Nieuw Rechts in Vlaanderen. Het gedachtegoed van het Nieuw Rechtse tijdschrift ‘Teksten, Kommentaren en Studies’ (Sofie Delporte)

 

home lijst scripties inhoud vorige volgende  

 

DEEL I: Wat is Nieuw Rechts?

 

1. De vertegenwoordigers van Nieuw Rechts

 

1.1 Inleiding

 

De wortels van Nieuw Rechts, zoals het de dag van vandaag bestaat, liggen in Frankrijk. Daar ontstond in de tweede helft van de jaren ’60 de zogenaamde Nouvelle Droite beweging met de oprichting van de culturele vereniging GRECE (Groupement de Recherche et d'Etudes pour la Civilisation Européenne), met als belangrijkste ideoloog Alain de Benoist. In Vlaanderen werd in 1979 het tijdschrift ‘Teksten, Kommentaren en Studies’ opgericht dat beschouwd kan worden als de belangrijkste vertegenwoordiger van Nieuw Rechts bij ons. Nieuw Rechts wil de ideologische en methodologische basis van radicaalrechts hernieuwen. Belangrijk is dat deze beweging geen politieke ideologische stroming is, maar in de eerste plaats een cultuur-ideologische. Ze wil een nieuwe (rechtse) collectieve mentaliteit scheppen en heeft niet de bedoeling zich partijpolitiek te profileren. Nieuw Rechts gaat er immers van uit dat men eerst de macht moet verwerven op het culturele niveau voor men de macht kan grijpen op het politieke vlak (het metapolitieke concept van Gramsci). Vandaag de dag wordt dit culturele niveau gedomineerd door links, met in de ogen van Nieuw Rechts uiterst nefaste gevolgen. Ze wil deze linkse hegemonie breken en een rechtse maatschappijvisie algemeen ingang doen vinden via een metapolitieke strategie die onder meer gevoerd wordt door de uitgave van boeken en tijdschriften en het organiseren van colloquia.

 

TeKoS refereert in belangrijke mate aan de Nouvelle Droite beweging in Frankrijk. Vanaf het nummer 7-8 (1980) van TeKoS staat het logo van GRECE op de voorpagina en wordt vermeld dat het tijdschrift wordt uitgegeven “in samenwerking met de Groupement de Recherche et d’Etudes pour la Civilisation Européenne (G.R.E.C.E.), Parijs”. Volgens Luc Pauwels is de wereld- en levensbeschouwing van GRECE “volledig gelijklopend” met die van TeKoS.[3] De vermelding verdwijnt vanaf het nummer 55 uit 1989, maar het logo blijft gehandhaafd. Er worden ook nog steeds op geregelde tijdstippen artikels gepubliceerd van Alain de Benoist en op de colloquia van TeKoS is hij een graag geziene gastspreker. Om deze reden wordt in deze thesis eerst kort aandacht besteedt aan deze Franse beweging.

 

1.2 De Nouvelle Droite in Frankrijk

 

1.2.1 De voorgeschiedenis van GRECE: een beknopt overzicht

 

Veel van de personen die actief zijn en waren in GRECE, maakten deel uit van het militante rechts nationalistische milieu in Frankrijk.[4] Na het trauma van de tweede wereldoorlog groepeerde dit rechts zich opnieuw naar aanleiding van de onafhankelijkheidsstrijd van Algerije. Rechts had zich het behoud van de Franse kolonie tot doel gesteld, maar de campagne draaide uit op een mislukking. In juli 1962 werden de akkoorden van Evian ondertekend waardoor de onafhankelijkheid van Algerije een feit was. In een referendum sprak de overgrote meerderheid van de bevolking (90,7%) zich uit voor de onafhankelijkheid van de kolonie. Dit was een kaakslag voor rechts dat van de strijd tegen de onafhankelijkheid zijn hoofdthema had gemaakt. Dit fiasco van rechts zou een belangrijke impuls betekenen voor het tot stand komen van de Nouvelle Droite.[5] Het FEN speelde daarin een belangrijke rol. Deze Fédération des Etudiants Nationalistes was in 1960 opgericht, nadat het zich had afgescheurd van de Union Nationale des Etudiantes de France (UNEF) uit onvrede met diens eis voor een onafhankelijk Algerije.[6] In deze vereniging van nationalistische studenten en intellectuelen vonden verschillende van de toekomstige stichters van GRECE elkaar, waaronder Alain de Benoist en Pierre Vial.[7] Het FEN voerde op legale wijze strijd voor ‘Algerije Frans’, onder meer via ‘Cahier universitaires’, het tijdschrift van de groep. Het kantte zich tegen het egalitarisme (wat zich vertaalde in een sterk koloniaal racisme), was anticommunistisch en antichristelijk, Europees gericht en pleitte voor solidariteit tussen de blanke volkeren. Tevens werd sterk de nadruk gelegd op de nood aan een onderbouwende doctrine voor rechts.[8] Deze thema’s zullen later ook terug te vinden zijn in het gedachtegoed van de Nouvelle Droite. Dominique Venner speelde in de hergroepering van rechts eveneens een belangrijke rol. In 1962 schreef hij, naar aanleiding van het verlies van Algerije als Franse kolonie, het manifest “Pour une critique positive”. Hij legde daarin enerzijds de nadruk op de nood aan vernieuwing van de doctrine en anderzijds pleitte hij voor de aanpassing van de strategie door te focussen op het ideologisch en culturele vlak in plaats van op het politieke.[9] Dit pleidooi voor reflectie over de doctrine en de strategie was ‘revolutionair’ in het toenmalige Franse radicaalrechtse milieu dat gedomineerd werd door anti-intellectualisme en ‘mannen van de actie’ die niet gediend waren met abstracties. Deze rehabilitatie van de theoretische reflectie, evenals Venners pleidooi voor een culturele strijd, zou een grote invloed uitoefenen op de Benoist en de latere stichters van GRECE. In het manifest van Venner lagen reeds de fundamenten vervat van wat later de Nouvelle Droite werd genoemd. Deze oproep tot kritische analyse en eenheid van doctrine werd ook uitgedragen door ‘Jeune Europe’, een rechtse en Europees gerichte vereniging, die het jaar daarvoor was opgericht door Jean Thiriart (1922-1992).[10]

