Receptiegeschiedenis van dr. Spock in Vlaanderen (jaren ’50 en ’60). (Anne-Greet Denolf)

 

home lijst scripties inhoud vorige volgende  

 

II. Corpus

 

1. Biografie: Benjamin Spock, de goeroe van het babyboek

 

Het is moeilijk om een afbakening te maken tussen het persoonlijk en professioneel leven van Benjamin Spock. De twee zijn immers onlosmakelijk met elkaar verweven en beïnvloeden elkaar.

 

1.1. Levensloop (persoonlijk en professioneel)[25]

 

Benjamin McLane Spock wordt geboren op 2 mei 1903 in New Haven, Connecticut, in een familie uit de middenklasse. Hij is de oudste van zes kinderen, dus geen échte benjamin! Na hem volgen nog vier zussen en een broer: Hiddy, Betty, Anne, Bobby (=Robert) en Sally. Vóór Benjamin was er nog een doodgeboren kind. Benjamin Spock helpt vooral de twee jongste kinderen verzorgen en opvoeden: de fles geven, zoeken waarom ze wenen, in slaap wiegen, etc. Hij beseft dan al dat hij dit eigenlijk graag doet en dat voor hem kinderen heel belangrijk zijn.

Hij krijgt een heel strenge, Spartaanse opvoeding van zijn dominante moeder, Mildred Spock. De kinderen Spock moeten bijvoorbeeld slapen in extreem koude temperaturen (“frisse lucht is gezond”), vegetarisch leven en buigen voor voorbijgangers. Zij gebruikt het advies van dr. Emmet Holt, dé leidende figuur in die tijd. Zijn boek, The Care and Feeding of Infants (1896)[26], benadrukt dat alleen vrouwen geschikt zijn voor het moederschap. Toch vertrouwt ze ook op haar eigen instincten, op wat zij denkt dat goed en verstandig is.

Zijn vader, Benjamin Ives Spock is niet bij het huishouden betrokken. Hij is advocaat, afgestudeerd aan de Yale University. Hij is een afstandelijk man die altijd de puntjes op de i wil. Hij geeft nooit knuffels of zoenen aan zijn zonen (Benjamin en Bobby), maar toont wel affectie tegenover zijn dochters.

Moeder Spock houdt haar kroost bijzonder nauwlettend in het oog en roept hen voortdurend ter verantwoording voor al hun grote en kleine daden. Ze wil zes perfecte kinderen. Om op te groeien tot gezonde, stevige en verstandige kinderen, moeten ze de regels van moeder Spock nauwlettend naleven. Ze is veeleisend en hanteert die met zoveel overtuiging dat ze jarenlang niet in vraag worden gesteld.

Ze is ook bijzonder begaan met de uiterlijke schijn. De buren mogen zeker geen verkeerde indruk krijgen. Daarom moeten de Spock-kinderen buigen voor de voorbijgangers. Opvallend is ook dat, wanneer ze met haar persoonlijke vrienden praat, ze niets van haar buitensporige autoriteit laat zien. Ze laat zich van haar uitbundige kant zien, zodat het helemaal niet opvalt dat ze eigenlijk heel autoritair is.

Zijn moeder houdt dit strenge ritme aan, omdat ze zelf een bijzonder slechte jeugd gehad heeft: haar vader hield er minnaressen op na, is uiteindelijk weggegaan van thuis, haar zus werd een tienermoeder en ze werd zelf opgevoed met het idee dat seks slecht is. Mildred Spock gaat niet op bezoek bij haar schoonfamilie: ze zijn niet “interessant” genoeg en hebben dus geen invloed op haar opvoedingswijze.

Benjamin krijgt een ietwat speciale behandeling, hij wordt het liefst gezien door zijn moeder: hij is het eerste kind en de vervanger van de doodgeboren eerste baby. Hij is een beetje een “moederskindje”.

Het is in dit kille, autoritaire, protestantse klimaat dat Benjamin Spock opgroeit. Hij is een God- en vadervrezende jongen, verlegen en vol angsten en onzekerheden[27]. Zijn eigen opvoeding speelt een doorslaggevende rol bij het ontwikkelen en propageren van zijn Spock-theorie. De kiem van zijn engagement vinden we immers terug in zijn eigen kinderjaren. Zijn opvoedingsmethode is dus ten dele een reactie op zijn moeder.

 

In 1921 gaat hij naar de Yale University. In zijn eerste jaar kiest hij vooral Engelse vakken, vanaf het tweede jaar, als hij beseft dat hij kinderarts wil worden, oriënteert hij zich op de wetenschappelijke vakken[28]. In zijn vrije tijd houdt Benjamin zich vooral bezig met atletiek. Hij groeit zelfs uit tot een olympisch atleet want hij roeit in het Yale-team dat op 14 juli 1924 een gouden medaille wint op de Olympische Spelen in Parijs. Dit betekent een psychologische kentering voor Spock: zijn zelfvertrouwen en zelfbewustzijn krijgen een formidabele push. In 1925 gaat hij naar de Yale Medical School, geneeskunde studeren.

Nog tijdens zijn studies, op 25 juni 1927, huwt hij met Jane Davenport Chaney. Dit is niet onbelangrijk, want vanaf dit moment bemoeit zijn moeder zich niet meer met hem. Hij ontmoette miss Chaney een paar jaar voordien. Zij stimuleert hem enorm en versterkt zijn zelfvertrouwen nog meer. Jane was studente aan de Bryn Mawr, een universiteit in Philadelphia. Zij was geïnteresseerd in literatuur en kunst, psychologie en begeleiding van kinderen. Zij beschrijft zichzelf als een moderne vrouw van de jaren ‘20, die niet verlegen zit om te roken, te drinken of te denken als een man[29].

Het pasgehuwde koppel verhuist naar New York City en Spock vraagt zijn overplaatsing naar het Columbia’s College of Physicians and Surgeons, om daar zijn studies af te werken. Na deze studies doet hij twee jaar onbetaalde stage in het Presbyterian Hospital, waar hij vooral luistert naar patiënten. Jane is assistente psychologie en moet hiervoor in psychoanalyse gaan. Hierdoor groeit Spock’s interesse voor Freud.

 

In 1931 start zijn stage in de pediatrie. Het heersende gedachtengoed is dat van dr. Holt, met zijn publicatie The Care and Feeding of Infants[30]. Ouders moeten hun kinderen regelmatigheid aanleren (schema’s), duimzuigen is een bijzonder slechte gewoonte en men mag niet te veel vertrouwen op instinct en moederliefde.

Dr. Spock merkt dat er bij Amerikaanse ouders interesse is voor de psychologie. Zij willen leren hun kinderen begrijpen. De heersende generatie kinderdokters kan echter niet aan deze nood voldoen. Dr. Spock wil iets doen, liefst niet op de starre, conservatieve manier van die tijd, maar met meer aandacht voor de mens achter de patiënt. Dus doet hij voor die tijd iets unieks en ongewoons: hij vult zijn diploma pediatrie aan met een opleiding psychiatrie. Hij bestudeert zes jaar lang de psychoanalyse en is de enige pediater van zijn tijd die deze combinatie maakt[31]. Spock ontdekt dat Freudiaanse psychoanalyse het gedrag van kinderen kan verklaren[32]. De ideeën van Freud zijn echter niet populair bij de conservatieve Amerikaanse dokters: dr. Spock, als einzelgänger, wordt hier en nu geboren.

 

In 1933 opent dr. Spock zijn eigen pediatrische praktijk, op East-side (New York). Hij gebruikt de inzichten van Freud en vertaalt die naar alledaags advies voor ouders. Hij wordt hierbij bijgestaan door Caroline B. Zachry, Eric Erikson en Margaret Mead. Zachry is een prominente figuur op het gebied van kinderontwikkeling en verkeert in psychoanalytische kringen in New York City. Erikson is een volgeling van Freud, getraind door diens dochter Anna en Mead is antropologe en een belangrijk figuur in de Amerikaanse psychoanalytische beweging. Zij is een bijzonder progressief individu. Voor de opvoeding van haar eerste dochter liet zij zich volledig inspireren door dr. Spock.

Tot de late jaren ’30 zijn veel sociaal werkers, psychologen, psychoanalysten en mensen die persoonlijk in psychoanalyse zijn geweest, patiënten van dr. Spock’s pediatrie. Hij spreekt dus voornamelijk een progressieve groep aan. Zijn praktijk groeit almaar, vooral door zijn geruststellende toon, zijn uitstraling van vertrouwen en zijn praktisch advies. Met zijn kalme stem straalt hij autoriteit en begrip uit. Zijn patiënten uit de late jaren ’30 en vroege jaren ’40 zijn vooral hoog opgeleide, upper- en middenklasse families uit Manhattan.

 

Nog in 1933 wordt Michael (Mike), de eerste zoon van dr. Spock en zijn vrouw Jane geboren. Hij wordt opgevoed volgens de methode van dr. Holt, dat wil zeggen met een vast schema.

 

In 1938 slaat Spock een aanbod om een pediatrisch boek te schrijven, af. Zijn theorie is nog niet voldoende ontwikkeld: er blijft een te groot schisma tussen Freud’s opvattingen (band tussen de kindertijd en volwassen neurosen) en de vriendelijke, praktische raad die dr. Spock geeft aan jonge ouders. Niemand weet precies hoe Freud’s ideeën in de praktijk moeten worden gebracht. Bijvoorbeeld, wat moeten we aan ouders zeggen over zindelijkheidstraining? Dr. Spock vormt hierover zijn eigen interpretaties. Hij probeert dus Freudiaanse denkbeelden te verweven in zijn alledaagse adviezen.

