Internationale nieuwsvorming in de westerse pers:
Vergelijkende analyse van de berichtgeving over de kwestie Oost-Timor. (Anja de Lannoy)
home | lijst scripties | inhoud | vorige | volgende |
DEEL 5: KWALITATIEVE INHOUDSNALYSE
I. De analyse
I. 2. De resultaten [1]
I. 2. 6. Gebeurtenis 6:
Tekst A: New York Times, 23 mei 1993
Dili, 22 mei, AP
Koptekst: “Indonesian Court Sentences An East Timor Rebel to Life” [1']
Thematische macrostructuur:
Inleiding: het Indonesische gerechtshof veroordeelde vrijdag een leider van een onafhankelijkheidsbeweging tot levenslange gevangenisstraf.
§2: na de uitspraak van het vonnis riep Gusmão “Lang leve Oost-Timor” [2] uit.
§3: Gusmão werd ervan beschuldigd om de betoging voor onafhankelijkheid van 1991 te hebben georganiseerd, waarop door Indonesische soldaten werd geschoten.
Realisatie, stijl en retoriek:
De koptekst zet de toon aan van de rest van het artikel waaruit blijkt dat de auteur het gebeurde geen betekenis geeft. De wijze waarop Gusmão zonder naam wordt aangeduid als “een Timorese rebel” [3] geeft het geheel een onpersoonlijk, bijzonder zakelijk en ongeëngageerd karakter.
In de inleiding worden actoren, tijd en gebeurtenis vermeld in een opvallend onpersoonlijk taalgebruik. Ook hier blijkt hoe weinig engagement en voorkennis over het onderwerp bestaan. Indien de context van het gebeurde beter gekend zou zijn, zou geweten zijn dat Gusmão alles behalve “een rebel” was, maar de nationale held voor de Timorezen, het symbool van verzet tegen de Indonesische overmacht, dé leider bij uitstek die ervoor zorgde dat Oost-Timor zich ook na 1979 bleef verzetten en de wil tot onafhankelijkheid onder de bevolking deed heroplaaien.
In de tweede paragraaf wordt een detail belicht, een gevolg van het vonnis. De nadruk die wordt gelegd op deze uitspraak zonder enige vorm van duiding zorgt ervoor dat de “rebelsheid” van Gusmão bevestigd wordt.
In de derde paragraaf wordt wat aan het vonnis voorafgaat, aangehaald: de beschuldiging. Ook hierover wordt geen duiding gegeven.
De lezer van dit uiterst routineus berichtje leert dus de essentie van het gebeurde, maar krijgt op geen enkele manier voeling met de kwestie Oost-Timor. Zonder context heeft dit bericht zeer weinig informatieve waarde: er wordt niet gespecificeerd wie Gusmão werkelijk is, wat hij betekent, wat zijn veroordeling militair en politiek impliceert, waarom hij werd gearresteerd en wat het belang is van zijn arrest (het organiseren van een betoging kan toch onmogelijk tot levenslange gevangenisstraf leiden?). Het artikel bevat dus een grote brok onlogische informatie, waardoor het meer vragen dan antwoorden doet rijzen. Ook de illustratie met een kaartje van Timor heeft hier weinig relevante waarde, vooral omdat hier verder geen duiding wordt gegeven.
Schema:
Lead
|
|
Antecedent | Gevolg |
Tekst B: De Telegraaf, 22 mei 1993
Genève, 22 mei 1993, eigen correspondent
Koptekst: “Levenslang voor leider O.-Timor” [4]
Thematische macrostructuur:
Inleiding: Fretilin-leider Gusmão werd gisteren door het gerechtshof van Dili tot
levenslang veroordeeld wegens rebellie en pogingen om Oost-Timor van Indonesië
te bevrijden.
§2: Gusmão dankt zijn leven aan het feit dat het Indonesische strafwetboek gebaseerd is op het oude Nederlands-Indische recht. Voor een militaire rechtbank had het hem zijn leven gekost.
§3: een functionaris van de VN verklaarde dat deze veroordeling de reputatie van Indonesië
betreffende de mensenrechten geen deugd zal doen.
§4: hij verwees hiermee naar een kritische resolutie tegen Indonesië, door de
VN opgesteld in maart.
§5: Portugal beschreef in een verbolgen reactie de rechtspraak als een “karikatuur”.
§6: het voorlezen van het dossier waarop de uitspraak zich baseerde, duurde zeven
uur, terwijl de verdediging van de beklaagde na enkele bladzijden reeds het zwijgen werd
opgelegd.
§7: Asia Watch en Amnesty International vinden dat er geen eerlijk proces heeft plaatsgehad.
§8: gezien Gusmão’s goede “medewerking”, werd algemeen een mildere straf verwacht.
§9: de uitspraak is een toegeving aan de Indonesische militairen die een militaire behandeling hadden verwacht. Gusmão zal waarschijnlijk als “gijzelaar” dienen.
Realisatie, stijl en retoriek:
Opmerkelijk is dat het artikel op het eerste gezicht groter lijkt dan het in werkelijkheid is door de bladschikking van de pagina. Hierbij vervlecht de tekst van dit artikel zich met de (sterk dominerende) tekst van een ander artikel over Mandela en Zuid-Afrika. Het geheel wordt dan nog vergezeld met een grote foto van Mandela die volledig de aandacht trekt. Dit naast elkaar plaatsen (en ineenstrengelen) van deze twee artikels, roept enerzijds een associatie op van twee conflicten die een aantal kenmerken gemeenschappelijk hebben (de strijd van etnische groepen tegen vreemde overheersing) en waarvan één blijkbaar een grotere nieuwswaarde kent. Anderzijds wordt door deze associatie en de aandacht die aan Mandela wordt gewijd, de nietigheid van de kwestie Oost-Timor beklemtoond en krijgt deze kwestie des te meer een wrang karakter.
De derde, vierde en vijfde paragraaf geven een gevolg van de gebeurtenis: alhoewel het vonnis geen doodstraf inhoudt, zijn er toch internationale reacties van de VN en van Portugal.