 

Het pleidooi voor een nieuwe theoretische fundering werd verspreid en in praktijk gebracht door het tijdschrift ‘Europe Action’. Dit blad was in 1963 door Dominique Venner opgericht. Alain de Benoist (pseudoniem Fabrice Laroche) was één van de belangrijkste medewerkers.[11] ‘Europe Action’ verdedigde een ‘neo-nationalisme’ dat gekenmerkt werd door een Europese visie en het differentialisme of het respect voor de etnische en culturele diversiteit (en dus het afwijzen van elk universalisme). Volgens Duranton-Crabol was deze Europese visie het directe gevolg van het Algerije debacle. De onafhankelijkheid van Algerije had verschillende nationalisten ervan overtuigd dat de nationalistische dimensie veranderd was: men moest de subversie niet bestrijden in een verzwakt Frankrijk, maar in gans Europa.[12] Dit ‘neo-nationalisme’ was gebaseerd op een ‘biologisch realisme’ wat de verheerlijking inhield van het sociaaldarwinisme en racisme legitimeerde. ‘Europe Action’ verdedigde de superioriteit van het Westen. Het universalisme werd afgewezen omdat het deze superioriteit ontkende. Het tijdschrift wees ook het christendom af omdat de Europese beschaving in oorsprong heidens zou zijn en mentaal ‘gekoloniseerd’ werd door het joods-christendom.[13] Deze onderwerpen (het differentialisme, de Europese focus, het antichristendom) zouden later ook terug te vinden zijn in het ideeëngoed van GRECE. Het belang van ‘Europe Action’ lag ook in het feit dat het “le pont entre deux générations” vormde. Het blad bracht jonge militanten en de oudere rechtse generatie samen.[14] In januari 1966 werd vanuit het tijdschrift de politieke partij Mouvement Nationaliste de Progrès (MNP) opgericht. In de loop van hetzelfde jaar veranderde de partij haar naam in Rassemblement Européen de la Liberté (REL).[15] Veel militanten van deze partij waren afkomstig uit het FEN dat de semi-autonome studentenafdeling van het REL werd. In deze partij waren verschillende van de toekomstige kaderleden van GRECE actief.[16]

 

1.2.2 Het ontstaan en de ontwikkeling van GRECE

 

Op het einde van de jaren ’60 zag de situatie van radicaalrechts in Frankrijk er weinig rooskleurig uit. Jean-Louis Tixier-Vignancour, de nationalistische kandidaat voor de presidentsverkiezingen in 1965, behaalde slechts 5,1% van de stemmen.[17] ‘Europe Action’ werd stopgezet in december 1966 en ‘Cahiers Universitaires’ verdween in januari 1967. De ongelukkige kandidatuur van Jean-Louis Tixier-Vignancour werd gevolgd door een verpletterende verkiezingsnederlaag van REL in 1967 en de ineenstorting van deze beweging in de lente van 1968.[18] De gebeurtenissen van mei ’68 schokten het rechtse milieu, maar het slaagde er niet in een passend antwoord te formuleren op de revoltes. Het was duidelijk dat herbronning bij rechts noodzakelijk was en nieuwe initiatieven niet konden uitblijven.[19]

 

