Status quaestionis van het onderzoek in Vindolanda op het gebied van de militaire geschiedenis. (Jeroen Poppe) |
|
SAMENVATTING
In deze thesis heb ik getracht een overzicht te geven van de resultaten die reeds geboekt werden op het gebied van militaire de geschiedenis tijdens het historisch onderzoek op de site van Vindolanda. Naast de verschillende forten die op deze site gestaan hebben bevonden er zich ook nederzettingen van burgers, maar deze worden hier niet behandeld. Deze thesis zal een beeld geven van de verschillende aspecten van Vindolanda die onderzocht werden, het bronnenmateriaal dat gebruikt werd, een kritische blik werpen op de conclusies die hieruit getrokken werden en hier en daar alternatieve interpretaties van dit bronnenmateriaal aanreiken. Verder is het de bedoeling dat deze thesis door andere vorsers kan gebruikt worden als inleiding tot het onderzoek naar Vindolanda. Bijgevolg bevat ze, naast de bibliografie met geraadpleegde werken ook een bibliografie met alle publicaties over Vindolanda (ook over de niet-militaire aspecten van de site) en een lijst met alle militaire rangen en functies die op de houten schrijftafeltjes werden teruggevonden met hun precieze locatie in de tekst en een korte beschrijving van de context waarin die termen gebruikt worden.
Het belangrijkste bronnenmateriaal omtrent Vindolanda zijn de houten schrijftafeltjes die men daar teruggevonden heeft. Daarnaast werd ook gebruik gemaakt van inscripties. Dit voornamelijk om de geschiedenis van bepaalde eenheden te kunnen volgen. Er wordt eveneens verwezen naar papyri, voornamelijk uit Bu Njem, die vergeleken worden met de schrijftafeltjes uit Vindolanda. Verwijzingen naar de klassieke auteurs komen slechts sporadisch voor.
Hoofdstuk II bevat een lijst met alle militaire eenheden die in Vindolanda gestationeerd geweest zijn en hun geschiedenis, voor zo ver het mogelijk is deze te reconstrueren. De geschiedenis van cohors I Tungrorum is het meest gedetailleerd besproken.
Hoofstuk III behandelt de organisatie van de auxilia uit Vindolanda. Eerst worden de verschillende rangen weergegeven, samen met de informatie die de schrijftafeltjes ons over hun functie in het leger geven. Vervolgens wordt dieper ingegaan op bepaalde aspecten van de concrete organisatie van de hulptroepen. Meer bepaald gaat het over de versnippering van de cohorten en alae in vexilationes, de ‘klassieke brigade’ en de singulares legati.
Hoofdstuk IV is het meest uitgebreidde hoofdstuk van deze thesis en behandeld de militaire administratie. Het diepst wordt ingegaan op de renuntia (rapporten omtrent de locatie van de troepen die door de optio werden opgesteld), de verlofaanvragen en de verschillende rapporten. De schrijftafeltjes uit Vindolanda worden vergeleken met andere gelijkaardig materiaal en met wat historici hier in het verleden reeds over verteld hebben. De belangrijkste conclusie die men uit dit hoofdstuk kan trekken is dat er momenteel eigenlijk nog te weinig bronnenmateriaal beschikbaar is om echt een goed beeld te krijgen van de Romeinse militaire administratie.
De documenten die in hoofdstuk V besproken worden, werden niet door het Romeinse leger geproduceerd. Ik behandel deze documenten toch omdat zij ons informatie kunnen verschaffen over dit leger. Het zijn documenten omtrent de levering van goederen aan het leger. Deze leveringen blijken praktisch uitsluitend op voedsel en drank betrekking te hebben. Hieruit wordt de conclusie getrokken dat het leger voor andere zaken dan graan en drank en waarschijnlijk bepaalde grondstoffen (bv. ertsen) grotendeels zelfbedruipend moet geweest zijn. Verder valt het op dat militaire eenheden en zelfs vexilationes zelf graan aankochten, zonder op een uitgebreid militair logistiek netwerk te moeten terugvallen voor hun bevoorrading.
Hoofdstuk VI gaat over ambachtslieden en specialisten in het leger. De leden van deze groep zijn zelf soldaten en vaak zijn het gewone soldaten die werden ingezet om gedurende een bepaalde periode stenen te bakken, klei te ontginnen, een gebouw te bouwen, …
Hoofdstuk VII is bedoeld als werkdocument. Het is een lijst met alle namen van functies die in de schrijftafeltjes voorkomen (centurio, optio, beneficarius,…) met telkens de lijst van alle schrijftafeltjes waarin ze vermeld worden. Per schrijftafeltje staat er ook nog eens bij in welke context het vermeld wordt zodat een historicus die van dit document gebruik maakt onmiddellijk kan zien welke schrijftafeltjes interessant zijn voor zijn/haar onderzoek.
Hoofdstuk VIII behandelt de relatie tussen het leger en de burgerbevolking. Dit hoofdstuk bespreekt onder meer een brief die teruggevonden werd, waarin een handelaar klaagt over zijn slechte behandeling door het leger. Verder wordt er ingegaan op de sporen die zijn teruggevonden van privé-aankopen door soldaten en de op de aankopen van het praetorium.
Het laatste hoofstuk is getiteld ‘Varia’. Dit zijn twee korte besprekingen. De eerst gaat over de militaire badhuizen van Vindolanda, de tweede gaat over de in Vindolanda teruggevonden wapens.
Tot slot is er een bijlage met alle
publicaties die tot nu toe over Vindolanda uitgegeven werden.
|