. en PEETERS, T. 100 jaar actie voor de onderneming. 1895-1995. Tielt, 1995, pp. 13-144.
BRUYNEEL, P. Kwaliteit van de arbeid: een concreet onderzoek bij Volvo Europe Car NV. Licentiaatsverhandeling, Rijksuniversiteit Gent, fac. Toegepaste economische wetenschappen. 1993.
BUITENDAM, A. “Internationalisering van het ‘Zweedse model’: transplantatie of transformatie.” in: BUITENDAM, A. ed. Het Zweedse model geschikt voor import? Assen, 1990, pp. 197-220.
BUNDERVOET, J. Het doorstromingsprobleem in de hedendaagse vakbeweging: kritische literatuurstudie en verkenningen in de Belgische vakbonden. Doctoraatsverhandeling, K.U. Leuven, fac. Economische en sociale wetenschappen, dep. Sociologie, 1973.
CAYMAX, L. en VERHULST, H. De relatieve omvang van ploegenarbeid in België en de verdeling ervan naar sectoren, gewesten en bedrijfsgrootte. 1977.
CARLSSON, B. Trade unions in Sweden. Stockholm, 1969.
CHERNS, A.B. en DAVIS, L.E. “Assessment of the state of the art”. in: DAVIS, L.E. en CHERNS, A.B. ed. The quality of working life. Volume I: Problems, prospects, and the state of the art. Londen, 1975, pp. 12-54.
CROUCH, C. Industrial relations and Europe state traditions. Oxford, 1993.
CROUCH, C. Trade unions: the logic of collective action. Glasgow, 1982.
DAMBRE, W. “ABVV, CMB, en ondernemingsraden 1945-1975.” in: COSSAER, M. ed. Roodgloeiend. Bijdragen tot de geschiedenis van de Centrale der Metaalbewerkers in België. Gent, 1990, pp. 499-547.
DAMBRE, W. Geschiedenis van de ondernemingsraden in België. Antwerpen, 1985.
DAVIS, L.E. en CHERNS, A.B. eds. The quality of working life. Volume I: Problems, prospects, and the state of the art. Londen, 1975.
DAVIS, P. en DAVIS, T. Volvo down under. A Swedisch succes story. Blakehurst, 1990.
DE BAETS, L. Het belang van de automobielindustrie voor de Belgische economie. Licentiaatsverhandeling, K.U. Leuven, dep. Toegepaste economische wetenschappen, 1994.
DE GALAN, C., VAN GILS, M.R. en VAN STRIEN, P.J. red. Humanisering van de arbeid. Assen, 1980.
DE LANGE, W. “Working time and time resource management.” in: VAN RUYSSEVELDT, J. ed. Comparative industrial and employment relations. Londen, 1995, pp. 211-242.
DE SAEDELEIR, B. Naar een geïntensifieerde samenwerking. Christelijke arbeiders-centrales en de dualiteit arbeiders-bedienden. Licentiaatsverhandeling, K.U. Leuven, fac. Sociale wetenschappen, dep. sociologie, 1992.
DEVULDER, K. De Zweedse overlegeconomie: de loonpolitiek. Licentiaatsverhandeling, K.U. Leuven, dep. Toegepaste economische wetenschappen, 1976.
DEWACHTER, W. De mythe van de parlementaire democratie. Een Belgische analyse. Leuven, 2001.
DE WILDE, B. “De collectieve arbeidsverhoudingen (1880-1940).” in: LUYTEN, D. en VANTHEMSCHE, G. eds. Het Sociaal Pact van 1944. Oorsprong, betekenis en gevolgen. Brussel, 1995, pp. 39-54.
DIELIS, W. Arbeidsverhoudingen in de metaalverwerkende nijverheid. Licentiaats-verhandeling, K.U. Leuven, fac. Economische en sociale wetenschappen, 1969.
DRACKETT, P. Auto’s van toen en nu. Baarn, 1980.