Op 20 april 1944 wordt de tweede zoon geboren. John Spock wordt opgevoed volgens Spock’s eigen methode: John wordt de eerste Spock-baby.

 

In 1946 publiceert hij dan toch zijn Baby and Child Care-boek[33]. Het succes ervan veroorzaakt grote omwentelingen in de Spock-familie. Eind 1946 wordt dr. Spock de eerste consultant in de kinderpsychiatrie in de Mayo-Clinic (Minnesota)[34]. In maart 1947 verhuist de familie Spock daarom naar Rochester, Minnesota, vier jaar later (herfst 1951) naar Pittsburgh, na zijn aanstelling tot professor aan de universiteit. Vanaf nu promoot hij zijn werk zelf actief door spreekbeurten te geven aan jonge ouders.

Dit ambitieuze leven eist zijn tol binnen het gezinsleven: Jane voelt zich meer en meer geïsoleerd, drinkt veel en wordt depressief. Voor de buitenwereld vormen zij het perfecte koppel, maar de spanningen stapelen zich op. In de winter van ’54 valt het verdict: schizofrenie door een teveel aan alcohol. Doordat ze wordt opgenomen in een verzorgingstehuis, stapelen de familieproblemen zich op: zoontje John heeft het moeilijk met de afwezigheid van zijn moeder, bij haar terugkeer is de relatie binnen het koppel volledig verzuurd en door de hoge medische rekeningen, zijn er nu ook financiële problemen. Dr. Spock verdient weliswaar een aardige cent als professor, maar zijn boek brengt niet veel op: in 1946 tekende hij immers voor lage royalties omdat er geen garantie op succes was.

 

Om meer geld te verdienen sticht hij in 1954 Spock Projects Inc., een bedrijfje om zijn projecten te coördineren[35]. Hij schrijft voor populaire tijdschriften: een maandelijkse column voor Ladies Home Journal (“Dr. Spock talks with mothers”, vanaf 1954), voor Redbook (vanaf 1963) en voor American Weekly een aantal verhalen over kinderdiscipline. Hij schrijft twee nieuwe boeken: samen met dr. J. Reinhart, A baby’s first year, en samen met M. Lowenberg, Feeding your baby and child. Ook heeft hij een lokale televisieshow in Pittsburgh. Elke week bespreekt hij samen met een panel van vier ouders alledaagse opvoedingsproblemen. In 1955 gaat hij zelfs nationaal. Op NBC presenteert hij een half uur durend programma, “Doctor Spock”. Hierdoor spreekt hij nieuwe lezers aan én speelt hij in op de enorme stijgende populariteit van Baby and Child Care. Bovendien treedt hij zo in interactie met zijn lezers: hij leert zelf nieuwe inzichten bij en past dan zijn richtlijnen aan[36].

 

Door het overweldigend succes in de jaren ’50, wordt Spock zich bewust van zijn macht en invloed. In 1958 richt hij het Child Rearing Study-centrum op, met als doel de juistheid van Freud’s kinderopvoedingstheorieën te bewijzen[37]. In 1963 is een studie naar de effecten van Baby and Child Care afgerond. Deze levert echter weinig concrete resultaten op. Het belangrijkste besluit is dat veel vrouwen geen borstvoeding geven, gewoon omdat ze geen steun krijgen van dokters en verpleegsters. De studie wordt fel bekritiseerd aan de universiteit. De belangrijkste kritiek is dat deze studie weinig concrete, wetenschappelijk goed onderbouwde resultaten oplevert[38]. Door zijn gebrek aan exacte wetenschappelijkheid verliest Spock nu definitief zijn aanzien in de academische wereld: in 1966 neemt hij ontslag uit de Cleveland Medical School (pensioen op 65-jarige leeftijd). Samen met Jane verhuist hij naar New York, waar hij aan zijn tweede carrière begint: de strijd tegen oorlog en onrecht.

 

Spock’s engagement reikt dus verder dan opvoeding en verzorging. De tweede reden waarom hij zo bekend is geworden, is immers zijn politieke avontuur. Reeds tijdens zijn carrière als pediater, groeit zijn interesse voor de politiek.

In 1960 steunt hij in een TV-show openlijk de liberaal denkende democraat John F. Kennedy. Toch twijfelt hij meer en meer aan het beleid, vooral in verband met nucleaire wapens[39]. In de jaren ’50 heeft Amerika immers grote angst voor een nucleaire aanval van de Sovjetunie. Dr. Spock claimt dat deze permanente angst helemaal niet goed is voor kinderen. Dit is zijn legitimatie voor de verbinding tussen pediatrie en politiek.

Onder druk van de gebeurtenissen (’61: de Sovjetunie test nucleaire wapens ondanks bestand met Amerika en februari ’62: Kennedy herneemt nucleaire testen) treedt dr. Spock toe tot SANE, National Committee for a Sane Nuclear Policy. SANE ijvert voor politieke verandering door conversatie en dialoog, veeleer dan door verdere confrontatie in de Koude Oorlog. De leden zijn verantwoordelijke liberalen uit hogere kringen, maar gezien hun dialoog met de Sovjets, hebben ze schrik voor radicalen, ipso facto communisten, aanzien te worden.

Spock gebruikt zijn bekendheid bij deelnames aan demonstraties voor vrede en zo krijgt SANE meer persaandacht.

 

Dr. Spock is een echte aanhanger van het democratisch beleid van president Kennedy: hij vergezelt hem op buitenlandse missies, hij steunt zijn meer socialistische maatregelen,… Maar hij gaat helemaal niet akkoord met de militaire visie van de president. Spock is een virulent tegenstander van oorlog en vindt dat Amerika zich niet te veel met Vietnam mag inlaten. Maar Kennedy wordt in november 1963 vermoord en opgevolgd door Johnson. Ook deze democraat wordt door dr. Spock gesteund wegens zijn vredelievendheid en de belofte niet in te grijpen in Vietnam. Wanneer de Amerikaanse bombardementen op Noord-Vietnam toch starten in 1964, voelt dr. Spock zich daarom enorm beledigd en verraden[40]. Hierdoor wordt hij nog meer anti-oorlog.

In de pers rijzen steeds meer en meer kritische stemmen op: waarom zou een babydokter zich mogen bemoeien met politiek? Dr. Spock blijft er echter van overtuigd dat pediatrie en politiek inherent verbonden zijn. Hij wordt een echte vredesactivist en anti-Johnson.

Zijn openlijk protest stuit vanaf 1965 ook in medische kringen op verzet. Dit, samen met zijn weinig wetenschappelijke prestaties, leidt tot medische isolatie en uiteindelijk tot zijn pensioen (1966). Maar ook ouders beginnen te protesteren, waardoor zijn populariteit begint te wankelen. Zij zien hem als de verrader van Amerika. In de National Review verschijnt een ‘gedicht’ dat de sfeer en het ongenoegen bij de Amerikaanse ouders reflecteert[41]:

 

The Spockery of dr. Quack

 

I do not love thee, dr. Spock

The thing is this: I’ ve got a block

Against the sort of seedy tricks

You’ re sneaking into pediatrics.

Let a mother ask you why

Her kid is nervous – you reply

She’ s stuffed the moppet’ s head with rot

About a Communistic plot

And if she only had a brain

She’ d run out and go in SANE.

Well, Mom, let me say beware

Of all this bogus baby care,

And don’t let Benjy muddle you

You know more than you think you do.

 

Na enkele mislukte diplomatieke acties met SANE (brieven naar president Johnson en senator Robert Kennedy), beslist dr. Spock nu voluit te gaan. SANE wil een geweldloze, politieke drukkingsgroep blijven, maar gaat nu samenwerken met de anti-oorlogbeweging. In 1967 veranderen zowel dr. Spock, SANE als de volledige vredesbeweging in Amerika dramatisch. De Amerikaanse anti-oorlogbeweging wordt bijzonder groot. Dr. Spock stapt echter uit SANE, wanneer de organisatie niet wil participeren aan de Spring Mobilization op 15 april 1967. SANE weigert immers samen te werken met radicale groepen. De Spring Mobilization is een grote massademonstratie om het einde van de Vietnam-oorlog te eisen. Dr. Spock beslist uit eigen naam vooraan te lopen, samen met Martin Luther King. Zo wordt de burgerrechtenbeweging gekoppeld aan de anti-oorlogbeweging. Spock ontpopt zich tot één van de heftigste tegenstanders van de oorlog in Vietnam. Hij neemt deel aan allerlei anti-oorlogdemonstraties. Meer en meer echter controleert de Amerikaanse overheid deze demonstraties. Bij elke betoging zijn FBI-agenten aanwezig op zoek naar radicalen en communisten. Veel van die demonstraties draaien immers uit op “weg met Johnson” en zijn tegen elke vorm van autoriteit. De acties en de burgerlijke ongehoorzaamheid nemen toe[42].

Ook Spock wordt steeds meer politiek radicaal: op 5 december 1967, bij een demonstratie in Whitehall Street, klimt hij over een omheining en wordt hij gearresteerd. Hij komt echter op borg vrij.

Zijn vurige campagne tegen de Amerikaanse militaire betrokkenheid, krijgt een zeer onaangename wending wanneer hij, samen met vier andere prominente anti-oorlogsactivisten, van verraad wordt beschuldigd. Hij zou met E. H. William S. Coffin Jr., Marcus Raskin, Mitchell Goodman en Michael Ferber een criminele samenzwering op het getouw hebben gezet. 1968 wordt beheerst door the trial of dr. Spock. De vijf worden schuldig bevonden. Dr. Spock moet niet naar de gevangenis, zijn schuldig bevonden worden is voldoende. In juli 1969 wordt het arrest echter in beroep herroepen: dr. Spock wordt niet gestraft.