De eerste contacten voor de stichting van GRECE (Groupement de Recherche et d'Etudes pour la Civilisation Européenne) vonden plaats in de herfst van 1967. De vereniging werd opgericht in januari 1968 (en dus voor mei ’68) in Nice. Het eerste nummer van het tijdschrift van de vereniging, ‘Nouvelle Ecole’, is gedateerd februari-maart 1968.[20] Het letterwoord GRECE verwijst bewust naar het antieke Griekenland als een van de wiegen van onze cultuur, maar GRECE benadrukt daarbij dat deze verwijzing geen beperking inhoudt. De vereniging wil aandacht besteden aan de ganse Europese voorgeschiedenis.[21] GRECE bestond voornamelijk uit jonge intellectuelen, die voor het grootste deel afkomstig waren uit het ‘oude’ nationalistische milieu, maar die niet geloofden in het spel van de politieke partijen of in een volksmobilisatie. De politieke nederlaag van de nationalistische beweging gaf voeding aan het idee dat er nood was aan een culturele tegenbeweging tegenover de legitieme linkse cultuur.[22] GRECE werd opgericht met de bedoeling een denktank of werkgemeenschap te vormen die tot taak had een coherente rechtse ideologie te ontwikkelen en een rechtse wereldbeschouwing algemeen ingang te doen vinden via een metapolitieke strategie.[23] Alain de Benoist werd de belangrijkste kracht achter deze metapolitieke beweging. Volgens Taguieff heeft deze laatste van de Nouvelle Droite een sterk gepersonaliseerde beweging gemaakt. Hij is de belangrijkste producent van het orthodoxe Nouvelle Droite discours.[24]

 

De metapolitieke strategie veronderstelt een gedegen organisatorische uitbouw en een zekere bekendheid. Daartoe begon GRECE met de uitgave van verschillende tijdschriften. Naast het tijdschrift ‘Nouvelle Ecole’, dat vooral gericht is op intellectuele middens, werd ook het blad ‘Elements’ opgericht. Dit tijdschrift was tot 1973 een louter intern contactblad, daarna werd het ook onder het brede publiek verspreid. Vanaf dan gold het als de officiële spreekbuis van GRECE.[25] Vanaf 1974 verscheen de serie ‘Etudes et recherches’ dat de bedoeling had een ‘theoretisch’ blad te zijn. De eerste reeks liep tot 1977, een tweede reeks werd gestart in 1983. Vanaf 1985 verscheen ook ‘Panorama des idées actuelles’. In 1988 startte Alain de Benoist met de uitgave van het blad ‘Krisis’, los van GRECE. Geen van deze tijdschriften heeft echter een grote oplage, ‘Elements’ heeft met zijn 5000 abonnees (in 1994) de grootste oplage.[26] Daarnaast werd ook begonnen met een eigen uitgeverij, Copernic, en werden en worden er studiedagen en colloquia ingericht, evenals een zomeruniversiteit.[27]

 

Alain de Benoist kreeg in 1978 de Grand prix de l’Académie Française voor zijn boek Vu de Droite. Anthologie critique des idées contemporaines, in feite een compilatie van artikels en boekbesprekingen.[28] Het is echter niet dit boek die de Nouvelle Droite uit haar relatieve marginaliteit haalde, maar wel een mediacampagne in de zomer 1979. De hetze ontstond na de publicatie van een artikel in ‘Le Monde’ getiteld ‘La Nouvelle Droite s’installe’ van de hand van Thierry Pfister.[29] Gedurende drie maanden brandde er in Frankrijk een controverse los over de Nouvelle Droite. De directe aanleiding voor deze mediacampagne zou liggen in het feit dat Louis Pauwels, die in 1977 door krantenmagnaat Robert Hersant was aangesteld als hoofd van ‘Le Figaro Magazine’, verschillende GRECE leden had aangezocht om de redactie van dit tijdschrift te vervoegen. Daardoor werd het lezerspubliek van de Nouvelle Droite in één klap vertienvoudigd.[30] Sinds de grote media-aandacht van 1979 wordt het etiket Nouvelle Droite specifiek gebruikt om de organisaties en het ideeëngoed van GRECE aan te duiden. De term Nouvelle Droite is dus niet afkomstig van GRECE zelf, maar werd door de vereniging uiteindelijk wel overgenomen.[31]

 

Na 1979 haalde Nieuw Rechts nog nauwelijks de media. Het anti-Amerikanisme en het antichristendom van de Nouvelle Droite leidden ook tot een breuk met ‘Le Figaro Magazine’.[32] In de jaren ’80 stapten verschillende mensen van GRECE over naar Le Front National, onder andere Pierre Vial, een van de medestichters van GRECE. GRECE en Alain de Benoist in het bijzonder, staan echter afkerig tegenover het Front National. De referentie aan het christendom, het populisme, de aanvaarding van het liberale kapitalisme en het Franse nationalisme (in plaats van een Europees perspectief) zijn voor de Nouvelle Droite onoverkomelijke verschilpunten met het FN.[33]

 

1.3 Een eerste analyse van TeKoS

 

1.3.1 Het ontstaan

 