DUPRÉ, M. Economische bindingen van Zweden met de E.U. in het algemeen en België in het bijzonder in het licht van de toetreding tot de E.U. Licentiaatsverhandeling, K.U. Leuven, dep. Toegepaste economische wetenschappen, 1996.
EBBINGHAUS, B. en VISSER, J. Trade unions in Western Europe since 1945. Londen, 2000.
EKMAN, B. Dignity and work. Stockholm, 1985.
FAXEN, K-O. en HANSSON, R. “Research on self-developing forms of organization”. in: DAVIS, L.E. en CHERNS, A.B. eds. The quality of working life. Volume I: Problems, prospects, and the state of the art. Londen, 1975, pp. 205-216.
FORSEBÄCK, L. Industrial relations and employment in Sweden. Stockholm, 1976.
FRANCISSEN, P. en VAN LIEROP, P. De ondernemingsraad: een onderzoek naar de taak en bevoegdheden van ondernemingsraden in België, Duitsland, Frankrijk, Oostenrijk, Denemarken en Zweden. Deventer, 1977.
FULCHER, J. “Class conflict in Sweden.” in: Sociology, nr. 7, 1973, pp. 49-70.
FULCHER, J. Labour mouvements, employers and the state: conflict and cooperation in Britain and Sweden. Oxford, 1991.
GERARD, E., red. De christelijke arbeidersbeweging in België. Universitaire Pers Leuven, 1991, 2 vol.
GEVERS, P. Ondernemingsraden: randverschijnsel in de Belgische industriële democratiseringsbeweging. Doctoraatsverhandeling, K.U. Leuven, fac. Economische en sociale wetenschappen, dep. Sociologie, 1973.
GEVERS, P. en BLANPAIN, R. Personeelsmanagement en arbeidsverhoudingen. Brugge, 1994.
GLABBEEK, A. “Het Zweedse model in hoofdlijnen.” in: BUITENDAM, A. ed. Het Zweedse model geschikt voor import? Assen, 1990, pp. 5-28.
GUBBELS, R. en MOLITOR, M. Les conflits sociaux en Belgique, 1969-1975. Leuven, 1976.
HUISKAMP, R. “Industrial democracy, employee participation and operational autonomy.” in: VAN RUYSSEVELDT, J. ed. Comparative industrial and employment relations. Londen, 1995, pp. 155-173.
HUYS, R. Uit de band? De structuur van arbeidsverdeling in de Belgische autoassemblagebedrijven. Leuven, 2001.
HUYS, R., SELS, L., VAN HOOTEGEM, G. en BUNDERVOET, J. De uitgestelde transformatie: technische en sociaal-organisatorische herstructureringen in de chemische, de automobiel- en de machinebouwindustrie. Brussel, 1995.
HUYS, R. en VAN HOOTEGEM, G. “Volvo-Gent: a Japanese transplant in Belgium or beyond?” in: SANDBERG, A. ed. Enriching production. Perspectives on Volvo’s Uddevalla plant as an alternative to lean production. Alderschot, 1995, pp. 231-248.
I.M.B.O. (Instituut voor Management Begeleiding van Ondernemingen). De auto-industrie: analyse en toekomstperspectieven. Brussel, 1981.
INGHAM, G.K. Size of industrial organization and worker behaviour. Cambridge, 1970.
INGHAM, G.K. Strikes and industrial conflict: Britain and Scandinavia. Londen, 1974.
IVENS, J. De crisis van de automobielindustrie. Licentiaatsverhandeling, K.U. Leuven, dep. Toegepaste economische wetenschappen, 1977.
JANNIC, H. “Pehr Gyllenhammer, un patron moraliste.” in: L’expansion. 6-19 februari 1987, pp. 89-93.
JANSSENS, F. en VAN RUYSSEVELDT, J. “Werkstructurering in de automobielassemblage.” in: VAN RUYSSEVELDT, J. en VON GRUMBKOW, J. eds. Kwaliteit van de arbeid. Hedendaagse stromingen. Assen, 1989, pp. 110-128.