De zesde paragraaf beschrijft de eigenlijke gebeurtenis en de wijze waarop het proces heeft plaatsgehad. In de zevende paragraaf wordt hierop door twee humanitaire organisaties verbale commentaar geleverd.
De achtste paragraaf geeft de politieke situatie (lees: de verwachting) weer, waarin de uitspraak kadert. In de laatste paragraaf wordt tenslotte de context als verklaring gegeven waarom men tot deze uitspraak is gekomen.
Het bericht kent een logische en nogal coherente structuur en een vrij grote informatieve waarde. De verschillende partijen komen aan bod, zonder al te veel impliciete verwijzingen.
De tekst is voornamelijk opgebouwd rond tegenstellingen. Zo wordt reeds in de inleiding de straf van levenslange gevangenis geconfronteerd met de doodstraf, en begint ook de tweede paragraaf met het woord “desondanks” voor een niet verwacht gevolg. In de vijfde paragraaf staat de tegenstelling tussen de lange voorleestijd van de rechter en de enkele pagina’s verdediging centraal. De zevende en achtste paragrafen confronteren het vonnis dat conform is aan de eis van de procureur-generaal met de straf die geëist werd door de militairen.
Schema:
Lead
|
|||
Eigenlijke
gebeurtenis
§2
|
Condities
§6
|
||
Context
§9
|
|||
Pol.situatie
§8 |
Verb.comment.
§7 |
Gevolg
§3, 4, 5 |
Tekst C: O Público, 21 mei 1993
Lissabon, datum niet gegeven, eigen correspondent
Koptekst: “Juristas Contestam Justiça de Díli” [5]
Thematische macrostructuur:
Inleiding: terwijl in Dili de veiligheidscontroles verdubbelen, beweren juristen en solidariteitsorganisaties dat de veroordeling van Gusmão illegaal en onwettelijk is.
§1: een woordvoerder van een Indonesische advocatenorganisatie beweert dat de rechters dienen in te staan voor een degelijke communicatie met de veroordeelde en dat deze laatste recht heeft op een verdediging in zijn eigen taal.
§2: het PIJTL (Internationaal Platform van Juristen voor Timor) verklaarde gisteren dat de veroordeling van Gusmão in strijd is met de internationale regels en procedures.
§3: de Indonesische autoriteiten hebben de veroordeling vanaf het begin geweld aangedaan door Gusmão’s rechten op verdediging te manipuleren: zo zou Gusmão zijn advocaten niet gezien hebben en werden de getuigen geïntimideerd.
§4: het PIJTL ontkent de legitimiteit van de veroordeling door te stellen dat de Indonesische tribunalen geen recht hebben om Gusmão onder hun jurisdictie te stellen, gezien de illegitieme inval van Indonesië in Oost-Timor. Hierdoor schendde Indonesië namelijk de onvervreemdbare rechten op zelfbestuur van het Timorese volk, hetgeen volgens de internationale wetgeving als illegaal geldt.
§5: eerder reeds hadden de woordvoerders van Amnesty International en de Internationale Commissie van Rechters het gedrag van de rechters omschreven als een “tekort aan onafhankelijkheid en onpartijdigheid” [6].
§6: Gusmão zou na de veroordeling verklaard hebben akkoord te gaan om aan Suharto een strafvermindering te vragen, en zou daardoor geen hogere juridische instanties meer consulteren.
§7: terwijl in Dili de bewaking sterk verhoogd wordt, stelt Gusmão het goed in de gevangenis.
Realisatie, stijl en retoriek:
In de vierde paragraaf wordt verder geargumenteerd door de politieke/juridische context van de kwestie uit te diepen. Hier wordt de politieke situatie van de veroordeling gebracht.
De vijfde paragraaf bevat de verklaring van Amnesty International (van het begin van de week) en is een gevolg op paragraaf drie. In paragraaf zes wordt dan weer de reactie van Gusmão ná de veroordeling gegeven.
De laatste paragraaf geeft een nieuw thema aan en beschrijft de actuele toestand van Gusmão in de gevangenis van Jakarta.
Het artikel vormt een verslag over de juridische reacties op de veroordeling van Gusmão en richt zich dus voornamelijk op de fundering van de stelling dat het proces een illegitiem verloop heeft gekend.
De opbouw kent dezelfde typisch neerwaartse beweging van nieuwsteksten zoals we die reeds vaak zagen: context of gevolg worden aangevat om daarna het eigenlijke gebeurde te omschrijven en dit te illustreren door terug te grijpen naar de context. Zie de a-chronologische opbouw van de eerste zes paragrafen, waarbij eerst een aantal details uit de context (§1: antecedenten) worden aangehaald en daarna de stelling wordt verwoord. Daarna wordt teruggegrepen naar details uit het proces (§3) en het politieke/juridische aspect van de context (§4). In de vijfde paragraaf wordt een nieuwe getuigenis gelanceerd die eigenlijk een gevolg inhoudt van paragraaf drie. Tenslotte wordt in de zesde paragraaf vrij onverwacht een direct gevolg van het gebeurde gebracht
Het resultaat van deze eigenaardige opbouw (de afwisseling van context, stelling, illustratie en getuigenis) is een sterke en zeer overtuigende benadrukking van de illegitimiteit van het proces.
De vergelijking die in de laatste paragraaf wordt gemaakt tussen de toestand in Dili en de situatie van de gevangen Gusmão geeft een impliciet, maar sterk cynisch karakter aan de kwestie.
De stijl en het woordgebruik zijn over het algemeen zeer subjectief en getuigen van een groot engagement t.o.v. het gebeurde. De benadrukking van de juridische aspecten zorgt echter voor een neutralisering van de subjectieve stijl. Ook geeft het feit dat de getuigenissen voornamelijk komen vanwege gereputeerde buitenlandse academici de tekst een “wetenschappelijk” en gefundeerd karakter. Het woordgebruik is vrij neutraal en door zijn klaarheid zeer overtuigend van karakter.