 

Sinds deze affaire gaat het bergafwaarts met zijn “pedagogische” invloed. Na de Spock-euforie, volgt de ontnuchtering. Vele Amerikanen stellen hem verantwoordelijk voor het bestaan van de hele jaren ‘60-generatie. In 1969 ontstaat een nationaal debat in verband met de vermeende permissiviteit van dr. Spock. Amerika onderneemt een zoektocht naar een zondebok voor de rebellie van de mei ’68-generatie[43]. Spock wordt nu beschuldigd van het verknoeien van een hele generatie. De verkoopcijfers van zijn boek dalen significant, boze brieven en lastercampagnes worden gestimuleerd door politieke tegenstanders. De massa’s brieven van ouders zijn bijzonder negatief: ze zien hun kinderen opgroeien tot drugsdealers of dieven. Dr. Spock wordt de zondebok van iedereen die zijn opvoeding ziet falen.

 

In 1970 is ook de rechts republikeinse vice-president van Nixon, Spiro T. Agnew, sterk anti-Spock. Agnew verwijt hem permissiviteit. Dr. Spock krijgt begin jaren zeventig dus kritiek van zowel links democratisch (vrouwenbeweging) als rechts republikeins (Spiro T. Agnew)[44].

 

Volgens dr. Spock kan de oorlog alleen door een derde nationale politieke partij gestopt worden. In 1972 is hij daarom presidentskandidaat voor de People’s Party, de derde partij naast de democraten en de republikeinen (“Spock for president”). Het is een losse coalitie van radicale, linkse partijtjes met vooral veel socialistische ideeën. Hij verliest echter grandioos.

 

Ook op privégebied gaat het Benjamin Spock niet meer voor de wind. Na het politiek proces (1968) gaat de familie Spock in familietherapie. Beide zonen klagen de weinig affectievolle houding van hun vader aan. Thuis is hij bijzonder autoritair en wil hij de anderen controleren, in navolging van zijn eigen moeder. De contradictie tussen de kalme teneur van zijn boek en de drukte in zijn persoonlijk leven is opvallend. Hij creëert een emotionele afstand tegenover zijn eigen kinderen (zij moeten hem bijvoorbeeld bij zijn voornaam, Ben, noemen). Er is een grote kloof tussen de extraverte, publieke dr. Spock en de warmteloze en afstandelijke vader. Toch vervullen zijn zonen lang de publieke rol van ‘zonen van dr. Spock’.

Maar in interviews en in een BBC-documentaire[45] praten ze honderduit over hun eigen opvoeding en vooral over het gebrek aan affectie erin. Spock vindt het verschrikkelijk om daarmee geconfronteerd te worden, maar hij ontkent de beschuldigingen niet. Op latere leeftijd ziet hij in dat hij zijn eigen zonen affectief verwaarloosd heeft: “Ik heb hen nooit gekust, maar als ik ze nu zie, sluit ik ze in mijn armen.”[46]

Het beeld van de koude, arrogante vader Spock, die naar de buitenwereld de mythe van het ideale gezin hooghoudt, wordt door de media dankbaar aangegrepen en breed uitgesmeerd. In Vlaanderen verschijnt een artikel in Het Nieuwsblad[47]: zoon John zegt dat zijn vader hem nooit een zoen heeft gegeven, dat hij alleen maar een hand gaf en niet in staat was warmte te geven. Wat bijna nergens vermeld wordt, is dat hij eigenlijk zelf ook maar het product van zijn eigen autoritaire en koude opvoeding was. Wie geen warmte krijgt, kan die ook moeilijk aan anderen geven. Michael vertelde ooit dat Spock met zijn kleinkinderen wél heel erg spontaan, warm en liefdevol omging. Blijkbaar had dr. Spock een generatie langer nodig om zijn genegenheid te tonen. In zijn boek van 1988, is hij zich daar volledig van bewust[48].

 

In 1975 loopt het huwelijk van Benjamin Spock en Jane Chaney na 48 jaar op een scheiding uit. Zij voelt zich genegeerd en is gefrustreerd omdat ze geen erkenning krijgt voor haar bijdrage aan het boek. Haar leven lang leefde zij in zijn schaduw.

 

Na zijn scheiding toert hij rond om spreekbeurten te geven. De Spock-baby’s van de jaren ’40 en de vroege jaren ’50, een nieuwe generatie, hebben nu zelf kinderen en willen raad. Op een van die voorstellingen ontmoet hij Mary Morgan, een 40 jaar jongere, gescheiden moeder. De twee trouwen in oktober 1976, één jaar na zijn scheiding en 10 maanden na hun eerste ontmoeting. Mary is 32 jaar en Benjamin is er 73. In 1987 krijgt hij problemen met zijn gezondheid. Het verdict: huidkanker en bronchitis. Daardoor neemt het koppel een totaal andere levensstijl aan met vitaminekuren, meditatie, yoga, massages en vegetarisme. In 1991 begint hij zelfs een macrobiotisch dieet: geen melkproducten meer[49].

Zijn eerste vrouw, Jane, overlijdt op 10 juni 1989. Op 94-jarige leeftijd (15 maart 1998) overlijdt Benjamin Spock.

 

Het ziet er naar uit dat de grote dokter Spock veel succes gekend heeft bij de Amerikaanse families, maar dat zijn persoonlijk leven een ramp was. Hij is een tragische, maar sympathieke held. Hij is een man met veel gezichten: de helper van ouders, de burgerlijke activist, de rustige raadsman. Net als vele andere wereldverbeteraars, kon hij zijn persoonlijk leven niet onder controle krijgen en hierdoor bevond hij zich in een bijzonder kwetsbare positie. Hiervan was hij zich voortdurend bewust[50].

De man die eens zo’n faam had, werd zelf een outcast door veranderende maatschappelijke omstandigheden en zijn mislukt politiek engagement.

 

1.2. Hét boek

 

De eigen opvattingen van dr. Spock over opvoedingsmethodiek beginnen te rijpen in de jaren ‘30. Hij is het die opmerkt dat alle moeders, los van inkomen of opleiding, dezelfde problemen én dezelfde nood aan basisinformatie hebben.

 

Cleverley en Phillips[51] stippen kort de vier belangrijkste theorieën aan die dr. Spock beïnvloed hebben. Die vier grote inspiratievelden zijn achtereenvolgens:

Ten eerste de evolutionaire theorie: de orthodoxe opdeling van de groei van een kind in zes stadia: baby, de éénjarige, de tweejarige, van drie tot zes, van zes tot elf en het begin van de puberteit.

Ten tweede is er Spock’s eigen pediatrisch onderzoek naar onder andere kinderziekten en babyvoeding. Hij heeft 10 jaar ervaring in de pediatrie.

Zijn gematigd liberale ideeën zijn een derde beïnvloeding: hij benadrukt hiermee de rechten, plichten en verlangens van zowel de baby als van de ouders.

Ten vierde wordt dr. Spock beïnvloed door de psychoanalytische theorie, vooral door Sigmund Freud (1856-1939). De psychoanalytische opvoeding is een opvoeding die in hoofdzaak het belang van het onderbewuste erkent als middel om zijn persoonlijkheid verder te ontwikkelen[52]. Volgens Freud moet het resultaat van deze opvoeding zijn: in staat zijn ‘goed lief te hebben en goed te werken’. Dit is het vermogen om maximale bevrediging te halen op het persoonlijke en intermenselijke vlak. De psychoanalyse legt een grote verantwoordelijkheid bij de moeder: zij is verantwoordelijk voor het psychisch welzijn van het kind[53].

Dr. Spock populariseert de ideeën van Freud. Hij was sterk onder de indruk van Freud’s ontdekking dat repressie door de ouders ernstige neuroses kan veroorzaken. Daarom adviseert Spock ouders onder andere om niet overdreven te reageren als het kind zich eens op een niet-gepaste manier gedraagt.

Zelf heeft hij nooit toegegeven dat hij door Freud geïnspireerd werd[54]. Laatstgenoemde was voor het grote publiek nog té controversieel. Freud ziet alles seksueel: het kind wordt gedreven door het lustprincipe. Het centraal concept van Freud in het begrijpen van de menselijke psyche is immers “infantile sexuality” (infantiele seksualiteit), samen met aanverwante termen als “penis envy” (penisnijd), “incest”, “sibling rivalry” (zuigelingenrivaliteit), enz[55].

De infantiele seksualiteit deelt hij in drie periodes in[56]. Van 0 tot 6 jaar heeft er een actieve seksuele beleving plaats. Die periode kent drie opeenvolgende subfases: de orale, de anale en de fallische fase. Van 6 tot 9 jaar volgt de latentieperiode, waarin alle uitgesproken seksualiteit wordt onderdrukt. Ten slotte volgt de genitale fase.

De puriteinse, conservatieve Amerikanen kunnen niet aanvaarden dat kleine kinderen ook een seksueel aspect hebben. Daarom wordt Freud gebannen uit de Amerikaanse pers.

Dr. Spock beseft dat hij zijn publiek zal verliezen als hij te veel naar Freud verwijst: hij verweeft diens denkbeelden daarom in zijn adviezen zonder dat zijn lezers het merken. Zo zijn bijvoorbeeld de drie psychoseksuele fases in de ontwikkeling van een kind bijna niet herkenbaar. De Freudiaanse invloeden zijn alle anders verwoord. Naast de aandacht voor seksualiteit slaat de theorie van Freud om nog een tweede reden niet aan in Amerika vóór WO II: hij bestudeert namelijk de subjectiviteit van kinderen. Dit denken past beter in een samenleving waar meer aandacht is voor de individuele ontwikkeling en voor sociaal-culturele verschillen in de ontwikkeling. Een dergelijk sociaal-cultureel klimaat ontstaat in Amerika pas op het einde van de jaren ‘30[57].