JANSSENS, F. Werkstructurering in de automobielindustrie: Een Copernicaanse ommekeer in de organisatie van de arbeid? Leuven, 1983.
JONES, D.T. Industrial adjustement and policy: Maturity and crisis in the European car industry. Structural change and policy. University of Sussex, 1981.
KARLSSON, L.E. Experiences in employee participation in Sweden: 1969-‘72. Mimeograph, 1973.
KORPI, W. The working class in welfare capitalism: work, unions and politics in Sweden. Londen, 1978.
KUNST, P., SCHREUDER, H. en SOETERS, J. De ontwikkeling van Volvo Car: een beschrijvende case study. Rijksuniversiteit Limburg, 1986.
KUPELIAN, Y., KUPELIAN, J. en SIRTAINE, J. De geschiedenis van de Belgische auto: het fabelachtig verhaal van meer dan honderd automobielmerken. Tielt, 1980.
LANGOHR, A.M. Invraagstelling van de dualiteit arbeiders-bedienden. Licentiaatsverhandeling, K.U. Leuven, fac. Economische en sociale wetenschappen, dep. Sociologie, 1971.
LAUX, J.M. The European automobile industry. NewYork, 1992.
LAWRENCE, P. en SPYBEY, T. Management and society in Sweden. Londen, 1986.
LEEMANS, E.J., MARTENS, A. en FESTJENS-VAN RAEMDONCK, C. De patronale beroepsorganisaties en het overleg. Leuven, 1968.
LEYS, M., STEENSMA, H. en VAN RUYSSEVELDT, J. “De humaniseringsbeweging.” in: VAN RUYSSEVELDT, J. en VON GRUMBKOW, J. eds. Kwaliteit van de arbeid. Hedendaagse stromingen. Assen, 1989, pp. 20-31.
LINDBECK, A. Swedish economic policy. Londen, 1975.
LUYTEN, D. “De dialectiek van het overleg. Collectieve arbeidsverhoudingen tussen 1940 en 1952.” in: LUYTEN, D. en VANTHEMSCHE, G. eds. Het Sociaal Pact van 1944. Oorsprong, betekenis en gevolgen. Brussel, 1995, pp. 55-88.
LUYTEN, D. Sociaal-economisch overleg in België sedert 1918. Brussel, 1995.
MAES, S., e.a. “Niet zo gek die Zweden. Maar wat met de Belgen in Gent.” in: VBO-Bulletin. jg. 29, nr. 1, januari 2001, pp. 76-79.
MARSDEN, D., MORRIS, T., WILLMAN, P. en WOOD, S. The car industry: Labour relations and industrial adjustement. Londen, 1985.
MARTENS, A. “Vakbondsgroei en vakbondsmacht in België.” in: Tijdschrift voor arbeidsvraagstukken. 1985, pp. 35-41.
MEULENAER, G. “Flexibele lijn.” in: Trends, jg. 16, nr. 2, 11 januari 1990, pp. 39-42
MOLITOR, M. “Social conflicts in Belgium.” in: CROUCH, C. en PIZZORNO, A. eds. The resurgence of class conflict in Western Europe since 1968. Vol. 1, Londen, 1978, pp. 21-51.
MOMMEN, A. The Belgian economy in the twentieth century. Londen, 1994.
OLSSEN, S.E. Social policy and welfare state in Sweden. Lund, 1993.
PASTURE, P. “Belgium: pragmatism in pluralism.” in: PASTURE, P., VERBERCKMOES, J. en DE WITTE, H. eds. The lost perspective. vol. 1, Alderschot, 1996, pp. 91-126.
PASTURE, P. “Divergent developments, regional alliances and national solidarity in Belgium.” in: WETS, J. ed. Cultural diversity in trade unions. A challenge to class identity. Alderschot, 2000, pp. 35-70.