Schema:
Lead
|
|||||||
Gebeurtenis 1
|
Gebeurtenis 2
§7 |
||||||
Eigenl.geb.
§2, 4
|
Gevolg
§6
|
||||||
Context
|
|||||||
Antecedent
§3
|
Conditie
§1
|
||||||
Gevolg
§5 |
Tekst A: New York times, 13 november 1994
Jakarta, 13 november, eigen correspondent
Koptekst: “Anti-Indonesia Protest at US Embassy” [8]
Thematische macrostructuur:
Inleiding: ongewapende demonstranten klommen zaterdag de Amerikaanse ambassade binnen en weigeren het gebouw te verlaten, als protest tegen de politiek van Indonesië.
§2: Washington heeft geen plannen om ze buiten te gooien.
§3: Washington voelt sympathie voor de kwestie.
§4: Oost-Timorese demonstranten maakten van de APEC-bijeenkomst gebruik om de aandacht te vestigen op Oost-Timor.
§5: zij proberen waarschijnlijk president Clinton te overtuigen druk uit te oefenen op de Indonesische regering, m.b.t de repressie in Oost-Timor.
§6: de studenten kamperen op het domein.
§7: zij kwamen zaterdag aan per taxi en klommen over de muur van de ambassade.
§8: zij bereikten slechts een geïsoleerd deel van de ambassade.
§9: het hoofdgebouw van de ambassade kent echter veel grotere veiligheidsmaatregelen.
§10: het buitenhek is gemaakt van metalen punten en is zeer hoog.
§11: de Amerikaanse ambassades zetten grote veiligheidsplannen op sinds 1979.
§12: drie jaar geleden schoten Indonesische troepen op grote aantallen ongewapende mensen die voor hun rechten opkwamen.
§13: sommige Oost-Timorezen zijn betrokken in een guerrilla-oorlog voor onafhankelijkheid. De demonstranten eisen onder andere de vrijlating van Gusmão.
§14: de Indonesische regering wordt ervan beschuldigd de rechten van de arbeiders te onderdrukken en tijdschriften te verbieden.
§15: president Clinton wil de kwestie Oost-Timor bespreken met Suharto, maar Washington wil niet teveel aandacht op de mensenrechten richten, met het oog op het behouden van belangrijke economische contacten.
§16: Indonesië gaf de garantie dat geen maatregelen zullen genomen worden tegen de demonstranten.
Realisatie, stijl en retoriek:
De inleiding vat het gebeurde samen met de vermelding van de actoren, de tijd en de actie.
In de tweede en de derde paragraaf wordt de officiële houding en reactie van de Verenigde Staten voorgesteld als positief.
De vierde paragraaf omschrijft reeds het eigenlijke gebeurde, terwijl de vijfde paragraaf de doelstelling van de demonstranten specificeert.
In de zesde, zevende en achtste paragraaf wordt het gebeurde met meer detail beschreven en wordt vooral nadruk gelegd op het tekort aan veiligheid in de ambassade. Dit laatste vormt het onderwerp van zowel de negende, tiende als elfde paragraaf. Hierbij wordt dit tekort aan veiligheid in de achtste en negende paragraaf weerlegd (door de vermelding dat de demonstranten “slechts” een geïsoleerd gebouw konden binnendringen en het daaropvolgende citaat dat de veiligheid vooral is gericht naar het hoofdgebouw van de ambassade). In de tiende paragraaf wordt deze veiligheid gespecificeerd (door een gedetailleerde beschrijving van de omheining) en de elfde paragraaf geeft de reden (het antecedent) voor deze veiligheidsmaatregelen (het zogezegd “bewijs”). De twaalfde, dertiende en veertiende paragrafen vormen de context van het gebeurde. Paragraaf twaalf geeft de aanleiding (demonstratie van 1991), de dertiende paragraaf vermeldt de guerrilla-oorlog en de gevangenschap van Gusmão (historische context) en de veertiende paragraaf heeft het over de schending van de mensenrechten (de politieke situatie), waarvan Indonesië beschuldigd wordt. In de twee laatste paragrafen wordt de rol van de Verenigde Staten omschreven, waarbij vooral de nadruk wordt gelegd op de dubieuze houding van Washington tegenover Indonesië in het kader van de economische belangen.
Dit artikel van middenformaat is geschreven vanuit een zeker engagement, verklaarbaar door het feit dat de gebeurtenissen zich afspelen rond de Amerikaanse ambassade in Jakarta. Het bericht combineert de tekst van de journalist met getuigenissen. Deze hebben niet zozeer de rol om te informeren, maar eerder om te specificeren. Opvallend is de grote aandacht die wordt besteed aan de veiligheidsmaatregelen rond de ambassade (paragrafen acht, negen, tien, elf). Dit betekent dat de nieuwswaarde van dit bericht volgens de journalist voornamelijk ligt in de aspecten die de Amerikaanse natie zelf aangaan en niet zozeer in hetgeen de Timorezen aanbelangt.
We zien duidelijk hoe de belangrijkste aspecten van de recente geschiedenis van Oost-Timor in korte, bondige zinnen worden samengevat: de inval, de guerrilla-oorlog, Santa Cruz, de rapporten over mensenrechtenschendingen vanwege Amnesty International, het arrest van Gusmão. Opmerkelijk is de vermelding dat “sommige Oost-Timorezen betrokken zijn in een guerrilla-oorlog” [9], terwijl zowat de helft van de Timorese bevolking indirect of direct in de ondergrondse oorlog betrokken was!
Een ander belangrijk thema is de relatie tussen Indonesië en de Verenigde Staten, waarbij de houding van deze laatste vrij open wordt omschreven als inconsequent. Erg diep wordt daar echter niet op ingegaan.
De tekst vertoont een vrij logische en coherente opbouw en een positieve, informatieve waarde. Het woordgebruik is neutraal, maar er blijkt geen onverschilligheid.
Het geheel wordt vergezeld met een foto waarop zittende Oost-Timorese jongeren staan afgebeeld en een tekst met duiding over de kwestie in het algemeen.