De Vlaamse Volks Partij van Lode Claes is van groot belang geweest voor het bijeenbrengen van een aantal mensen die eind 1979 TeKoS zouden opstarten. Het VVP was een Vlaamsgezinde en rechtse partij die in 1977 door Lode Claes was opgericht uit onvrede met het Egmontpact. De partij wilde een brede conservatieve partij zijn en een Nieuw Rechtse maatschappelijke blauwdruk ontwikkelen. Nogal wat medestanders van Claes maakten deel uit van de groep Stichting Deltapers. In 1977 was deze stichting gestart met maandelijkse conferenties in het kasteel Steytelinck te Wilrijk, waar onder ander veel aandacht werd besteed aan de Franse Nouvelle Droite ideeën. In 1978 vormde het VVP met het oog op de verkiezingen een kartel met de Vlaams Nationale Partij (VNP) van Karel Dillen onder de naam Vlaams Blok. Ook het VNP was opgericht als een reactie op het Egmontpact. De partij verdedigde een exclusief volksnationalistische en separatistische anti-Belgische lijn. Toen enkel Dillen werd verkozen, werd het kartel verbroken en verdere samenwerking met het VNP werd door Claes afgewezen. Na het verkiezingsdebacle richtten enkele voormalige leden van de VVP het tijdschrift 'Teksten, Kommentaren en Studies' op, dat de Nieuw Rechtse ideeën zou blijven uitdragen. De hoofdredacteur werd Luc Pauwels, de spilfiguur van de stichting Deltapers en de voormalige partijsecretaris van de VVP.[34] Een uitgebreid overzicht van de voorgeschiedenis van TeKoS wordt gegeven in het derde deel van deze thesis.

 

1.3.2 De activiteiten

 

TeKoS verscheen voor het eerst in december 1979 en wordt uitgegeven door de stichting Deltapers vzw, in 1998 (vanaf nummer 88) gewijzigd in Delta-Stichting vzw. Deltapers werd in 1965 opgericht door Luc Pauwels, Werner Caluwe en Paul Hendrik Leenaards. De statutaire doelstellingen van deze vzw luidden als volgt “De vereniging is een Vlaams d.w.z. Zuid-Nederlandse vereniging, met als doel begeleiding en ondersteuning te geven aan het sociaal-kultureel werk, op zelfstandige basis, waarbij de specialiteit van de dienstverlening ligt op het vlak van de geschiedenis en de aktualiteit van de Vlaamse respektievelijk Heelnederlandse beweging, de Europese kulturele diversiteit, de Europese eenmaking, de ekologie en de volkskultuur. De vereniging is onafhankelijk, onkerkelijk, pluralistisch en niet-partijgebonden.[35] De stichting gaf daarvoor het tijdschrift ‘De Anderen’ uit.[36]

 

Tot begin 2001 publiceerde TeKoS meer dan 650 artikels over zeer diverse onderwerpen en van de hand van zeer verschillende auteurs. Daarnaast wordt ook vaak poëzie afgedrukt en vanaf het midden van de jaren ’80 worden in de rubriek ‘Lezers en Schrijvers’ lezersbrieven gepubliceerd. Bij zijn oprichting in 1979 verscheen TeKoS met een oplage van slechts 50 exemplaren. In de volgende jaren heeft het tijdschrift een gestage groei gekend tot een oplage van 2000 exemplaren in 1997. Een deel van de 2000 exemplaren gaat naar abonnees, een deel is bestemd voor de verkoop van losse nummers en een laatste deel wordt gratis rondgestuurd voor werving. Hoeveel reële abonnees TeKoS heeft, is niet bekend. Luc Pauwels weigert daar cijfers over te geven. Het tijdschrift wordt bekostigd met de gelden afkomstig uit de verkoop van abonnementen en losse nummers, met de bijdragen van de medewerkers en de giften van ‘milde schenkers’. De auteurs worden niet betaald voor de geleverde prestaties. Het is vrijwilligerswerk.[37] In de beginjaren verscheen TeKoS op maandelijkse basis, af en toe ook tweemaandelijks. In de loop van 1982 (vanaf het nummer 27-28) verscheen het blad tweemaandelijks. Vanaf 1983 verscheen TeKoS zeer onregelmatig. Vijf maal in 1983, één maal in 1984, vier maal in 1985, twee maal in 1986, terug vier maal in 1987 en drie maal in 1988. Vanaf het nummer 51 in 1988 werd overgeschakeld op een trimesteriele verschijning. Vanaf dan verschijnt TeKoS op regelmatige basis, de enige uitzonderingen hierop zijn 1992 en 1994, toen zijn slechts drie nummers verschenen.

 

Naast TeKoS wordt sinds 1995 de TeKoS-reeks uitgegeven. Dit zijn brochures van de hand van redacteurs van TeKoS of vertalingen van publicaties van buitenlandse auteurs die het Nieuw Rechtse gedachtegoed aanhangen. In deze reeks verschenen tot begin 2001[38]:

DE BENOIST Alain, Heiden zijn vandaag de dag, Wijnegem, Delta-stichting, 1998, 258p.

DE HOON Frans, Tussen deemstering en morgenrood. Konservatieve overwegingen,

Wijnegem, Delta-stichting, 1999, 255p.

ELST Koenraad, De Vier van Breda, Wijnegem, Deltapers, 1995, 124p.

ELST Koenraad, De islam voor ongelovigen, Wijnegem, Deltapers, 1997, 132p.

GOLDSMITH Edward, De Weg. Een ekologische wereldvisie (vert. Guy de Maertelaere), Wijnegem, Deltapers, 1996, 84p.

LOGGHE Koenraad, Dr. Jan de Vries, Nederlands bekendste germanist en volkskundige, Wijnegem, Deltapers, 1996, 36p.