PASTURE, P. en MAMPUYS, J. In de ban van het getal. Ledenanalyse van het ACV 1900-1990. Leuven, 1990.
PASTURE, P. “Histoire et representation d’une utopie. L’idee autogestionnaire en Belgique.” in: GEORGI, F. ed. Autogestion, la dernière utope? Parijs, ter perse.
PASTURE, P. Kerk, politiek en sociale actie. De unieke positie van de christelijke arbeidersbeweging in België. Leuven, 1992.
PASTURE, P. Labour problems. A directory of research institutes. Leuven, 1992.
PASTURE, P. “Reflections on the fate of ideologies and trade unions” in: PASTURE, P., VERBERCKMOES, J. en DE WITTE, H. eds. The lost perspective. vol. 2, Alderschot, 1996, pp. 377-403.
PASTURE, P. “The April 1944 ‘Social Pact’ in Belgium and its signifance for the post-war welfare state.” in: Journal of contemporary history. vol. 28, 1993, pp. 695-714.
PATMORE, G. “Digging up the past: historical methods in industrial relations research.” in: WHITFIELD, K. en STRAUSS, G. ed. Researching the world of work. Strategies and methods in studying industrial relations. Cornell University Press, 1998, pp. 213-226.
PRUIJT, H.D. The fight against Taylorism in Europe. Rotterdam, 1996.
REHFELDT, U. “Des conseils de groupe mondiaux aux comités d’entreprises européens”. in: RÉGIN, T. en WOLIKOW, S. eds. Les syndicalismes en Europe. A l’épreuve de l’international. Parijs, 2002, 179-190.
REHN, G. “Arbeidsverhoudingen en sociaal beleid in Zweden.” in: BUITENDAM, A. ed. Het Zweedse model geschikt voor import? Assen, 1990, pp. 45-66.
ROBERT, M. Le mouvement de grève à la Régie Nationale des Usines Renault, à Boulogne-Billancourt, de 1960-1981. Université de Paris, X-Nanterre, 1983.
ROBERTSON, D. “Trade liberalization and the European trade block.” in: DENTON, G.R. ed., Economic integration in Europe. Reading (Mass.), 1969, pp. 55-82.
ROBSON, G, The story of Volvo Cars. Cambridge, 1983.
ROSENTHAL, U. en SCHOLTEN, G.H. Crisis en continuïteit: economische zaken, de oliecrisis en andere turbulenties. 1977.
RUYS, P. Sociografische benadering van het konflikt Ford-Genk. Oktober-november 1968. Licentiaatsverhandeling, K.U. Leuven, fac. Economische en sociale wetenschappen, 1970.
SANDBERG, A. ed. Enriching production. Perspectives on Volvo’s Uddevalla plant as an alternative to lean production. Alderschot, 1995.
SCHNAPP, J.B. Corporate strategies of the automotive manufacterers. Lexington, Mass., 1979.
SLOMP, H. en VAN MIERLO, T. Arbeidsverhoudingen in België. dl. 2, Utrecht-Antwerpen, 1984.
SOCQUET, W. De automobielindustrie in West-Europa. Licentiaatsverhandeling, K.U. Leuven, dep. Toegepaste economische wetenschappen, 1969.
SORGE, A. “New production technologies and changing work systems”. in: VAN RUYSSEVELDT, J. ed. Comparative industrial and employment relations. Londen, 1995, pp. 267-291.
SPITAELS, G. De vakbeweging in België. 1969.
STRATH, B. “Sweden: the emergence and erosion of a ‘model’.” in: PASTURE, P., VERBERCKMOES, J. en DE WITTE, H. eds. The lost perspective. vol. 1, Alderschot, 1996, pp. 245-278.
STRAUSS, G. “Comparative international industrial relations.” in: WHITFIELD, K. en STRAUSS, G. eds. Researching the world of work. Strategies and methods in studying industrial relations. Cornell University Press, 1998, pp. 175-192.