Schema:
Lead
|
|||||||
Eigenl.gebeurtenis
§4, 6, 7, 8
|
|||||||
Doel
§5
|
Conditie
§9, 10
|
Gevolg
§2, 3
|
Context
|
||||
Antecedent
§11
|
|||||||
Antecedent
§12
|
Hist.context
§13
|
||||||
Pol.situatie
§14
|
|||||||
Gevolg
§15, 16 |
Tekst B: De Telegraaf, 14 november 1994
Bangkok, 14 november 1994, eigen correspondent
Koptekst: “APEC-top ingeluid met protesten Oost-Timor” [10]
Thematische macrostructuur:
Inleiding: de Indonesische autoriteiten voerden meer dan 70 arrestaties uit op Oost-Timor na een betoging voor onafhankelijkheid.
§2: de demonstratie viel samen met de opening van de APEC-top in Java, waaraan ook de Amerikaanse president deelnam.
§3: tijdens het weekend drongen Oost-Timorese jongeren de Amerikaanse ambassade in Jakarta binnen.
§4: zij eisen de vrijlating van Gusmão en een gesprek met president Clinton.
§5: vrijdag ontving Clinton een uit de gevangenis gesmokkelde brief van Gusmão.
§6: Clinton belooft de kwestie Oost-Timor aan de orde te zullen stellen.
§7: Groot-Brittannië onderhandelt verder over wapenleveringen aan Jakarta, ondanks de oproepen tot een wapenembargo.
Realisatie, stijl en retoriek:
De koptekst van het bericht geeft het feit (het protest) weer in het kader van de APEC-top. Hierdoor wordt een grotere nadruk gelegd op de APEC-top dan op het protest zelf en wordt zelfs de indruk gewekt dat het protest eerder als omkadering van de top dient, dan dat de top als context van het protest wordt gezien.
In de inleiding wordt daarentegen de volle nadruk gelegd op de actie: de demonstratie en de daaropvolgende arresten vormen het hoofdthema en worden sterk gemaakt met cijfers.
De tweede paragraaf geeft de omstandigheden waarin de demonstratie plaatsvindt. De derde, vierde en vijfde paragrafen beschrijven de voorafgaande acties (bezetting ambassade). De zesde paragraaf geeft het (gewenste) gevolg van alles weer (de reactie van Clinton).
In de laatste paragraaf wordt een nieuw thema aangehaald, met name de dubieuze houding van Groot-Brittannië tegenover Indonesië en de wijze waarop de politiek van dit land wordt bepaald door eigen economische belangen. Deze paragraaf beschrijft hiermee de politieke situatie waarin het gebeurde kadert.
De aanleiding tot het protest waarover sprake is in de titel wordt niet uitgelegd in de inleiding, maar pas in de tweede paragraaf.
De inleiding benadrukt vooral de omvang van de betoging en de reactie van de Indonesiërs. In de daaropvolgende paragrafen wordt beetje bij beetje uitgelegd wat de oorzaak is voor het gebeurde en welk het kader is waarbinnen alles plaatsvindt.
Het nieuwsbericht eindigt met het tegenover elkaar plaatsen van twee buitenlandse houdingen. Terwijl de Verenigde Staten de wil tonen om het onderwerp bespreekbaar te maken, gaat Groot-Brittannië verder met onderhandelingen over wapenleveringen.
De ontkenning van Londen wordt impliciet, maar toch zeer suggestief ontkracht door de verwijzing naar de wapenleveringen aan Maleisië.
Het artikel is geschreven in een neutrale stijl en geeft geen overvloedige informatie wat betreft context en duiding over het thema. Toch bevat het bericht een vrij positieve, informatieve waarde, door de impliciete verwijzingen naar rol en betekenis van bepaalde acties en uitspraken.
Schema:
Lead
|
|||
Eigenlijke
gebeurtenis
|
|||
Conditie
§2
|
Context
|
||
Pol.situatie
§7 |
Antecedenten
§3, 4, 5 |
Gevolg
§6 |
Tekst C: O Público, 13 november 1994
Dili, zonder datum, eigen correspondent in samenwerking met Reuters en Lusa
Koptekst: “Um Golpe no Coração” [11]
Thematische macrostructuur:
Inleiding: 28 jonge Timorezen drongen de Amerikaanse ambassade in Jakarta binnen, vroegen Clinton om druk uit te oefenen op Suharto en eisten de vrijheid van Oost-Timor.
DEEL 1:
§1: gisteren, op de derde verjaardag van de Santa Cruz Slachting, drongen jongeren de ambassade binnen om de vrijlating te eisen van de Timorese en Indonesische politieke gevangenen.
§2: Bill Clinton wordt vandaag in Jakarta verwacht, ter gelegenheid van de APEC-top, waarbij ook zo’n tweeduizend journalisten aanwezig zijn.
§3: de jongeren kwamen aan in taxi, liepen zeer snel naar de omheining van de ambassade en beklommen die nog voor de bewakers konden reageren.
§4: zij hingen affiches en vlaggen tegen de genocide in Oost-Timor uit in het park van de ambassade.
DEEL 2:
§5: verslaggevers waren getuige van het arrest van één van de jongeren die het agentschap Reuters te woord stond.
§6: het presidentieel paleis van Suharto bevindt zich juist aan de andere kant van het park van de ambassade, waardoor de Indonesische veiligheidspolitie vlug ter plaatse was.
§7: een Amerikaanse diplomaat vroeg deze politie zich buiten de ambassade op te stellen.
§8: de bewaking rond de residentie van de ambassadeur werd onmiddellijk versterkt.
§9: Amerikaanse diplomaten vroegen aan de manifestanten de ambassade te verlaten en beloofden garanties dat hun niets zou overkomen.
§10: de Timorezen verwierpen het voorstel. Zij wilden de vrijlating van Gusmão.
§11: zij hebben de intentie Clinton op te wachten op het domein van de ambassade.