 

Baby and Child Care betekent de langverwachte doorbraak van de navolgers van Freud, die de positieve interpretatie van de psychoanalytische gedachte willen verspreiden. Freud zelf gaf nooit adviezen in verband met de opvoeding, met als argument dat elke opvoeding op een mislukking uitloopt. Na WO II doen zijn volgelingen dat wel: dr. Spock (Amerika), Françoise Dolto (Frankrijk), en Donald Winnicott (Engeland). Het succes van de eerste populair-wetenschappelijke werken over de psychoanalyse duidt zowel op verwarring bij de moeder als op het geloof in een ideaal[58]. Pas in 1950 is Hélène Deutsch, één van de pioniers van de psychoanalyse, de eerste die ontdekt hoezeer Freud in het babyboek doorgedrongen is.

 

Vooral na WO II woedt de nature-nurture-discussie in alle hevigheid en is ze pertinent aanwezig in het politieke en maatschappelijke leven[59]. Deze discussie gaat over de invloed en het belang van respectievelijk erfelijkheid en milieu (omgevingsfactoren, opvoeding) op het kind. In het debat aanvaardt dr. Spock de invloed van erfelijkheid, maar toch plaatst hij zichzelf in het opvoedingskamp[60]: de ouders kunnen het verschil maken. Ouderlijke liefde is het mooiste bewijs van vertrouwen.

 

Na een zeer lange rijpingsfase start dr. Spock in 1943 eindelijk met zijn pediatrisch boek. Hij dicteert, terwijl Jane typt en suggesties doet. Hij is volledig afhankelijk van Jane, want typen kan hij niet. Ook de concrete tips zijn door haar gegeven, bijvoorbeeld hoeveel luiers je nodig hebt. Het boek moet volgens hem een bron van informatie worden, geschreven in een alledaagse, toegankelijke taal. Hij leest daarom de tekst luidop aan haar voor en zij zorgt ervoor dat de toon van het boek gemakkelijk en verstaanbaar is.

Deze intensieve onderneming wordt in 1944 bruusk onderbroken, wanneer Benjamin Spock wordt opgeroepen voor militaire dienst (training in Maryland), wegens de Tweede Wereldoorlog. Tijdens deze periode wordt hij meer en meer afhankelijk van zijn vrouw Jane. Elke avond deelt hij zijn veranderingen in het manuscript telefonisch mee. De afwerking van het boek ligt nu volledig in haar handen. De emotionele, toegankelijke toon van het boek zou vooral haar werk zijn.

In mei 1946 keert dr. Spock terug naar New York. Op dat moment verschijnt de eerste uitgave van zijn boek, The Common Sense Book of Baby and Child Care. Onmiddellijk wordt er ook een, veel goedkopere, pocketversie verspreid, Baby and Child Care.

 

Het eindresultaat is een nooit eerder gezien concept: het bevat 507 deeltjes met elk een vetgedrukte titel. Door deze handige opbouw, gebruik je het boek als een encyclopedie. Het is geen “leesboek” als zodanig, maar het steunt op een praktische opzoekmethode. Het is deze praktische bruikbaarheid die veel ouders aanspreekt. Via een bijzonder handige index, op het einde van het boek, kan de ouder via trefwoorden dat stukje tekst zoeken dat hij nodig heeft.

 

Vooral inhoudelijk is dr. Spock vernieuwend. Hij is een bijzonder psychologisch georiënteerde pediater: door de combinatie van pediatrische en psychologische inzichten begrijpen ouders zo de ontwikkeling van hun kind beter. Ze krijgen informatie over de meest voorkomende kinderziekten samen met kenmerken over de ontwikkeling van het kind. Hij beperkt zich niet tot lichamelijke verzorging alleen, maar behandelt ook de geestelijke groei van het kind. Opvoedkundige, verzorgende en medische informatie, worden nu samen in één boek besproken.

 

De hoofdverantwoordelijkheid van de opvoeding legt hij bij de moeder[61]. Zijn methode plaatst de noden van het kind op de eerste plaats. Van de moeder verwacht hij een diep emotioneel engagement en ze moet haar tijd aan de behoeften en verlangens van het kind spenderen, op elk moment van de ontwikkeling: een probleem voor buitenshuiswerkende moeders.

 

Spock brengt Freudiaanse inzichten in de opvoeding binnen. Die Freudiaanse boodschap wordt ongemerkt meegegeven door middel van een sterk geruststellende toon: met een alledaags woordgebruik en een heldere schrijfstijl, neemt hij alle ongerustheden bij ouders weg en prijst hij het eigen aanvoelen en de intuïtie van de ouder. Ze moeten volkomen relaxed blijven en ruim zelfvertrouwen hebben. Alleen al het motto dat bij elke heruitgave op de eerste pagina van het boek staat, “You know more than you think you do”, bewijst dit. Op deze manier zijn ouders het beste voorbeeld voor de kinderen om discipline en goede manieren te leren.

Dr. Spock richt zich rechtstreeks tot de ouders, hij spreekt hen zelfs aan, op een voor die tijd uitzonderlijke wijze: zo worden zijn ideeën gemakkelijk overgebracht aan de massa. Dr. Spock profileert zich met zijn ‘gezond verstand-methode’ expliciet als een paternalistische adviseur[62].

 

Baby and Child Care bevat uiteindelijk als pocket vooral veel praktische raad en alledaags advies[63]: alles wat nodig is voor de baby-uitzet, tips voor de eerste keer dat de baby ziek is (= de pediater die dag en nacht bereikbaar is), een concrete beschrijving van elke stap van de ontwikkeling, hoe je een baby een trui aandoet, hoe je het huis veilig maakt voor een op ontdekkingstocht gaande peuter, enz.

 

The Common Sense Book of Baby and Child Care verschilt op een vijftal punten duidelijk van andere opvoedingsboeken uit die tijd[64].

Ten eerste is er de vriendelijke toon. Na decennia lang in een keurslijf te zijn geperst, gecommandeerd te worden door betuttelende dokters die alles beter weten, mogen moeders eindelijk weer zichzelf zijn. Er mag weer geknuffeld en vertroeteld worden. Een groot verschil met de richtlijnen van bijvoorbeeld John Watson: “Kus of knuffel uw kinderen nooit. Laat hen nooit op uw schoot inslapen. Hard uzelf tegen de drang om hen vast te pakken.”[65]

Ten tweede geeft hij toe dat zijn woord niet het laatste is. Dit soort van relativering wordt blijkbaar geapprecieerd.

Een derde verschil is dat hij ervan overtuigd is dat kinderen van nature goed zijn. Het zijn geen kleine duiveltjes, maar individuen met een eigen wil. Het Spockiaanse kind is geen ruziezoeker die het leven van zijn moeder zuur wil maken[66].

“Your baby is born to be a reasonable, friendly human being. If you treat him nicely, he won’t take advantage of you.”[67]

Ten vierde laat hij vaste schema’s achterwege (in tegenstelling tot onder andere Holt en Watson).

Het vijfde en belangrijkste verschil is dat hij de ouders niet als incompetent ziet. Hij heeft er vertrouwen in. Deze compleet verschillende ingesteldheid betekent een radicale breuk met andere opvoedingsboeken. Jonge moeders worden niet aangesproken als onwetende wichten, maar als collega’s. Wat nodig is om een baby goed op te voeden, is gezond verstand en vertrouwen op de eigen intuïtie. Dit is enigszins contradictorisch: hij zegt dat moederliefde iets instinctiefs is, maar toch moet een goede opvoeding aangeleerd worden. Letterlijk pretendeert Spock’s boek alle onzekerheid bij ouders weg te nemen. Hoe kunnen kinderen zelfvertrouwen verwerven, als hun ouders geen vertrouwen hebben in zichzelf, komt als leidende gedachte naar voor. De dokter spoort ouders zelfs aan meer op zichzelf te vertrouwen dan op buren en deskundigen. In werkelijkheid worden ouders definitief beroofd van ieder gevoel van opvoedingscompetentie. Men kan in het boek namelijk geen pagina open slaan of ouders worden aangemaand zich voor advies te wenden tot een echte deskundige: een kinderarts, psycholoog of psychiater[68]. Ook Julia Grant wijst hier, terecht, op een mogelijke bron van verwarring en onzekerheid bij de ouder: wat moet een moeder doen als haar intuïtie precies het omgekeerde zegt van de dokter[69]?

Dr. Spock legitimeert de ouderlijke gevoelens. Illustratief hiervoor is zijn totaal andere ingesteldheid tegenover het moederschap: moederschap is iets instinctiefs en moet niet aangeleerd worden. Hij staat loodrecht tegenover de “Thou shalt not”-toon (verbiedend) van de tot dan geldende Amerikaanse kinderopvoedingsadviezen[70]. De humoristische, geruststellende toon erkent dat iedere ouder fouten maakt. Er is dus een totale deculpabilisering van de ouder. Hij beschrijft het opvoedingsproces als bijzonder aangenaam, ondanks het feit dat er veel kennis, tijd en geduld voor nodig is. Ten eerste zijn kinderen inherent goed en vriendelijk, ten tweede zijn moeders van nature lief en empathisch. Precies deze twee overtuigingen liggen aan de basis van zijn visie dat moeders relaxed moeten zijn, zelfvertrouwen moeten hebben en moeten/mogen genieten van het opvoedingsproces.