PAUWELS Luc (ed.), Hoe overleven we de dekadentie?, Wijnegem, Delta-stichting, 1998, 113p.

PAUWELS Luc (ed.), Verworteling, verankering. Grondslagen voor de 21ste eeuw, Wijnegem, Delta-stichting, 1999, 71p.

PAUWELS Wilfried, De Belgische communisten tijdens de oorlog: een mythe ontluisterd?, Wijnegem, Delta-stichting, 2000, 280p.

RAVYTS Kurt, Verschaeve’s visioen van een Germaans beleefd christendom en van een Germaans Rijk, Wijnegem, Deltapers, 1995, 132p.

 

TeKoS organiseert ook colloquia. Een eerste colloquia werd georganiseerd op 11 oktober 1981 en droeg als titel “Nieuw Rechts als kultureel alternatief”, sprekers waren onder meer Armin Mohler en Pierre Vial (GRECE).[39] Het tweede colloquium “Vrij denken, heiden zijn” vond plaats op 27 oktober 1985, als gastsprekers traden onder meer Alain de Benoist en Jean Varenne op, beiden lid van GRECE.[40] Tot 1997 werden geen colloquia meer georganiseerd. Vanaf dat jaar werd gestart met het inrichten van een jaarlijks colloquium op 11 november. Het derde colloquium had als titel “Hoe overleven wij de dekadentie?”, naast opnieuw Alain de Benoist, gaven onder meer ook Marc Grammens en Edward Goldsmith een voordracht.[41] Het vierde colloquium “Verworteling, verankering. Grondslagen voor de 21ste eeuw” vond het jaar daarop plaats, onder andere Jean Haudrey (hoogleraar Sanskriet em.) en Richard Hunt (hoofdredacteur van ‘Alternative Green’) traden op als sprekers.[42] Het colloquium van 1999 had als titel “Vlaamse identiteit, Nederlandse toekomst in Europa”. De sprekers waren onder meer dr. Piet Jongbloet, hoofdbestuurslid van het ANV, professor Mathias De Storme, voorzitter van het Verbond der Vlaamse Academici, Guido Naets, gewezen directeur pers en media bij het Europees parlement en Alain de Benoist.[43] Het zesde colloquium van TeKoS, “Rechts op antwoord! Tegen de dictatuur van het ‘politiek correcte’ denken” vond plaats op 11 november 2000. Voordrachten waren er van Jacques Claes, Koenraad Elst, Rolf Falter en Grégory Pons.[44] Het colloquium in 2001 handelde over de globalisering, “Globalisering of lot in eigen handen?”. Naast opnieuw Alain de Benoist, waren ook dr. Klaus Zeitler, Peter De Roover en Luc Versteylen aanwezig als gastspreker.[45]

 

1.3.3 De redactie en medewerkers[46]

 

De kernredactie bestond vanaf de oprichting uit Luc Pauwels (de hoofdredacteur), Hildegonde de Bois, Marcel Deprins, Frans de Hoon, Paul Hendrik Leenaards en Karl van Marcke. Jan Coenraad Nachenius was vanaf 1981 met de redactie verbonden en zou dat blijven tot aan zijn overlijden in 1987. In 1982 traden N.E. de Leeuw en Janus Meerbosch toe tot de redactie.[47] In het nummer 30 (1982) wordt voor het eerst een redactie vermeld in TeKoS. Karl van Marcke wordt daarin niet genoemd als redacteur. Mieke Clymans was verantwoordelijk voor het redactiesecretariaat. In 1985 trad Guy de Maertelaere toe tot de redactie.  In 1988 overleed de medestichter van de Delta-stichting en redacteur van TeKoS, Paul Hendrik Leenaards (1924-1988). In 1989 werd de redactie uitgebreid met Paul Janssen, Daan Goosen en Peter Logghe. Het volgende jaar trad Erik Arckens toe tot de redactie. Hij verdween in 1999 uit de redactie. In 1991 werd ook Koenraad Logghe redacteur. Het jaar daarop werd Koenraad Elst opgenomen in de redactie, hij verliet de redactie in 1995. Dirk Bollen, Kurt Ravyts en Piet Jan Verstraete sloten zich in 1994 aan bij de redactie. In 1995 werd Jan Creve redacteur en Joris Smits medewerker van TeKoS. Deze laatste wordt vanaf 1997 niet meer vermeld als medewerker. Frederik van Waeijenberge werd in 1997 in de redactie opgenomen. Dirk Bollen werd het jaar daarop redactiesecretaris. In 1999 overleed Frans de Hoon (1918-1999), mede-oprichter van TeKoS en beheerder van de Deltastichting vzw. Dat zelfde jaar trad Erik Martens toe tot de redactie en werd Johan De Vriendt redactiesecretaris. Kurt Ravyts verliet de redactie en ook Hildegonde de Bois wordt niet langer vermeld als redactielid. In 2000 werden Jan Sergooris en Frank Hensen redacteur van TeKoS en werd Arnout Collier verantwoordelijk voor de vormgeving. Dat zelfde jaar verdwenen Dirk Bollen en Jan Creve uit de redactie, zij worden niet meer vermeld in nummer 99. Vanaf het volgende nummer (100, 2001) worden ook Jan Sergooris, Koenraad Logghe en Frederik Van Waijenberge niet meer vermeld. In hetzelfde nummer worden wel drie nieuwe redactieleden genoemd, namelijk Ingrid Berens, Wolfgang Goeminne en Marc Willems. Martine van der Heyden is verantwoordelijk voor de eindredactie en Arnout Collier voor de vormgeving. Naast artikels van de hand van redactieleden en medewerkers worden in TeKoS ook veel artikels gepubliceerd van andere auteurs.[48]