§12: de Amerikaanse Staatssecretaris verklaarde dat geen geweld zou gebruikt worden tegen de manifestanten.
§13: de Staatssecretaris zal de ambassade komen vervoegen.
§14: hij verklaarde dat de kwestie Timor zou besproken worden met Suharto en dat er geen plannen zijn om de manifestanten te evacueren.
§15: de woordvoerder van de Secretaris zei dat zou geluisterd worden naar de eisen en de verlangens van de manifestanten en dat geen hulp van Indonesië zou gevraagd worden.
§16: ondertussen gaan de onderhandelingen tussen manifestanten en diplomaten door.
§17: de Indonesische autoriteiten minimaliseren het gebeurde.
DEEL 3:
§18: na negen uren bezetting kwam een Indonesische delegatie om te onderhandelen met de manifestanten, zonder resultaat.
§19: de manifestanten beginnen zonder voedsel te geraken.
§20: totnogtoe is de ambassade nog steeds bezet en werd nog geen politiek asiel verkregen.
DEEL 4:
§21: in Dili vielen ondertussen drie doden bij schermutselingen.
§22: twee Indonesische soldaten werden gedood door twee Timorezen die de dood van een vriend wreekten.
§23: In Dili heerste gisteren een sfeer van grote spanning.
Realisatie, stijl en retoriek:
Het artikel wordt geïllustreerd met een bewogen foto waarop Timorezen staan afgebeeld die over het hek van de ambassade klimmen. De bijhorende tekst beschrijft de “snelheid” [12] waarmee de Timorese jongeren actie voerden.
Deze dynamiek wordt tevens uitgedrukt in de titel van de tekst, die een lyrisch en pathetisch karakter heeft en een grote emotionaliteit uitdrukt. Hiermee wordt dan ook de toon van de rest van de tekst gezet.
In de inleiding wordt een samenvatting van het bericht gegeven, met de aanduiding van de actoren, de tijd en de plaats van het gebeuren.
Het artikel behelst twee thema’s. Het eerste omvat de actie van de Timorese jongeren in Jakarta en de Amerikaanse en Indonesische reacties. Het tweede thema gaat over de situatie in Dili en wordt slechts in de drie laatste paragrafen beschreven.
Het eerste en belangrijkste nieuwsfeit (de bezetting) wordt herhaald en gespecificeerd in de eerste paragraaf, gevolgd door de beschrijving van de actie in de derde en vierde paragrafen.
Het tweede deel van het artikel beschrijft het tweede belangrijke nieuwsfeit van het eerste thema, dat pas in de zestiende paragraaf wordt gegeven. De paragrafen vijf tot tien geven hiervan de antecedenten. Paragraaf elf geeft plots de doelstelling aan van de demonstranten en de paragrafen twaalf tot vijftien geven het beoogde effect van de actie. Tenslotte geven paragrafen achttien, negentien en twintig een beschrijving van de huidige toestand (en dus het gevolg) van de actie.
De tekst kent een vrij coherente en logische opbouw met een duidelijke structuur. De onderwerpen worden eerder volgens hun chronologische relevantie gerealiseerd dan volgens het principe van de neerwaartse beweging.
De Amerikaanse reactie wordt sterk benadrukt (§7-16!). De wil tot onderhandelen staat centraal en in fel contrast met de agressieve Indonesische reactie (het arrest van §5, het minimaliseren van §17 en de toestand in Dili §21-23). Oorzaak en omstandigheden worden in logisch verband bij de acties zelf geplaatst, waardoor de verhaalstructuur van de tekst gemakkelijk te volgen en te begrijpen is.
Door de nadruk op de rol van de Amerikaanse ambassade verhoogt dit artikel zijn nieuwswaarde. Er worden in de tekst geen duidelijke opinies naar voren gebracht en ook het woordgebruik is vrij neutraal, hoewel soms geagiteerd en een grote dynamiek uitdrukkend. Opmerkelijk is de wijze waarop de gebeurtenis als een verhaal wordt verteld met duidelijke oorzaken en gevolgen. De tekst bevat weinig dubbelzinnigheden en opteert duidelijk voor een zakelijke berichtgeving. Enkel de aanhaling van de situatie in Dili in de drie laatste paragrafen suggereert een kritische (zeker geen toevallige) gedachtegang. Terwijl in Jakarta via “beschaafde” middelen en mits medewerking van de Amerikaanse diplomatie een oplossing wordt gezocht voor de Timorese problematiek, wordt te Dili zelf op barbaarse manier verder gestreden en wordt de bevolking geïntimideerd via terroriserende acties. De wijze van oplossingen zoeken wordt hier niet echt expliciet, maar toch zeker impliciet én overtuigend naar voren gebracht.
Schema:
Tekst A: New York Times, 7 september 1999
Jakarta, 7 september, eigen correspondent
Koptekst: “Thousands in East Timor Fleeing as Militias Attack” [13]
Thematische macrostructuur:
Inleiding: militaire troepen terroriseerden de bevolking van Oost-Timor op maandag en dinsdag, in wat lijkt op een geplande campagne van wreedheid.
§2: Habibie kondigde vandaag de staat van beleg aan in Oost-Timor.
§3: de Indonesische regering liet Gusmão vrij.
§4: Gusmão werd overgedragen aan de VN.
§5: Gusmão beloofde om alles in het werk te stellen om vrede naar Oost-Timor te brengen.
§6: Indonesische troepen brachten een spoor van bloed en verderf naar Oost-Timor sinds de verkiezingen van één week geleden.
§7: gewapende milities brandden maandag het huis van bisschop Belo af en vuurden naar het Australisch Consulaat en de ambassadeur.
§8: er lijkt een grootschalige operatie gaande in Oost-Timor, gericht op de evacuatie van de bevolking naar West-Timor.
§9: grote aantallen Oost-Timorezen werden reeds met trucks naar West-Timor gebracht.
§10: het lijkt er sterk op dat de campagne georganiseerd en gepland is.