 

Laat ons eventjes kijken naar enkele voorbeelden van concrete denkbeelden in Baby and Child Care.

Over zindelijkheidstraining schrijft Spock dat die niet mag beginnen vanaf de derde maand (in tegenstelling tot dr. Holt)[71]. De ouders moeten zelf weten wanneer ze eraan beginnen. Het kind zelf ziet op een bepaald moment in dat het niet langer incontinent kan zijn. Bovendien kan het kind maar vanaf de leeftijd van 7 à 8 maand zelf op het potje zitten. Het welslagen van de zindelijkheidstraining hangt af van de vriendelijkheid en het geduld van de ouders.

Ook aan de slaapgewoonten besteedt Spock een hoofdstuk. Na 6 maand mag het kind niet meer bij de ouders slapen. Het kind mag geen enkele vorm van seks tussen de ouders te zien krijgen. De psychologische consequenties hiervan zijn immers niet te overzien (cfr. Freud!). De slaapkamerdeur van de ouders moet ’s nachts dicht maar niet gesloten worden. Het kind moet wel direct naar zijn bed teruggestuurd worden als het binnenkomt.

Door deze richtlijn krijgt dr. Spock ook de meer conservatieve ouders aan zijn kant!

Het onderdeel waarover wel het meest misverstanden en controversen zijn ontstaan, is wel dat over discipline en straf[72]. Ouders moeten strenge, maar redelijke richtlijnen geven. Zij zijn de baas en mogen dat niet vergeten. Kinderen zijn immers meer tevreden als hun moeder vol zelfvertrouwen is. De meeste problemen kunnen eenvoudig voorkomen worden door afleiding. De ouders moeten “neen” kunnen zeggen, zonder uitleg “waarom”. Confrontatie mag niet veroorzaakt worden. Bovendien is een kind dat alles krijgt een egoïstisch kind. Zo’n kind is niet geliefd en heeft geen vriendjes op school.

Permissieve ouders -ouders die geen grenzen stellen- maken hun kind onpopulair! Dr. Spock adviseert een “gezond verstand-benadering”, veeleer dan een discipline gebaseerd op de traditionele Amerikaanse mix van straf en angst. Fysiek straffen is geen remedie, geregeld een kind slaan is geen goede methode om een kind te controleren. Bijtende kleuters bijvoorbeeld mogen niet te hard worden aangepakt, ouders moeten gewoon verhinderen dat kinderen gaan bijten. Ouders moeten dit zien in de glans van de ogen van hun kinderen[73].

 

1.3. Diepere maatschappelijke betekenis van Baby and Child Care

 

Het boek is veel meer dan alleen een handleiding voor kinderverzorging, er zit een scherp wereldbeeld achter: Spock is de drager en/of promotor van een veranderend sociaal-maatschappelijk bestel.

 

Van een rechts Amerikaans individualisme naar een links socialistische maatschappijvisie, met bij wijlen communistische excessen in een “liefde”-geladen niet-competitiviteit

 

Het boek reflecteert niet alleen dat moeders de hoofdverantwoordelijken zijn én dat de methodes voor kinderopvoeding intensief zijn, het geeft ook aan dat kinderen ‘heilig’ zijn en dat ze moeten gekoesterd worden omwille van hun onschuld, zuiverheid en inherent liefdevolle aard[74]. Het boek participeert aan de ‘sacralisatie’ van het economisch ‘waardeloze’, maar moreel en emotioneel ‘onschatbare’ kind.

Als op het niveau van het gezin en van het kind een positieve mentaliteit gegroeid is, kan dit uitgebreid worden naar het maatschappelijk niveau. Baby and Child Care ontkent zo niet alleen impliciet de logica van de marktrelaties (gericht op eigenbelang), integendeel, het boek verwerpt expliciet deze logica. De kinderen beschreven in het boek, worden zeker niet gezien als productieve arbeiders. Van hun toekomstige waarde wordt nooit melding gemaakt, nooit wordt er gealludeerd op toekomstverwachtingen. Wat belangrijk is, en dus waarde heeft, is de goedheid -nu- van het kind. Die goedheid is afgeleid van de puurheid en onschuld van het kind. En het is precies dit element, dat de afstand afbakent tussen het kind en de ‘corrupte’ wereld. Vriendelijke kinderen zijn niet de individuele concurrenten, die men tegenkomt in de wereld van het betaalde werk, zij zijn zorgbehoevende mensen die onvoorwaardelijk vertrouwd kunnen worden.

Niet alleen worden de kinderen behandeld als niet behorend tot de marktlogica, ook de kinderopvoeding zelf wordt voorgesteld als een praktijk die in oppositie staat met het egoïstische nastreven van persoonlijke winst. Met andere woorden, net zoals de aard van kinderen contrasteert met de competitieve wereld, contrasteert de methode van kinderopvoeding met de praktijk van grote bedrijven en de gecentraliseerde staat. In de opvoeding is liefde de basis. Liefde is echter nooit een element van een zakentransactie. Voor de markt telt alleen financiële winst of ROI (Return On Investment) en bovenal time is money. Van ouders daarentegen wordt verwacht dat ze hopen tijd besteden aan het kind.

Spock is bezorgd om de focus op geld en prestige die overheerst in onze geïndustrialiseerde samenleving. Hij beseft dat dit rivaliteit kan veroorzaken tussen mensen wanneer ze steeds meer geld en status willen. Hij zegt duidelijk dat dit ongeoorloofd is in kinderopvoeding[75]. Het boek bevat een morele veroordeling van de onpersoonlijke, competitieve marktrelaties en verheerlijking van de aandacht voor de glitter van anderen. Goede kinderopvoeding, dus met ondersteuning door liefde, is niet alleen belangrijk voor de creatie van een thuis -een haven in een harteloze wereld-, maar leidt op lange termijn ook tot de creatie van een betere samenleving. Spock adviseert nooit ouders om hun kinderen competitief te leren zijn of zoveel mogelijk financieel succes na te streven[76]. Impliciet zegt hij dat ouders hun kinderen moeten stimuleren om op te groeien tot liefhebbende persoonlijkheden, die van de wereld een betere plaats proberen te maken.

Vooral de eerste paragrafen reflecteren heel sterk de individualistische ingesteldheid van de Amerikanen, bijvoorbeeld: vertrouw alleen jezelf, geloof niet te snel wat buren of experten zeggen, enz.[77] Hij wil niet autoritair overkomen en in zijn inleidende “brief aan moeder en vader”, bekent hij dat zijn theorie niet onfeilbaar is en dat ze ook naar hun dokter moeten luisteren, wat mij contradictorisch lijkt met de basisgedachte trust only yourself!

Dr. Spock verklaart dat het zijn doel is om ouders te helpen begrijpen wat nu precies de drijfveren van kinderen zijn, hun gedrag te begrijpen en deze kennis op een positieve wijze te gebruiken. Zijn doel was zeker niet de aard van mensen te veranderen[78].

Spock breekt dus echt met de Amerikaanse tradities, met het typisch Amerikaanse gedachtengoed van “alles moet opbrengen”.

 

Optimistische levensvisie in een sterk gesocialiseerde maatschappij

 

Dr. Spock kan gezien worden als een “social engineer”. Hij gelooft in de creatie van een positieve omgeving. De protagonist hiervan is een democratisch persoon, verzoend met zichzelf en met de maatschappij. Dit kan bereikt worden door een goede opvoeding. Dr. Spock is sociaal optimistisch: hij gelooft echt in de psychoanalyse als middel tot verklaring van volwassen gedrag, verdedigt een verbeterd publiek onderwijs en strijdt voor een betere verzorging voor behoeftige zieken (hier opnieuw de socialistische visie).

Zijn boek reflecteert het can do-gevoel van de periode vlak na WO II en maakt impliciet duidelijk dat er hoop is voor de toekomst[79]. Een nieuwe generatie kinderen (baby-boomers) staat klaar om het land een hogere levensstandaard te geven en om allerlei mogelijkheden te realiseren.

 

Ethiek van de verwennerij

 

Volgens Michael Zuckerman[80], professor aan de universiteit van Pennsylvania, is Baby and Child Care de uitdrukking van een cultuur die de ethiek van de verwennerij ondersteunt. Dit permissief gedachtengoed komt heel sterk op in het na-oorlogse Amerika. Baby and Child Care is functioneel voor ouders én voor hun sociale orde. Het kind weet wat goed is voor zichzelf (instincten, zelfregulerend), dus zoekt het ook wat goed is voor de maatschappij. Baby and Child Care vormt Amerikaanse burgers die coöperatief en loyaal zijn, geen individuele denkers en dat is precies wat de Amerikaanse na-oorlogse economie zou nodig hebben. Zuckerman stelt dat permissieve kinderopvoeding ten dienste staat van het breder doel van de sociale maatschappij. Hij besluit dat Baby and Child Care eigenlijk links subversief is, omdat het de familiewaarden die de rechtse individualiteit steunen, ondermijnt.

 

Besluit: Baby and Child Care is veel meer dan alleen maar een medisch woordenboek of EHBO-kit. Het boek draagt een links socialistische wereldvisie in zich: een streven naar een wereld die vrij is van gewapende conflicten, van armoede/rijkdom-spanningen en van gepolariseerde cultuur-verschillen. Die ideale “wereld”-ervaring is echter tot op heden een utopie gebleven[81].