STREECK, W. Industrial relations in West-Germany: a casestudy of the car industry. Londen, 1984.
SWANN, D. The economics of the common market. Baltimore, 1970.
TOLLIDAY, S. en ZEITLIN, J. The automobile industry and its workers: between Fordism and flexibility. Cambridge, 1986.
TUDYKA, K.P., ETTY, T en SUCHA, M. Macht ohne Grenzen und grenzenlose Ohnmacht. Arbeiterbewusstsein und die Bedingungen gewerkschaftlicher Gegenstrategie in multinationalen Konzernen. Nijmegen, 1978.
TUDYKA, K.P., ETTY, T en SUCHA, M. Multinationale Konzerne und Interessenvertretung der Lohnabhängigen: Schlussbericht des Forschungsprojektes. Nijmegen, 1977.
TUDYKA, K.P. en ETTY, T. “Wereldconcernraden: vakbonden en hun ‘kapitaalgerichte’ strategie tegen multinationale ondernemingen.” in: Te Elfder Ure. nr. 16, 1974, pp. 357-393.
TUDYKA, K.P. Multinationale Konzerne und Gewerkschafstrategie. Hamburg, 1974.
VAN DEN BULCKE. De buitenlandse ondernemingen in de Belgische industrie. Gent, 1971.
VAN DEN EECKHOUT, P., LUYTEN, D., DEVOS, G. en VAN COPPENOLLE, C. “De ondernemingen.” in: VAN DEN EECKHOUT, P. en VANTHEMSCHE, G. eds. Bronnen voor de studie van het hedendaagse België, 19de-20ste eeuw. Brussel, 1999, pp. 775-802.
VAN DEN EECKHOUT, P. en VANTHEMSCHE, G. eds. Bronnen voor de studie van het hedendaagse België, 19de-20ste eeuw. Brussel, 1999.
VANDEPUTTE, R. Economische geschiedenis van België. 1944-1984. Tielt, 1985.
VANDEWALLE, G. “De economische ontwikkeling in België. 1954-1980.” in: Algemene geschiedenis der Nederlanden. dl. 15, Haarlem, 1982, pp. 130-152.
VAN HOOTEGEM, G. De draaglijke traagheid van het management. Tendensen in het productie- en personeelsbeleid. Leuven, 2000.
VAN HOOTEGEM, G. en BUNDERVOET, J. Nieuwe technologieën, nieuwe vormen van arbeidsorganisatie; nieuwe vormen van arbeidsverhoudingen? Leuven, 1987.
VAN HOOTEGEM, G. en HUYS, R. Richtlijnen voor een geïntegreerd automobielbeleid. Discussienota na consultatie van management en werknemersvertegenwoordigers van de vier autoassemblagevestigingen. Leuven, 2002.
VAN RUYSSEVELDT, J. ed. Comparative industrial and employment relations. Londen, 1995.
VAN RUYSSEVELDT, J. Het belang van overleg. CAO onderhandelingen in België. Leuven, 2000.
VAN RUYSSEVELDT, J. en VISSER, J. Industrial relations in Europe. Londen, 1996.
VAN RUYSSEVELDT, J. en VON GRUMBKOW, J. eds. Kwaliteit van de arbeid. Hedendaagse stromingen. Assen, 1989.
VAN WAARDEN, F. “Government intervention in industrial relations.” in: VAN RUYSSEVELDT, J. ed. Comparative industrial and employment relations. Londen, 1995, pp. 109-133.
VBO. Het taalgebruik in de ondernemingen. Het decreet van de Nederlandse Cultuurraad. Brussel, 1976.
VILROKX, J. “De vier stadia in de evolutie van de Belgische collectieve arbeidsverhoudingen sinds 1945.” in: VAN DIJCK, J. VAN HOOF, E. en HENDERICKX, E., eds. Baas over de eigen (loop)baan. Veranderende arbeidsrelaties. Houten, 1995, pp. 203-214.