 

1.3.4 De veranderende vormgeving

 

TeKoS verscheen aanvankelijk onder de naam Teksten, Kommentaren en Studies. Tot 1999 wordt de progressieve spelling gehanteerd. De eerste nummers van het tijdschrift waren losbladig en werden bijeengehouden door een bruine kaft. Ieder artikel kreeg een nummer mee dat naar een indeling in tien rubrieken verwees, die dan weer verder decimaal werden onderverdeeld. Het was de uitdrukkelijke bedoeling de nummers uit elkaar te halen en de artikelen per onderwerp op te bergen volgens de cijfercode. Vanaf het nummer 7-8 (1980) verschijnt het logo van GRECE op de voorpagina en wordt vermeld dat het tijdschrift wordt uitgegeven “in samenwerking met de Groupement de Recherche et d’Etudes pour la Civilisation Européenne (G.R.E.C.E.), Parijs”. Deze vermelding verdwijnt vanaf het nummer 55 uit 1989. Het logo werd gehandhaafd tot op de dag van vandaag. Vanaf nummer 11 verandert de presentatie. Het tijdschrift wordt in de rug gelijmd, maar het systeem van losbladigheid en decimale indeling blijft behouden. Vier perforaties moeten het mogelijk maken de artikels op te bergen in de daarvoor voorziene opbergkaften. Dit systeem verandert vanaf nummer 42 (1985). Vanaf dan heeft het tijdschrift een gewone paginering en verdwijnen ook de perforaties. Vanaf het nummer 75 (1994) wordt de titel Teksten, Kommentaren en Studies gewijzigd in TeKoS. De kleur van de kaft is vanaf dan fel oranje. Vanaf het 95ste nummer (1999) stapt TeKoS over op de conventionele, nieuwe spelling.

 

 

2. Een eerste omschrijving van Nieuw Rechts

 

2.1 De afwijzing van een ideologisch kader

 

            Nieuw Rechts wijst in het kader van wat ze zelf noemt ‘een constante interpretatie en herinterpretatie van de intellectuele gegevens’ een congruent geheel als ideologie af.[49] Er is geen sprake van een coherent ideologisch corpus waarvan de toepassing in de politieke praktijk voor de hand ligt. Nieuw Rechts wil een strijd voeren op cultureel niveau. Ze heeft niet tot doel pasklare politieke standpunten uit te dragen.[50] Nieuw Rechts wil een nieuw denkend rechts zijn die de aan de macht zijnde linkerzijde intellectueel van antwoord kan dienen. De titel ‘Teksten, Kommentaren en Studies’ geeft de bedoeling van het tijdschrift aan, namelijk een verzameling van teksten, commentaren en studies aanreiken aan de lezer.

 

In het artikel ‘Bandbreedte, niet lijn’ uit 1983 stelt Luc Pauwels dat TeKoS geen bepaalde ‘lijn’ volgt en daar ook geen behoefte aan heeft, omdat men het vrije denken moeilijk kan verenigen met de behoefte aan een ‘eenheidsmening’. Wie één lijn wil, schept meteen de ‘afwijkers’, de ketters en ketters worden per definitie vervolgd. Pauwels benadrukt daarbij dat er niet moet worden gekozen tussen de éne lijn met haar totalitaire potentie en de stuurloosheid of de oppervlakkigheid. Mensen die vrij denken, kunnen mogelijk vaststellen dat ze een aantal grondslagen gemeenschappelijk hebben. Ze kunnen een vergelijkbaar normbesef hebben en van daaruit een zelfde levens- en wereldbeschouwing hebben. Vanzelfsprekend komen ze dan tot verwante conclusies en appreciaties. Dat is geen lijn, maar een bandbreedte. Daar zit band in, verbondenheid, verwantschap en breedte, ruimte.[51] De artikels in TeKoS volgen dus geen lijn, maar fluctueren binnen een bepaalde ‘bandbreedte’.