§11: het Indonesische leger lijkt de Timorese bevolking duidelijk te willen maken dat onafhankelijkheid gestraft wordt met vernietiging.
§12: het geweld is een gevolg van de onwil van de Indonesische generaals om Oost-Timor onafhankelijk te laten worden.
§13: ten gevolge van de internationale oproepen tot militaire hulp aan Oost-Timor, zijn er vertegenwoordigers van de VN op weg naar het gebied.
§14: Australië zette maandag reeds troepen in staat van paraatheid, maar Indonesië weigert militaire inmenging van buitenaf.
§15: deze houding is vooral opmerkelijk op een ogenblik dat Indonesië afhankelijk is van buitenlandse internationale leningen.
§16: het IMF zegt ongerust te zijn over de situatie, maar een groot deel van de economische hulp is reeds voorgeschoten.
§17: maandag deelden de VN aan Habibie de ongerustheid van de internationale gemeenschap mee.
§18: Habibie verklaarde maandag dat een vredevolle stemming bekomen was.
§19: voor de Indonesische oppositie is Habibie verantwoordelijk voor de huidige situatie.
§20: volgens Ali Alatas is de situatie echter complexer dan zij lijkt.
§21: volgens hem ziet de Indonesische politie zich overweldigd door gewapende ongecontroleerde elementen, maar is toch in staat om een aantal dingen te verhinderen.
§22: de politie zou echter in vele gevallen samenwerken met de milities.
§23: in het begin van het jaar werd een intimidatiecampagne uitgevoerd in Oost-Timor ter verhindering van het referendum.
§24: toch stemden 78,5% voor de onafhankelijkheid.
§25: de volgende stap bestond erin om buitenlandse getuigen te verwijderen.
§26: journalisten worden op systematische wijze verjaagd uit het gebied.
§27: de VN evacueerden reeds 200 stafleden.
§28: al de VN leden zijn van Dili naar Baucau gevlucht.
§29: ook bisschop Belo vluchtte naar Baucau.
§30: de vluchtelingen die in zijn huis zaten werden naar politiestations gebracht. 2000 mensen die bescherming zochten bij het Rode Kruis werden aangevallen.
§31: duizenden van dergelijke vluchtelingen werden naar West-Timor geëvacueerd.
§32: de campagne is waarschijnlijk gericht op de vroegere wens het gebied te verdelen en een pro-Indonesische enclave te creëren.
§33: Dili is volledig in puin geslagen.
§34: nergens is veiligheid te vinden, zelfs niet in het Turismo Hotel, waar de journalisten verblijven.
§35: diegenen die horen te beschermen, doen zelf mee aan het geweld.
Realisatie, stijl en retoriek:
De inleiding van dit bericht beschrijft het gebeurde met aanduiding van de actoren en de tijd. Hier blijkt al duidelijk dat het gaat om een conflict, met de nadruk op bloederigheid en wreedheid.
Paragrafen twee, drie, vier en vijf doen verslag van de gebeurtenissen die aan het schrijven van het artikel vooraf gaan. Zij geven de indruk dat Indonesië goede voornemens heeft om de kwestie op te lossen. De zesde paragraaf beschrijft het begin en de context van de geweldplegingen die in Oost-Timor losbarsten. In de zevende paragraaf wordt een detail van het geweld omschreven (de vermelding van het platbranden van het huis van Belo).
De achtste paragraaf geeft een gevolg van de slachting: duizenden mensen vluchten uit het gebied weg, terwijl de negende paragraaf een specifiek aspect van de campagne weergeeft: duizenden mensen worden geëvacueerd naar West-Timor op trucks.
De tiende paragraaf omvat een verbale reactie van een woordvoerder van Human Rights
Watch, die de situatie interpreteert als een gepland lesje leren aan de bevolking.
In de elfde paragraaf wordt de mogelijke oorzaak van het gebeurde gegeven.
Paragrafen twaalf, dertien, veertien, vijftien en zestien bevatten het thema van de internationale houding en reactie rond de kwestie. Hierbij wordt eerst de komst van VN vermeld, vervolgens de rol van Australië en de onwil van Indonesië. In de veertiende paragraaf wordt de economische situatie van Indonesië aangehaald met de vermelding van haar afhankelijkheid van buitenlands geld. De vijftiende paragraaf werkt een detail hiervan uit: de rol van het IMF. In de zestiende paragraaf wordt de bemiddelingsrol van de VN terug opgenomen, maar worden de beschuldigingen t.o.v. van Indonesië door een verbale reactie in de zeventiende paragraaf weerlegd.
In de achttiende paragraaf wordt verwezen naar de nationale politieke situatie en duidt men op de labiele en onzekere situatie van Habibie ook in zijn eigen land.
Deze situatie wordt door een andere verbale reactie bevestigd en wordt uitgewerkt in de twintigste paragraaf, waarin de onmacht van de regering ten opzichte van haar eigen politie wordt omschreven.
De eenentwintigste, tweeëntwintigste en drieëntwintigste paragraaf geven de oorzaak en de ontwikkeling van de strategie weer, waarmee het geweld zich voltrok in Oost-Timor. De vierentwintigste, vijfentwintigste en zesentwintigste paragraaf werken een gevolg daarvan uit (de uitdrijving van de journalisten en buitenlandse waarnemers), terwijl de achtentwintigste, negenentwintigste en dertigste paragrafen specifieringen zijn van een ander gevolg (Belo en de vluchtelingen).
In de eenendertigste paragraaf wordt een mogelijke oorzaak voor de gevechten gegeven.
De tweeëndertigste, drieëndertigste en vierendertigste paragrafen beschrijven de situatie in Dili, waarbij eerst een algemeen sfeerbeeld wordt gegeven, gevolgd door een getuigenis en bevestigd door een verbale commentaar.
Dit groot bericht vertoont een vrij coherente en logische structuur, waarin verschillende thema’s worden aangehaald die belangrijk zijn in de kwestie Oost-Timor. De belangrijkste hiervan zijn de oorzaak van het geweld, de internationale reactie, de economische situatie van Indonesië, de rol van de journalisten in Timor, de samenwerking tussen politiediensten en milities, de evacuaties van de bevolking.