VISSER, J. “Trade unions from a comparative perspective.” in: VAN RUYSSEVELDT, J. ed. Comparative industrial and employment relations. Londen, 1995, pp. 37-67.
VOETS, F. en VANATTENHOVEN, G. Het vakbondsoptreden in een groot automontagebedrijf. Case-study: Ford-Genk, 1962-1974. Licentiaatsverhandeling, K.U. Leuven, fac. Economische en sociale wetenschappen, dep. Sociologie, 1975.
VORNO, G. “Citroën ’70: Dechaînés et invertébrés.” in: Mai. nr. 16, pp. 35-38.
VORNO, G. “Citroën-Forest. Après l’automne chaud.” in: Mai. nr. 9, pp. 47-52.
VOS, L., DEREZ, M., DEPRAETERE, I. en VAN DER STEEN, W. Studentenprotest in de jaren zestig. De Stoute Jaren. Tielt, 1988.
WHITE, L.J. The automobile industry since 1945. Harvard University Press, Cambridge, Mass., 1971.
WITTE, E., CRAEYBECKX, A. en MEYNEN, A. Politieke geschiedenis van België. Antwerpen, 1990.
WOMACK, J.P., JONES, D.T. en ROOS, D. The machine that changed the world. The story of lean production. How Japan’s secret weapon in the global auto wars will revolutionize western industry. New York, 1991.
WYLAERTS, P. Ervaringen met semi-autonome groepen: praktische studie naar de kansen op welslagen van dit systeem na een viertal jaren ervaring bij Volvo Zweden. Licentiaatsverhandeling, K.U. Leuven, dep. Toegepaste economische wetenschappen, 1978.
ABVV: Algemeen Belgisch Vakverbond
ACLVB: Algemene Centrale van Liberale Vakbonden van België
ACV: Algemeen Christelijk Vakverbond
AGV: Automated Guided Vehicle
BBTK: Bond van Bedienden, Technici en Kaders
BMC: British Motor Company
BVV: Belgisch Vakverbond
BWP: Belgische Werklieden Partij
CAO: Collectieve Arbeidsovereenkomst
CCMB: Christelijke Centrale der Metaalbewerkers van België
CCTI: Comité Central du Travail Industriel
CMB: Centrale der Metaalarbeiders van België
CNC/CCI: Centraal Nijverheidscomité/ Comité Central Industriel
CRB: Centrale Raad voor het Bedrijfsleven
EEG: Europese Economische Gemeenschap
GATT: General Agreement on Tariffs and Trade
GM: General Motors
IPA: Interprofessioneel Akkoord
KB: Koninklijk Besluit
KMO: Kleine en Middelgrote Onderneming
LBC: Landelijke Bedienden Centrale
LO: Landsorganisationen
MSU: Mouvement Syndical Unifié
MTM: Method Time Measurement
NAC: Nationale Arbeidsconferentie
NAR: Nationale Arbeidsraad
NPC: Nationaal Paritair Comité
OPEC: Organisation of Petroleum Exporting Countries
OR: Ondernemingsraad
PC: Paritair Comité
RVA: Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening
SACO: Sveriges Akademikers Centralorganisation
SAF: Svenska Arbetsgivareföreningen
SBMA: Société Belge de Materiel Automobile
SKr: Zweedse Kroon
SVB: Studentenvakbeweging
TCO: Tjänstemannens Centralorganisation
TDO: Truck Division Operations
TPM: Total Productive Maintenance
UAW: United Automobile Workers
VBN: Verbond der Belgische Nijverheid
VBNIO: Verbond der Belgische Niet-Industriële Ondernemingen
VBO: Verbond van Belgische Ondernemingen
VCG: Volvo Cars Gent
VEC: Volvo Europe Car
VENV: Volvo Europa NV
VW: Volkswagen
home | lijst scripties | inhoud | vorige | volgende |
[564] Heirbrant en Mertens werden samen geïnterviewd.