 

            TeKoS verzet zich dan ook tegen ‘etikettenkleverij’ omdat een bepaald etiket te veel beperkingen met zich mee brengt. Het etiket Nieuw Rechts wordt dan ook afgewezen door TeKoS. Volgens Luc Pauwels is de term Nieuw Rechts of Nouvelle Droite, ontstaan als gevolg van de mediacampagne tegen GRECE in 1979, bijzonder slecht gekozen. Ten eerste omdat het een politiek etiket zou zijn voor een in hoofdzaak cultureel fenomeen. Ten tweede omdat het al bestond en men dus een oud etiket ging gebruiken voor een nieuw fenomeen. En ten derde omdat het voor meer verwarring dan onderscheid zorgde: verwarring met het Amerikaans protestantse fundamentalisme, de politiek van Reagan en Tatcher enz.[52] De Nouvelle Droite beweging in Frankrijk heeft dit etiket uiteindelijk overgenomen, maar TeKoS heeft het steeds afgewezen. Luc Pauwels schreef daarover: “We (TeKoS) hebben het vaker dan ons lief was wel over ons heen moeten laten gaan dat we als “nieuw rechts” werden aangeduid, maar slechts incidenteel heeft een redacteur van TeKoS zélf met die aan ons opgedrongen benaming gezwaaid.[53] TeKoS weigerde de eigen ideologische richting te benoemen. Politieke begrippen zoals links en rechts zijn volgens TeKoS niet toepasbaar op een tijdschrift dat zich bezighoudt met metapolitiek of cultuur. De afwijzing van een ideologisch kader neemt echter niet weg dat er in TeKoS wel degelijk een (nieuw) rechts denkkader wordt uitgebouwd die de grondslagen van een rechtse maatschappijvisie bepaalt.

 

In het nummer 100 wordt van deze weigering tot zelfbepaling afgestapt. Vanaf dan wordt TeKoS omschreven als een “Vlaams, dit is Zuid-Nederlands, conservatief cultureel tijdschrift. Het is conservatief in de zin van Edmund Burkes leidmotief “to change in order to preserve”. Aan de permanente discussie over en het kritisch onderzoek van wat wij moeten veranderen en wat behouden is dit tijdschrift gewijd.[54] Volgens Luc Pauwels was TeKoS van meet af aan een conservatief tijdschrift en kleurde een conservatieve grondtoon de meeste artikels.[55] Toch wordt in deze thesis omwille van de duidelijkheid geopteerd om de term Nieuw Rechts te gebruiken. In de literatuur over dit gedachtegoed wordt de term Nieuw Rechts consequent gehanteerd. De keuze voor het gebruik van deze benaming hangt ook samen met het feit dat TeKoS zeer sterk refereert aan de Franse Nouvelle Droite beweging, die zoals gezegd het etiket Nouvelle Droite wel aanvaardde. Een overzicht van het gedachtegoed in het tweede deel van deze thesis maakt overigens duidelijk dat TeKoS zeker geen traditioneel conservatisme verdedigt. De keuze voor het etiket ‘conservatief’ hangt waarschijnlijk samen met een streven naar academische erkenning en een grotere salonfähigheid.

 

2.2 Rechts, ‘Nieuw’ Rechts en ‘Oud’ Rechts

 

Hoewel elke ideologische omkadering door Nieuw Rechts van de hand gewezen wordt gewezen, is het duidelijk dat zij een rechtse maatschappijvisie verdedigt, maar tegelijk ‘nieuw’ wil zijn. Zij wil niets meer te maken hebben met traditioneel rechts, noch met het nationaal populisme van het Vlaams Blok en het Front National en zeker niet met economisch rechts. De Nouvelle Droite distantieert zich volledig van ‘oud’ rechts. Ze verwerpt het totalitarisme, het kolonialisme, het nationalisme, het racisme, het moralisme, de steun aan het liberalisme en het reactionaire traditionalisme die aan ‘oud’ rechts worden toegeschreven. Het idee dat er opnieuw moet worden begonnen, is binnen de Nieuw Rechtse beweging duidelijk aanwezig.[56] Er moet een nieuwe maatschappelijke doctrine worden uitgewerkt, gebaseerd op rechtse waarden en ideeën. Deze doctrine moet worden verspreid, niet via de partijpolitiek, maar via een metapolitieke strategie. Nieuw Rechts gaat er daarbij van uit dat de cultuur vandaag de dag gemonopoliseerd wordt door links.

 

In zijn boek Vu de Droite. Anthologie critique des idées contemporaines uit 1978 houdt Alain de Benoist een pleidooi voor rechts om rechts te mogen zijn. Volgens hem wordt elke rechtse doctrine systematisch in diskrediet gebracht omdat ze consequent wordt geassocieerd met fascisme. In plaats van tegen deze beschuldiging te reageren, blijft traditioneel rechts passief. Het beschikt niet over een onderbouwde doctrine, noch over een effectieve strategie. De zwakheid van rechts wordt scherp bekritiseerd. Maar ook links moet het zwaar ontgelden. Het zijn de linkse idealen, en meer bepaald het egalitarisme, die vandaag de dag dominant aanwezig zijn en die verantwoordelijk zijn voor de crisis waarin de Westerse maatschappij zich volgens Nieuw Rechts bevindt (zie Deel II, “Het Nieuw Rechtse gedachtegoed”). De oplossing voor rechts die Alain de Benoist voorstelt is drieledig. Ten eerste moet rechts zich als rechts affirmeren. Ten tweede moet het zijn voornaamste vijand identificeren, met name het egalitarisme die de diversiteit van de wereld ontkent en reduceert. En ten derde moet rechts erkennen dat geen enkel maatschappelijk domein ‘neutraal’ is en moet het over elk mogelijk onderwerp een eigen discours produceren.[57] Het zijn deze doelstellingen die door Nieuw Rechts in praktijk worden gebracht. Het rechtse discours dat Nieuw Rechts daarbij verdedigt, verschilt op sommige punten grondig van wat door ‘oud’ rechts wordt uitgedragen (zie Deel II).

