Degeneratie als thema van het fin de siècle. Op zoek naar een literaire vertaling in het Vlaamse Proza. (Jef Vandermosten)

 

home lijst scripties inhoud vorige volgende  

 

Woord vooraf

 

Het zoeken naar een geschikt onderwerp voor mijn eindverhandeling heeft een tijdje geduurd. Ik wou iets vinden waar ik met plezier aan kon werken en waarvan het uiteindelijke resultaat de moeite waard zou zijn. Tijdens mijn kandidaturen was ik geboeid geraakt door de studie van de Nederlandse literatuur en het studiedomein voor mijn persoonlijk onderzoek lag dan ook al zo goed als vast. Het kwam er dus op aan om de voor mij meest interessante periode uit te kiezen en na enkele overwegingen kwam ik zo uit bij de negentiende-eeuwse Vlaamse literatuur. De uitdaging van dit vakgebied ligt erin om een vaak vergeten periode uit de Nederlandstalige literatuur terug onder de aandacht te brengen en zo de studie ervan te herwaarderen.

Deze uitdaging geldt zeker ook voor de literatuur die in deze verhandeling aan bod zal komen, met name de Vlaamse literatuur van het fin de siècle. Het leek mij interessant om te onderzoeken hoe tijdens de eeuwwisseling het veranderende mens- en wereldbeeld zijn weerslag vond in die Vlaamse literatuur. De tijdsgeest van het fin de siècle vinden we gekristalliseerd terug in de degeneratieleer, een verzameling van semi-wetenschappelijke theorieën die in de tweede helft van de negentiende eeuw het hele publieke discours beheerste en tot de verbeelding sprak van elke intellectuele burger. Het eerste deel van deze verhandeling zal dan ook een kader geven waarbinnen we de ontwikkeling en de verspreiding van de degeneratietheorie kunnen begrijpen. Het tweede deel van deze verhandeling zal handelen over de literaire vertaling van de degeneratietheorie. Dit perspectief is nieuw voor de Vlaamse literatuur en zal in deze verhandeling verder worden toegepast op enkele representatieve novelles en romans.

Met deze eindverhandeling zet ik een punt achter mijn studie Germaanse. Het waren vier mooie jaren waarin ik de kans heb gekregen mezelf en de wereld een beetje beter te leren kennen. Dit voorwoord is dan ook het gepaste moment om enkele mensen te bedanken. In de eerste plaats mijn promotor Prof. Dr. J Couttenier, voor de suggesties en de verbeteringen en vooral voor het aanbrengen van een interessant onderwerp. In de tweede plaats mijn ouders, zonder hun morele en financiële steun had ik deze studie nooit tot een goed einde kunnen brengen. Maar ook mijn grootouders, mijn broer Jan en mijn zus Leen wil ik hierbij zeker niet vergeten. En ten slotte Nienke en Hans, voor de toffe tijd in Antwerpen en Leuven.

Jef Vandermosten, zomer 2006

 

home lijst scripties inhoud vorige volgende