 

1.4. Verhouding man/vrouw

 

Een belangrijk verschil met voorlopers Holt en Watson[82] is dat dr. Spock een belangrijke rol toekent aan de moeder én aan de vader[83]. Deze gedachte is revolutionair bij de meeste Amerikaanse gezinnen. Vanaf nu wordt de vader ook bij de opvoeding betrokken. Toch ligt de hoofdverantwoordelijkheid nog steeds bij de moeder. Dat bewijst zijn systematische manier van schrijven: “hij” staat voor de baby en “zij” refereert aan de moeder. Hij ziet de vrouwen primair als verzorgsters, die hun leven moeten richten naar het opvoeden van kinderen. Buitenshuiswerkende moeders zijn een categorie tot wie dr. Spock zich niet richt[84].

Dr. Spock is vóór borstvoeding. Dit is het meest natuurlijk gedrag. Psychologisch zijn baby en moeder heel dicht bijeen. Ook erkent hij de nood aan veilige kinderopvang voor werkende moeders. Zijn hoofdidee blijft dat de overheid een “thuis”-vergoeding moet betalen aan alle moeders van jonge kinderen in plaats van hen te verplichten tot buitenshuis werken om de rekeningen te kunnen betalen. Dr. Spock begrijpt hoe lastig het moederschap kan zijn, zowel fysiek als emotioneel. Hij is een babyexpert die bijzonder veel empathie toont[85]. Nieuwe moeders krijgen de raad om eens alleen weg te gaan, zonder de baby. Dr. Spock erkent dat de moeder depressief kan zijn na de geboorte, het zogenaamde “ blue feeling”.

De vader speelt bij dit alles een niet onbelangrijke rol: hij wordt door Spock bevestigd in zijn rollenmodel, met als hoofdtaken het gezin recht te houden en supervisie over de opvoeding te houden. Dit is de grote tegenstelling met de voorlopers, die onomwonden stellen dat de vader hier geen enkele rol speelt.

 

1.5. Herzieningen

 

In 1957 wordt Baby and Child Care voor de eerste maal herzien[86]. Het boek wordt aangepast aan de veranderde geest van de tijd: passages over o.a. kinderverlamming worden geschrapt wegens grootscheepse vaccinatiecampagnes. De hoofdstukjes ‘borstvoeding’, ‘kinder-discipline’ en ‘kinderen eten wanneer ze honger hebben’ worden herzien.

Hier stuiten we op een evolutie. Dr. Spock is in 1946 helemaal nog niet zeker over het voeden van de baby volgens zijn eigen behoefte. Hij is bijzonder anti-schema, maar beseft dat een onervaren moeder zich hierdoor onzeker kan voelen. Persoonlijk denkt hij dat een moeder flexibel moet zijn en aandacht moet hebben voor de noden en het welzijn van de baby. De theorie van het voeden volgens eigen behoefte wordt meer en meer verspreid, ten nadele van voeden volgens vast schema. Ten onrechte wordt gedacht dat dit idee van dr. Spock zelf afkomstig is. Vanwaar deze methode dan wel komt, blijft onduidelijk. In 1946 promoot hij dit zeker niet, het is nog onder voorbehoud. Hij is dan nog helemaal niet zeker over de ideale manier van voeden. In 1957 daarentegen is hij de sterke promotor van voeding volgens behoefte.

 

Een grote discussie ontstaat rond zijn vermeende permissiviteit. Volgens dr. Spock is de ideale toestand in het gezin een harmonie van instincten en eendracht. Dit moet bereikt worden door toegeeflijkheid aan de kinderen.

Deze losse methode -uit zijn eerste uitgave- kent een ongezien succes: in plaats van autocratische rigiditeit (schema’s), laten ouders nu de baby zelf leiden. Zo ontstaat het ander extreem: over-permissiviteit. Het kind wordt koning en het krijgt een onaangenaam, tiranniek karakter. Hier ontstaat het idee dat Spock permissief is en dat idee zal blijven leven.

In essays tussen ’46 en ’57 vraagt Spock zich af hoe ver een ouder mag gaan om enige discipline te krijgen. Hij besluit dat occasioneel slaan, mag. De editie van ’57 claimt dat ouders beleefdheid en coöperatie van hun kinderen moeten verwachten. Het kind heeft controle nodig, firm but gentle. De heruitgave van 1957 voegt veel toe in verband met discipline en verwennen. Zijn motivatie hiervoor was dat de originele uitgave geleid heeft tot misverstanden in verband met zijn poging om een versoepeling van de strikte en onflexibele houding van de jaren ‘40 te verkrijgen. De heruitgave van 1957 erkent dat de ouders van de jaren ’50 té permissief zijn en gaat dit nu tegen[87].

 

20 jaar na de eerste publicatie van zijn boek, wordt dr. Spock als hoofd-verantwoordelijke aangeduid voor het morele falen van de jeugd. Argument is dat deze kinderen opgevoed zijn volgens de permissieve methode van dr. Spock. De moederlijke verwennerij creëerde verwende, hedonistische kinderen die de echte waarden zoals hard werken en aandacht voor anderen, verloochenen[88]. Zijn adviezen creëerden een generatie van egoïstische consumenten en narcistische dwarsliggers, zonder respect voor autoriteit.

 

Onder grote maatschappelijke druk herschrijft Spock in 1968 enkele hoofdstukken van zijn boek, met als doel: opnieuw meer discipline! Naarmate hij ouder wordt, worden zijn voorschriften almaar strikter.

 

In de vroege jaren ’70 krijgt dr. Spock zware kritiek van de vrouwenbeweging[89]. De feministen zijn tégen het seksisme (de vrouwelijke stereotypering), tégen de misogynie en tégen de zogenaamd psychologisch schadelijke inzichten in zijn boek. Baby and Child Care wordt hét symbool van de door mannen gedomineerde samenleving en dr. Spock zou de vrouw aan de haard kluisteren. Gloria Steinem, een bekende feministe, claimt dat Spock de vrouw-onderdrukking door mannen voorstaat, precies zoals Freud enkele decennia vroeger. Hij evolueert nu van een vriend van de vrouwen (jaren ’50) naar een vijand van de vrouwen (begin jaren ‘70).

Uit Spock’s boeken halen de vrouwen onder andere volgende voorbeelden van seksisme: in Problems of Parents (1962) is hij tegen vrouwen die carrière nastreven: zij zijn hiervoor niet geschikt. In Decent and indecent: our personal and political behaviour (1969) is dr. Spock tegen de gelijkheid tussen man en vrouw. Er zijn beduidende emotionele verschillen: vrouwen moeten kiezen vóór het moederschap en zeker geen carrière nastreven.

 

De feministen zijn het niet eens met Spock’s visie na WO II: de moeder moet fulltime zorgen voor het kind om psychologische schade te voorkomen. Doordat alle eventuele problemen bij het kind dan veroorzaakt worden door de moeder, voelen vrouwen zich bijzonder onzeker. In plaats van te vertrouwen op hun eigen gezond verstand, grijpen ze opnieuw naar dr. Spock.

Ook beschuldigen de feministen hem van de eerder genoemde permissiviteit. De nadruk op fulltime moederschap, met onvoorwaardelijke liefde voor het kind, creëert een generatie van oververwende jongeren.

 

In 1976 wordt het boek, onder andere daarom, voor de derde keer herzien[90]. Dr. Spock is bijzonder geschrokken van de kritiek van de feministen en probeert het seksisme uit deze editie te halen:

1. Hij gebruikt niet meer “hij” voor de baby, wel “de baby”, “het kind”,…

2. Hij benadrukt de huistaak van de vader, zelfs als deze een drukke carrière heeft.

3. Hij waarschuwt jonge ouders nu expliciet voor seksuele stereotypen. Ouders hebben beiden het recht op carrière en de verantwoordelijkheid van de vader is nu even groot als die van de moeder. Hij spreekt niet meer alleen de “moeder” aan, maar praat nu met de “ouders”.

Deze passage betekent een fundamentele verandering in het kinderadvies van dr. Spock en een echte breuk met de editie van 1946.

 

De commentaar in de kranten (New York Times) is duidelijk[91]: de mening ontstaat dat hij nooit een revolutie veroorzaakt heeft in de kinderopvoeding, maar dat hij die alleen maar uitdrukte, expressie gaf. Hij is een man van zijn tijd: Freudiaans als de psychoanalyse populair is (vijftiger jaren), anti-oorlogsactivist als de oorlog in Vietnam escaleert (zestiger jaren), en bondgenoot van de feministen als het feminisme in de samenleving doorbreekt (zeventiger jaren). Hij wordt beschuldigd van opportunisme. De eens zo populaire arts valt in de jaren ’70 van zijn voetstuk en niet zo’n klein beetje!

 

De vierde herziening verschijnt in 1985 met Michael Rothenberg als co-auteur. Het is de langste editie ooit. De Amerikaanse familie heeft immers sedert 1946 een bijzonder grote verandering ondergaan. Nu is er ook informatie over echtscheiding en stiefouders opgenomen.

Toch is het seksisme nog niet helemaal uitgeroeid (cfr. zijn poging in 1976). Dr. Spock blijft een aanhanger van gender-stereotypering[92]. Hij schrijft bijvoorbeeld dat de “ouder” een nieuwe jurk moet kopen of eens naar het schoonheidssalon moet gaan, als het haar eens allemaal te veel wordt[93]. Duidelijk bedoeld is de vrouw. Voor dit voorbeeld vindt hij geen mannelijk equivalent. Verder schrijft hij dat de moeder niet mag vergeten aandacht te schenken aan haar echtgenoot[94]. De man is “viriel”, het “hoofd van het gezin” en echtgenoten zijn geïnteresseerd in sport, vissen, camping, balspelen, en de krant lezen na een dag hard werken[95]. Impliciet blijft hij bedoelen dat vrouwen de beste opvoeders zijn en blijft hij dit stereotype ondersteunen.