Het hoofdthema (de georganiseerde slachtingen), dat meestal op eerder dramatische wijze wordt omschreven, wordt verschillende malen doorheen de tekst aangehaald, onderbroken door commentaren, context, voorgeschiedenis en getuigenissen.
Een grote nadruk ligt op de actie zelf, de oorzaak en de gevolgen voor de bevolking. Hierbij worden vaak cijfers gegeven om het dramatische effect wat te verhogen. Toch kent het artikel geen echte diepgang. Het artikel vertoont een herhaling van thema’s waardoor weliswaar de indruk wordt gewekt dat veel informatie wordt gegeven, terwijl die eigenlijk toch miniem is. Zo wordt het thema van de trucks zowel in paragraaf zeven, acht, dertig en eenendertig herhaald. Ook gaat door de fragmentarisatie van de onderwerpen veel informatie verloren (bijv. het uiteenzetten van een mogelijke oorzaak gebeurt in paragraaf zes, elf, twaalf, drieëntwintig, tweeëndertig en is erg verward).
Het bericht is, zoals de koptekst, geschreven in een neutrale stijl, is beknopt in de informatie, maar wordt toch gekenmerkt door een zeker engagement t.o.v. het gebeurde.
Het artikel omvat tevens een kaartje met de aanduiding van de belangrijkste steden van Oost-Timor en een foto met bijhorende tekst, waarop trucks volgeladen met Timorese vluchtelingen staan afgebeeld.
Schema:
Tekst B: De Telegraaf, 7 september 1999
Dili, 7 september 1999, Reuters, AFP, AP
Koptekst: “Militairen leiden geweld Oost-Timor” [14]
Thematische macrostructuur:
Inleiding: de VN beschuldigen Indonesië ervan samen te werken met de pro-Indonesische milities.
§2: volgens de VN-missie in Oost-Timor is een campagne gaande om waarnemers uit het gebied te verjagen met het doel hun terreur-acties te kunnen verder zetten.
§3: volgens de VN helpen de Indonesische soldaten de Timorese vluchtelingen niet. Zij dwingen de bevolking het gebied te verlaten.
§4: ook volgens het Rode Kruis is er sprake van een systematische evacuatie van de burgerbevolking, waarbij de milities beschermd worden door de Indonesische politie.
§5: volgens Belo gebeuren de aanvallen volgens een plan dat is opgesteld door de Indonesische militairen, met als doel een herhaling van de gebeurtenissen uit 1975.
§6: volgens AFP spelen de Indonesische militairen een leidende rol bij het geweld en is het leger thans bezig met het uitvoeren van een geheim plan met als doel het verzet te vernietigen en Oost-Timor te verdelen.
Realisatie, stijl en retoriek:
De inleiding geeft het nieuwsfeit weer met de aanduiding van actoren en plaats.
De rest van het artikel herhaalt in feite dit nieuws, zonder veel informatie toe te voegen. In de tweede paragraaf wordt de algemene situatie omschreven vanuit de getuigenis van de VN-woordvoerder. Zijn bewoordingen worden in de volgende paragraaf met de getuigenis van het hoofd van de VN missie gespecificeerd met iets meer gedetailleerde informatie. In de vierde paragraaf wordt teruggegrepen naar de algemene situatie met de getuigenis van het hoofd van het Rode Kruis. In de vijfde en zesde paragraaf wordt de conditie van het gebeurde omschreven en wordt een verklaring gegeven van de wijze waarop milities en leger samen lijken te werken.
Dit artikel kent een vreemde opbouw met weinig informatieve waarde; zowel op kwalitatief als op kwantitatief niveau. De paragrafen hebben als essentie bijna allen dezelfde thema’s, dezelfde als diegene die in de koptekst worden gesuggereerd.
Enkel de twee laatste paragrafen hebben een verklarende functie, maar zonder duiding en contextualisering heeft dit weinig zin.
De koptekst is zakelijk en neutraal en geeft een objectief beeld van de inhoud van het artikel.
Het artikel wordt geïllustreerd door een foto waarop vluchtende Timorezen afgebeeld staan die trachten over de prikkeldraad te klimmen om veiligheid in het VN gebouw te vinden. De foto heeft een onderschrift met duiding over de kwestie.
Schema:
Tekst C: O Público, 6 september 1999
Dili, datum niet gegeven, eigen correspondent
Koptekst: “ONU Cercada em Timor” [15]
Thematische macrostructuur:
Inleiding: Dili wordt geterroriseerd, de Timorezen worden uitgemoord en de internationale gemeenschap doet niets.
§1: de zetel van de VN in Dili is een vluchtelingenkamp geworden.
§2: bij UNAMET heerst chaos: er is een groot voedseltekort en de dreiging is constant aanwezig. De organisatie gaat vandaag een deel van haar personeel evacueren.
§3: het hotel waar de buitenlandse journalisten verblijven, wordt belaagd door soldaten.
§4: om 22.45 werd Dili overspoeld door een golf van geweld.
§5: vanaf dan bevonden er zich 4000 vluchtelingen in het gebouw van UNAMET, waaronder journalisten en buitenlandse waarnemers.
§6: de Portugese delegatie zal geëvacueerd worden, gezien de chaotische toestand.
§7: grote groepen van de bevolking vluchten naar West-Timor.
§8: gisterenmorgen verliet een schip vol Indonesische “familieleden van soldaten” [16] de haven van Dili.
§9: er schijnen trucks met vluchtelingen op weg te zijn naar West-Timor.
§10: gisteren verlieten ook vele journalisten Oost-Timor. Er blijven er slechts 12 in het gebied, waaronder vier Portugezen.
§11: de dertig overige journalisten vertrokken gisteren met een vliegtuig van Eurovisão.
§12: de maatregelen voor het organiseren van de algemene evacuatie kwamen vorige nacht op chaotische en contradictorische wijze tot stand.
