Het overheidsbeleid
met betrekking tot de media in Oostenrijk
Private televisie in Oostenrijk
Katrien Vandekerckhove
Eindverhandeling voorgelegd met het oog op het behalen
van de graad van licentiaat in de politieke en sociale wetenschappen
(richting communicatiewetenschappen)
Universiteit Antwerpen
Faculteit Politieke en Sociale Wetenschappen
Academiejaar 2005-2006
Promotor: Prof. Dr. H. Van den
Bulck
Medebeoordelaar: Prof. Dr. Van Pelt
home | lijst scripties | inhoud | volgende |
Deel I: ALGEMEEN THEORETISCH KADER
HOOFDSTUK 1: De openbare omroep vóór de opkomst van de commerciële zenders
1. Openbare omroep
2. Zwakheden van de openbare omroep
3. Veranderingen in het televisielandschap in West-Europa
3.1 Op technologisch vlak
3.2 Op economisch vlak
3.3 Op politiek vlak
3.4 Op maatschappelijk vlak
3.5 De belangrijkste gevolgen
3.6 Besluit
HOOFDSTUK 2: Een nieuw televisiebestel
1. Opkomst van commerciële televisie
2. Het nieuwe omroepdebat
3. De impact op Europees niveau
Deel II: OOSTENRIJK
HOOFDSTUK 1: Het Oostenrijkse omroeplandschap
1. Politieke en geografische kenmerken van Oostenrijk
1.1 Inleiding
1.2 Politieke en geografische kenmerken
1.3 Gevolgen op mediagebied
2. Mediawetgeving
2.1 Recente markante veranderingen
2.2 Kritiek
3. Het huidige televisielandschap in Oostenrijk
3.1 Een korte historiek
3.2 De nationale Oostenrijkse zenders
De publieke zender ORF
De private nationale zender ATV+
Gotv
TW1
at
3.3 De quasi-nationale Oostenrijkse zenders
ProSieben Austria
Puls TV
Easy.TV
K-TV
Okto
3.4 Kenmerken van de Oostenrijkse televisiemarkt
Concurrentiedichtheid
Taalgebied en geografische positie
Kabel- en satellietpenetratie
Marktverdeling
HOOFDSTUK 2: De opkomst en ontwikkeling van private televisie in Oostenrijk
1. Inleiding
2. Heeft private televisie een kans in Oostenrijk?
2.1 Mogelijkheden
2.2 Argumenten voor en tegen
Contra
Pro
Financiële kansen
3. Wettelijke basis voor private televisie in Oostenrijk
3.1 Erkenning van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens
3.2 Toetreding tot de Europese Unie
3.3 Op nationaal niveau
4. Mediapolitieke houding van de verschillende partijen
4.1 SPÖ
4.2 ÖVP
4.3 Groenen
4.4 FPÖ
5. Verstrekking van de licentie voor private televisie
6. Realisatie van het duaal televisiesysteem
6.1 Sterke openbare omroep
6.2 Technische mogelijkheden
6.3 Financiering
Samenvatting
Na het begin van de liberaliseringdebatten betreffende het televisielandschap van Europa begin jaren ‘80 zou het weliswaar nog jaren duren tot private televisie ook in Oostenrijk toegelaten werd. In juli 2001 heeft de ÖVP-FPÖ-regering een streep gezet onder een lang aanslepend debat in Oostenrijk en werd de grondwettelijke basis voor Oostenrijkse private televisie en een daarbij onontbeerlijke hervorming van de openbare omroep vastgelegd. Tot dan was het niet geoorloofd private televisie aan te bieden, dat door de Oostenrijkse bevolking via de huisantenne ontvangen kon worden. De klassieke nationale zender kon enkel en alleen toegeschreven worden aan de ORF die tegelijk machtig en kwetsbaar was. Machtig vanwege het zendmonopolie en het verbod op commerciële televisie, maar ook kwetsbaar omdat de omroep aan de leiband van de politiek moest lopen en onderhevig was aan de bemoeinissen van de regeringspartijen. In deze eindverhandeling heb ik de reden van het laattijdig toelaten van klassieke private medeconcurrenten in Oostenrijk proberen te achterhalen. Daarbij heb ik een antwoord proberen te zoeken op de vraag waarom Oostenrijk anders was dan andere Europese landen en klassieke private televisie pas in 2003 van gestart is. Mediapolitiek werd in Oostenrijk immers lange tijd aanzien als pure machtspolitiek, als maatschappelijke uitbuiting. Het draaide allemaal rond de ORF en de inspanningen om hun openbare omroep zoveel mogelijk tegen concurrentie en ingrepen te beschermen. Hun mediapolitiek kon dan ook gekenmerkt worden door een neurotische angst voor al het nieuwe en nam daardoor nog steeds restrictieve en conservatieve standpunten in. De eerste stap van vele op de weg naar een duaal omroepsysteem in Oostenrijk werd op gang gebracht door het vonnis van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens van 24.11.1993. Daarin werd het ORF-monopolie strijdig bevonden met de mensenrechten en de vrijheid op omroeporganisatie. Het is pas 18 jaar na de start van private televisie in Duitsland en ondertussen vier jaar na de toelating van private televisie in Albanië dat de monopoliepositie van de ORF doorbroken werd door een nationale private medeconcurrent en zodoende een duaal omroepsysteem gerealiseerd kon worden. Er is dus sprake van een lange, maar mediapolitiek zeer interessante weg vooraleer er sprake was van private televisie in Oostenrijk.
home | lijst scripties | inhoud | volgende |