 

De methode van kinderopvoeding die Spock voorstaat, kwam niet zomaar spontaan in zijn hoofd op[96]. Bovendien is het geen kwestie van absolute en tijdloze waarheid. Integendeel, de herwerkingen zijn de reflectie van een specifiek, cultureel, tijdsgebonden model dat sociaal geconstrueerd werd door die tijd, onder specifieke omstandigheden. Moeders zijn en blijven de beste opvoeders. Al bij al leefde dr. Spock in een wereld waar moeders steeds de hoofdverantwoordelijkheid hebben én nemen, daarom hebben we de neiging die stereotypie van dr. Spock te “vergeven”. “Vergeving” is hier echter niet aan de orde. De vraag is niet of hij hiervoor verantwoordelijk is, de vraag is of hij participeert (intentioneel of niet-intentioneel) aan de reproductie van deze traditionele visie[97].

 

Het boek wordt in 1992 voor de vijfde keer herzien, opnieuw in co-auteurschap met Michael Rothenberg.

 

In 1998 is er de zesde en laatste herziening met Steven Parker als co-auteur. Deze editie heeft nieuwe en extra aandacht voor holebi-ouders en voor voeding met een laag vetgehalte. In deze uitgave besteedt Spock ook meer aandacht aan de rol van de vader en aan de veranderingen bij de man tijdens de zwangerschap van de vrouw, ook met betrekking tot seksualiteit[98]. De gelijkwaardigheid tussen de ouders wordt nog sterker benadrukt. Ook problemen zoals onder andere wiegendood, aids en omgaan met computers worden besproken. Volgens dr. Spock is het werken met de computer voor het kind een leerzame les in logische regels. Hij benadrukt echter het belang van goede begeleiding bij het gebruik van de computer. Hij wijst ouders op hun verantwoordelijkheid bij het uitzoeken van computerspelletjes en maakt de voordelen en gevaren van het internet concreet door het te vergelijken met een onbekende opwindende stad. Aangezien sommige kinderen nu veel meer weten over computers dan hun ouders, biedt Spock de ouders een houvast met een aantal nuttige tips.

Ook de uitgebreide aandacht voor algemene kinderpsychologische aspecten in deze versie is opvallend. De ontwikkeling van de hersenen, het temperament van een kind, en ontstaan van ambities komen aan bod. Op nog geen tien bladzijden vertelt dr. Spock dit alles, want hij wil niet verstrikt raken in wetenschappelijke taal en observaties.

Overigens is hij nu bijzonder uit de tijd en verouderd: dr. Spock heeft het nog steeds uitgebreid over het vouwen van katoenen luiers!

 

1.6. Appreciatie van het boek

 

De eerste uitgave van het boek verschijnt in de lente van 1946. In het eerste jaar worden in Amerika 750.000 exemplaren verkocht. Veruit het populairst is de paperback-versie. Het succes sterkt het zelfvertrouwen van dr. Spock. Door deze bevestiging twijfelt hij niet meer aan de combinatie psychologie-pediatrie[99].

Hij krijgt schouderklopjes van dr. Aldrich, de directeur van het Rochester Child Health Project van de Mayo-Clinic. Deze waarschuwt hem wel voor eventuele kritieken op zijn alledaagse taalgebruik.

Andere kritiek komt van het Journal of the American Medical Association. Dit tijdschrift kan zich vooral niet verzoenen met de gedachte dat, als je twijfelt, je een dokter moet raadplegen. De meeste kranten ontwijken het boek van dr. Spock. Alleen in de zondagse New York Times Review verschijnt een kleine advertentie.

 

Bij de lezers van zijn boek echter, kent hij, vooral in de jaren ’50, een nooit geziene populariteit. Dr. Spock wordt de nationale pater familias. Jonge Amerikaanse ouders grijpen naar zijn advies, net zoals de vorige generaties op hun ouders en grootouders vertrouwden. Het brede publiek wordt zijn grootste supporter: de steun van zijn lezers breidt jaar na jaar uit en neemt legendarische proporties aan. Een heel pregnant voorbeeld hiervan is de wisselwerking die ontstaat tussen dr. Spock en de ouders. Ontelbare ouders schrijven brieven naar hem met concrete vragen over problemen, met aanvullingen, andere oplossingen, enz. De brieven zijn zo talrijk dat er zelfs een archief bestaat: Benjamin Spock papers, Syracuse University Library, Syracuse, New York. Tegelijk toont dit voorbeeld ook hoe extreem opportunistisch dr. Spock eigenlijk is: hij gebruikt de brieven als vertrekbasis voor het herwerken van de nieuwe edities. Hij behandelt dus steeds onderwerpen waaraan op dat ogenblik behoefte is.

 

Maier stelt zelfs dat hij een kleine revolutie veroorzaakt in het Amerikaanse gezinsleven: de traditionele rol van ouders verandert[100]. De moeder krijgt nu waardering voor haar werk en het moederschap wordt niet langer getrivialiseerd door de maatschappij. De vader krijgt, zeker na 1976, een grotere rol toebedeeld: zijn verantwoordelijkheid is nu even groot als die van de moeder[101].

 

In academische milieus krijgt dr. Spock veel tegenwind, hoofdzakelijk om twee redenen. Vooreerst werd de combinatie pediatrie-psychologie nooit eerder gemaakt. Ten tweede wordt niet geapprecieerd dat hij voor populaire tijdschriften schrijft, zelf bijna geen wetenschappelijk onderzoek verricht en wetenschappelijke publicaties schrijft met zwakke wetenschappelijke onderbouw. Hij wordt gezien als een advocaat van gezond verstand en niet als een wetenschapper. Waarschijnlijk heeft deze negatieve houding ook iets te maken met macht, aantasting van machtspositie en jaloezie.

 

Anno 2002 zwerven 50 miljoen exemplaren in 42 talen over de wereld, steeds opnieuw bewerkt door artsen[102]. Enkel de Bijbel overtreft Baby and Child Care in verkoopscijfers: Spock blijkt hiermee dus de tweede wereldgoeroe te zijn na de Bijbel.

 

1.7. Een ambivalent figuur

 

Persoonlijk heb ik een erg ambivalent beeld van dr. Spock. In de lectuur vallen mij een aantal tegenstrijdige zaken, zelfs paradoxen op, die toch alle, schijnbaar, een rol spelen in zijn succes. Onderstaande lijst pretendeert zeker niet volledig te zijn.

 

Ten eerste bevat zijn boodschap zelf enige contradictie: volg je eigen instincten, vertrouw op jezelf, op je gezond verstand. Terzelfdertijd raadt hij aan -bij twijfel- naar een dokter te gaan waar de ouder professionele hulp krijgt. Hij is de echte expert. Ook in Spock’s antwoorden op brieven die verontruste ouders hem sturen, merken we dit: professionele hulp zoeken is zijn standaard aanbeveling[103].

Zo ontstaat een grote druk en onzekerheid bij de ouders[104]. Ook Betty Friedan klaagt dit aan: dr. Spock is ervoor verantwoordelijk dat zovele moeders zo onzeker zijn, dat ze hun kinderen opvoeden aan de hand van de richtlijnen in zijn boek. Als de tips in het boek niet werken, wenden ze zich rechtstreeks tot hem[105].

Toch is zijn succes overweldigend. De onderliggende boodschap van het boek is immers dat de lezers toch ideale ouders kunnen zijn, precies datgene wat voorgaande experten verlangden, maar niet mogelijk achtten[106].

 

Hij zegt enerzijds dat moederliefde iets instinctiefs is. Zolang de moeder haar gezond verstand gebruikt, is er geen enkel probleem. Common sense is een cultureel systeem dat zijn principes haalt uit de praktijk, uit het alledaagse leven. Het wordt onkritisch aanvaard. Toch is het een culturele constructie. Tevens is common sense duidelijk anti-expert: het is gericht op alle leden van de maatschappij, niet alleen op individuen met een gespecialiseerde opleiding.

Anderzijds leert hij een goede opvoeding aan. De vorm van het boek (de gedetailleerde stap-voor-stap instructies) ontkent impliciet de natuurlijke, common sense, trust yourself-benadering die Spock voorstaat[107]. Een moeder moet kunnen anticiperen op het kind in de verschillende, specifieke ontwikkelingsfasen. Er wordt in Baby and Child Care gesuggereerd dat zonder deze hulp, een moeder compleet het noorden kwijt zou zijn en niets zou maken van de dagelijkse verzorging van het kind.

Een appèl dus aan eigen verantwoordelijkheid, maar tegelijk wordt Spock gezien als geestelijk leidsman en autoriteit[108].

 

Enerzijds is er de idealistische gezinsvoorstelling van de opvoeding in zijn boek: wees relaxed, je baby is geen tiran, en alles komt in orde als je je instinct volgt. Anderzijds is Spock’s eigen gezinstoestand een fiasco geworden: door zijn lange afwezigheden, werd zijn vrouw alcoholverslaafd en schizofreen. De hele situatie resulteert uiteindelijk in een scheiding. Zijn eigen kinderen klagen de emotionele verwaarlozing door hun vader aan. Dr. Spock stelt zelf geen voorbeeld.

 

Ook opvallend is zijn oproep om affectie te geven aan het kind: knuffelen mag! Daartegenover staat zijn eigen opvoedingsprestatie: affectie-arm en arrogantie-rijk.

 

Enerzijds wordt hem permissiviteit verweten. Anderzijds wijzen de heruitgaven steeds meer in de richting van een groeiend belang van discipline. Hij wilde geen ‘baas’, maar een leider voor het kind. Dit resulteert in een democratisch model van kinderopvoeding[109].