§13: de VN schatten het aantal vluchtelingen in Oost-Timor op 150.000 (25% van de bevolking), waarvan in Dili alleen 25.000 personen.
§14: de bevolking is volledig verspreid over het gebied.
§15: de bevolking heeft geen voedsel en de humanitaire organisaties kunnen hen niet bereiken om hulp te bieden.
§16: de vluchtelingen die zich in het gebouw van UNAMET bevinden worden bedreigd door verschillende elementen van het leger, die instaan voor de lokale veiligheid.
Realisatie, stijl en retoriek:
Het artikel wordt geïllustreerd met een foto met Indonesische soldaten aan de ingang van het UNAMET gebouw (aangeduid met het opschrift UNAMET). De manier van voorstellen duidt op een impliciete cynische kritiek op de passiviteit van de Indonesische soldaten, aangeduid door hun zittende houding en de bijhorende tekst “Indonesische soldaten garanderen de veiligheid van het UNAMET gebouw” [17]. De confrontatie van de koptekst “De VN omsingeld in Timor” [18] en de foto waarop de Indonesische soldaten zich installeren voor het gebouw insinueert duidelijk de rol van het Indonesische leger, zonder een expliciete beschuldiging van medeplichtigheid.
De koptekst is neutraal en zakelijk en geeft een detail van het nieuwsfeit aan.
In de inleiding wordt het algemene nieuwsfeit aangehaald, maar zonder de specificatie van actoren of tijdstip.
De rest van de tekst is gekenmerkt door een vreemde en verwarrende opbouw, die echter wel herkenbaar is door de typische neerwaartse structuur die nieuwsteksten kenmerkt.
Het artikel wordt gekenmerkt door een constant hernemen van de drie onderwerpen die in de tekst worden voorgesteld (de rol van UNAMET, de vluchtelingen en de evacuatie van de buitenlanders). Hierbij worden telkens aspecten van het ene thema afgewisseld met aspecten van het andere thema. De realisatie van de verschillende onderwerpen kent echter toch een parallel verloop. Zo wordt voor de eerste gebeurtenis de eigenlijke actie beschreven in de eerste paragraaf en wordt vervolgens duiding hierover gegeven in de tweede en zestiende paragraaf, respectievelijk als oorzaak en als beschrijving van de omstandigheden.
Het tweede thema wordt pas in de tiende en elfde paragraaf opgenomen, hoewel de oorzaak hiervan reeds in de derde paragraaf werd uitgedrukt, het gevolg in de zesde paragraaf en de omstandigheden in de twaalfde paragraaf.
Het derde onderwerp wordt opgenomen in de zevende paragraaf. Ook hier wordt een duiding gegeven met de beschrijving van de oorzaak in paragraaf vier en het gevolg in de veertiende paragraaf. De vijftiende paragraaf geeft uiteindelijk de omstandigheden waarin deze gebeurtenis kadert.
De realisatie verloopt dus zeer versnipperd door deze vervlechting en geeft een fragmentarisch beeld van de gebeurtenissen; hierdoor wordt de lezer beperkt in het inzicht krijgen in de coherentie van het geheel.
Terwijl in de inleiding de nadruk wordt gelegd op het gewelddadige aspect van het gebeurde (zie het gebruik van woorden en zinnen als “geterroriseerd” [19], “de Timorezen sterven” [20], “chaos” [21], “gevechten” [22], “geweldadigheden”[23], “Indonesië moordt een natie uit” [24]), wordt in de tekst zelf de nadruk volledig gelegd op de rol van UNAMET (§1, 2, 5, 16), de buitenlandse delegaties (§3, 6, 10, 11, 12) en de vluchtelingenproblematiek (§4, 7, 8, 9, 13, 14, 15). Het woordgebruik beoogt geen dramatische effecten en is gekenmerkt door een vrij neutrale “journalistieke” stijl in verhaalvorm.
Het is een artikel dat vooral gaat over de omstandigheden van de situatie in Oost-Timor. De grote nadruk op buitenlandse (westerse) organisaties verhoogt zeker de nieuwswaarde van het onderwerp, hoewel de journalist onderhuids en tussen de regels voldoende informatie geeft over de toestand van de Timorezen zelf.
Schema:
home | lijst scripties | inhoud | vorige | volgende |
[1] Voor de teksten zelf, zie bijlage 7.
[1'] “Indonesisch hof veroordeelt een Oost -Timorese rebel tot levenslang”, New York Times, 23 mei 1993, p. 15.
[2] “long live East Timor”, § 2.
[3] “an east timorese rebel”, koptekst.
“an independant movement”, §1.
[4] p. 11.
[5] “Juristen veroordelen gerecht van Dili”, O Público, 21 mei 1993, p. 4.
[6] “falta de indepêndecia e de imparcialidade”, § 5.
[7] “o julgemente é ilegal e ilegítimo e os juízes são parciais”, inleiding.
[8] “Anti-Indonesisch protest aan de Amerikaanse ambassade”, New York Times, 13 november 1994, p. 10.
[9] “some East Timorese are engaged in a guerilla war for independance”, § 12.
[10] p. 5.
[11] “Een slag in het hart”, O Público, 13 november 1994, p. 2.
[12] “a rapidez”, tekst bij foto.
[13] “Duizenden op de vlucht in Oost-Timor voor militaire aanvallen”, New York Times, 7 september 1999, p. 8.
[14] p. 5.
[15] “VN omsingeld in Dili”, O Público, 6 september 1999, p. 2.
[16] “familílias de militares…”, § 5.
[17] ” à porta da UNAMET polícias indonésios garantem uma fráfil segurança”, tekst bij foto.
[18] “ONU Cercada”, koptekst.
[19] “aterrorizada”, inleiding.
[20] “os Timorenses estão a morrer”, inleiding.
[21] “é o caos”, inleiding.
[22] “rações de combate”, inleiding.
[23] “a violência”, inleiding.
[24] “A Indonésia assassina a recém-nascida nação”, inleiding.