 

Hij is enerzijds vooruitstrevend en heeft moderne ideeën: hij voert strijd tegen oorlog en onrecht. Anderzijds is hij een ouderwets en conservatief figuur (zucht naar discipline)[110].

 

Enerzijds is er zijn idee dat schrik voor de Koude Oorlog kinderen negatief beïnvloedt. Anderzijds staat hij zelf op de barricades te springen bij radicale demonstraties.

 

Dr. Spock heeft sympathie voor een links sociale maatschappijstructuur. Toch is er zijn sterke anti-Johnson activiteit.

 

Enerzijds is er zijn sympathie voor discipline, anderzijds valt zijn extreem linkse burgerlijke ongehoorzaamheid op: hij is fel tegen de legerdienst.

 

Hij heeft een sterke voorliefde voor het traditionele rollenpatroon, anderzijds heeft hij ook een grote drang om goed te staan bij de feministen.

 

Tegenover zijn zin voor maatschappelijke orde en rust, staat zijn presidentskandidatuur als derde partij naast linkse democraten en rechtse republikeinen.

 

Enerzijds valt zijn ambitie als wereldverbeteraar op: een wereld opbouwen voor evenwichtige mensen met goedverdeelde rust, rijkdom en verantwoordelijkheid. Hiertegenover staat de complete chaos van zijn privé-leven.

 

Alleszins kunnen we uit deze opsomming besluiten dat hij een non-conformistisch vat vol tegenstrijdigheden is en dat hij zich opportunistisch aanpast aan nieuwe tijdsevoluties.

 

home lijst scripties inhoud vorige volgende  

 

[25] Deze paragraaf is hoofdzakelijk gebaseerd op MAIER (T.), Dr. Spock, an American life, New York, Harcourt Brace & Company, 1998, 520 p.

[26] Ut infra.

[27] VEREECKEN (K.), “Dr. Spock bracht warmte in onze opvoeding”, Libelle, 1998, p. 108.

[28] MAIER (T.), Op. Cit., p. 37.

[29] MAIER (T.), Op. Cit., p. 41.

[30] Ut infra.

[31] “Dr. Benjamin Spock (1903-1998)”, op: www.drspock.com.

[32] MAIER (T.), Op. Cit., p. 93.

[33] Ut infra.

[34] MAIER (T.), Op. Cit., p. 153.

[35] MAIER (T.), Op. Cit., p. 195.

[36] GRANT (J.), Raising baby by the book, the education of American mothers, New Haven, Yale University Press, 1998, p. 220.

[37] MAIER (T.), Op. Cit., p. 217.

[38] MAIER (T.), Op. Cit., p. 260.

[39] MAIER (T.), Op. Cit., p. 222.

[40] MAIER (T.), Op. Cit., p. 245.

[41] WEISS (N.), “Mother, the invention of necessity: dr. Benjamin Spock’s Baby and Child Care”, American Quaterly, 1977, 39, 5, p. 542.

[42] MAIER (T.), Op. Cit., p. 297.

[43] MAIER (T.), Op. Cit., p. 320.

[44] Ut infra.

[45] BAHAIRE (E.), BBC-documentaire, 1998, Histories.

[46] VEREECKEN (K.), Art. Cit., p. 111.

[47] “Aparte kantjes van bekende wereldburgers: Opvoedingsgoeroe Spock slechte vader”, Het Nieuwsblad, 9 juni 1997.

[48] SPOCK (B.), Dr. Spock over ouderschap. Ouderschap als inspirerende opgave, Ede, Z&K, 1989, p. 14, oorspronkelijk: Dr. Spock on parenting, 1988.

[49] “Never too old to recover. How dr. Benjamin Spock lived to 90 (and beyond)”, op: http://sunfower.signet.com.

[50] BEEREKAMP (H.), “Knuffels”, Inhoud radio en televisie, op: www.nrc.nl/W2/Nieuws/1998/08/07/Rtv/ 01.html.

[51] CLEVERLEY (J.) en PHILLIPS (D.), From Locke to Spock: influential models of the child in modern thought, Carlton, Melbourne University Press, 1979, pp. 81-83.

[52] BETTELHEIM (B.), Niet volmaakt maar goed genoeg. Over het opvoeden van kinderen, Amsterdam, Contact, 1990, p. 25.

[53] BADINTER (E.), De mythe van de moederliefde. Geschiedenis van een gevoel, Utrecht, Bijleveld, 1983, p. 186.

[54] MAIER (T.), Op. Cit., p. 133.

[55] MAIER (T.), Op. Cit., p. 133. De correcte Nederlandse term voor sibling rivalry kon ik niet terugvinden.

[56] DEPAEPE (M.), Op. Cit., p. 147.

[57] SINGER (E.), Kinderopvang en de moeder-kindrelatie, Deventer, Van Loghum Slaterus, 1989, p. 178.

[58] BADINTER (E.), Op. Cit., p. 196.

[59] DEPAEPE (M.), Op. Cit., p. 211.

[60] MAIER (T.), Op. Cit., pp. 143-144.

[61] HAYS (S.), Op. Cit., p. 8.

[62] GRANT (J.), Op. Cit., p. 216.

[63] MAIER (T.), Op. Cit., p. 128.

[64] MAIER (T.), Op. Cit., p. 131.

[65] Ut infra.

[66] GRANT (J.), Op. Cit., p. 223.

[67] SPOCK (B.), Baby and Child Care, New York, Pocket Books, 1946, pp. 19-20, in: GRANT (J.), Op. Cit., p. 223.

[68] BAKKER (N.), “Ouderadvisering in historisch perspectief”, in: AKKERMAN-ZAALBERG VAN ZELST (M.) e.a., Ouderbegeleiding nader bekeken: schouders onder ouders, Lisse, Swets en Zeitlinger, 1998, p. 30.

[69] GRANT (J.), Op. Cit., p. 223.

[70] MAIER (T.), Op. Cit., p. 143.

[71] MAIER (T.), Op. Cit., pp. 135-136.

[72] MAIER (T.), Op. Cit., p. 139.

[73] STEVERLYNCK (C.), Kleine martelaars. Een verhaal over de geschiedenis van misbruikte kinderen, onbekwame opvoeders, ontregelde gezinnen en grootscheepse heropvoedingsprogramma’s in België (ca. 1800-1950), Leuven, KUL (onuitgegeven doctoraatsverhandeling), 1996, vakgroep historische pedagogiek, p. 464.

[74] HAYS (S.), Op. Cit., p. 64.

[75] SPOCK (B.) en ROTHENBERG (M.), Dr. Spock’s Baby and Child Care, 1985, p. 40.

[76] HAYS (S.), Op. Cit., p. 68.

[77] MAIER (T.), Op. Cit., p. 129.

[78] MAIER (T.), Op. Cit., p. 130.

[79] MAIER (T.), Op. Cit., p. 202.

[80] ZUCKERMAN (M.), “Dr. Spock: the confidence man”, in: ROSENBERG (C.), The family in history, Philadelphia, University of Pennsylvania Press, 1975, p. 206.

[81] WEISS (N.), Art. Cit., p. 546.

[82] Ut infra.

[83] MAIER (T.), Op. Cit., p. 141.

[84] GRANT (J.), Op. Cit., p. 225.

[85] MAIER (T.), Op. Cit., p. 142.

[86] MAIER (T.), Op. Cit., p. 206.

[87] CLEVERLEY (J.) en PHILLIPS (D.), Op. Cit., p. 81.

[88] HAYS (S.), Op. Cit., p. 49.

[89] MAIER (T.), Op. Cit., p. 353.

[90] MAIER (T.), Op. Cit., p. 376.

[91] MAIER (T.), Op. Cit., p. 378.

[92] HAYS (S.), Op. Cit., p. 55.

[93] SPOCK (B.) en ROTHENBERG (M.), Op. Cit., p. 32.

[94] SPOCK (B.) en ROTHENBERG (M.), Op. Cit., p. 33.

[95] SPOCK (B.) en ROTHENBERG (M.), Op. Cit., pp. 31, 33, 389-390.

[96] HAYS (S.), Op. Cit., p. 52.

[97] HAYS (S.), Op. Cit., p. 56.

[98] VAN DER LEE (P.), “B. Spock. Het oerboek over kinderen en ouderschap. Twee jaar na de dood van B. Spock beleeft zijn boek een opvallende wedergeboorte. De herziene versie van de opvoedbijbel is een bestseller. Het geheim? Spock geeft geruststelling – U weet meer dan uzelf denkt!”, Psychologie magazine, 2000, 19, 7-8, pp. 18-19.

[99] MAIER (T.), Op. Cit., p. 153.

[100] MAIER (T.), Op. Cit., p. 203.

[101] WEISS (N.), Art. Cit., p. 544.

[102] “Spock Benjamin”, Encyclopaedia Britannica, www.britannica.com.

[103] GRANT (J.), Op. Cit., p. 207.

[104] WEISS (N.), Art. Cit., p. 543.

[105] FRIEDAN (B.), The feminine mystique, Londen, Victor Gollanz ltd, 1963, pp. 197-198.

[106] GRANT (J.), Op. Cit., p. 222.

[107] HAYS (S.), Op. Cit., p. 48.

[108] BEEREKAMP (H.), Art. Cit.

[109] GRAEBNER (W.), “The unstable world of Benjamin Spock: social engineering in a democratic culture, 1917-1950, Journal of American history, 1980, 67, 3, p. 629.

[110] HULBERT (A.), “The century of the child”, The Wilson Quarterly, 1999, p. 24.