 

De definitie die door Alain de Benoist wordt gegeven van ‘rechts’ sluit volledig aan bij het ideeëngoed van Nieuw Rechts: “J’appelle ici de droite, par pure convention, l’attitude consistant à considérer la diversité du monde et, par suite, les inégalités relatives qui en sont nécessairement le produit, comme un bien, et l’homogénéisation progressive de monde, prônée et réalisée par le discours bimillénaire de l’idéologie égalitaire, comme un mal.[58] Dit anti-egalitarisme vormt de kern van het Nieuw Rechtse gedachtegoed zoals uit het volgende deel zal blijken.

 

Hoewel Nieuw Rechts een coherente en duidelijk omschreven doctrine afwijst, kan men wel degelijk een ideologisch kader onderscheiden in de publicaties van deze beweging. Het Nieuw Rechtse gedachtegoed wordt gekenmerkt door een cultuurpessimistisch uitgangspunt, een sterk anti-egalitarisme en daarmee samenhangend de afwijzing van de monotheïstische openbaringsgodsdiensten, de afwijzing van het liberalisme en het communisme en de afwijzing van het multiculturalisme. Het alternatief dat wordt bepleit, omvat een nominalistische wereldbeschouwing, de erkenning van ‘le droit à la différence’ of ‘het recht op verschillend zijn’, het herwaarderen van onze (veronderstelde) Indo-europese erfenis, de verdediging van de Europese Rijksgedachte, het pleidooi voor een organische samenleving met aandacht voor traditie en gemeenschapszin, een terugkeer naar het heidendom en een hernieuwde interesse voor ecologie. Al deze verschillende thema’s worden in het volgende deel van de thesis uitvoerig besproken.

 

home lijst scripties inhoud vorige volgende  

 

[3] L. Pauwels, ‘G.R.E.C.E., een werk- en ideeëngemeenschap. Interview met Jean-Claude Valla’, Tekos, I, 1980, 7-8

[4] P.A. Taguieff, Sur la nouvelle droite: jalons d’une analyse critique, Paris, Descartes, 1994, p.111

[5] P. Commers, De Conservatieve Revolutie in Vlaanderen. Een kritische analyse van het Nieuw Rechtse tijdschrift Teksten, Kommentaren en Studies, Leuven, KUL (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 1997, pp.17-18

   P. Tommissen, ‘Wat is en wat wil de Nouvelle Droite?’, Eclectica, XIII, 1984, 55-56-57, p.109

[6] P. Commers, De Conservatieve Revolutie…, p.18

[7] A.M. Duranton-Crabol, Visages de la nouvelle droite: le GRECE et son histoire, Paris, Presses de la Fondation nationale des sciences politiques, 1988, p.24

[8] P.A. Taguieff, Sur la nouvelle droite…, pp.112-115

[9] P. Commers, De Conservatieve Revolutie…, p.19

[10] P.A. Taguieff, Sur la nouvelle droite…, pp.120-121

[11] P. Commers, De Conservatieve Revolutie…, p.19

[12] A.M. Duranton-Crabol, Visages de la nouvelle droite…, p.26

[13] P.A. Taguieff, Sur la nouvelle droite…, pp.125-130 en p.135

[14] A.M. Duranton-Crabol, Visages de la nouvelle droite…, p.25

[15] P. Commers, De Conservatieve Revolutie…, p.19

[16] P. Tommissen, ‘Wat is en wat wil de Nouvelle Droite?’, p.109

[17] F. Vanhecke, Metapolitieke strategie, organisatie en ideeën van Kultureel Nieuw-Rechts in Frankrijk: G.R.E.C.E. 1967-1981’, Brussel, VUB (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 1981, pp.8-9

[18] A.M. Duranton-Crabol, Visages de la nouvelle droite…, pp.29-30

[19] P. Commers, De Conservatieve Revolutie…, p.20

[20] A.M. Duranton-Crabol, Visages de la nouvelle droite…, p.30

[21] L. Pauwels, ‘G.R.E.C.E., een werk- en ideeëngemeenschap. Interview met Jean-Claude Valla’, Tekos, I, 1980, 7-8

[22] P.A. Taguieff, Sur la nouvelle droite…, pp.148-150

[23] P. Commers, De Conservatieve Revolutie…, p.21

[24] P.A. Taguieff, Sur la nouvelle droite…, pp.IV-V

[25] E. Arckens, De Nouvelle Droite als ideologie tegen de Westerse consumptie-maatschappij: een benadering, Leuven, KUL (onuitgegeven licentiaatsverhandeling), 1990, p.4

[26] P.A. Taguieff, Sur la nouvelle droite…, p.20 en pp.180-181

[27] P. Commers, De Conservatieve Revolutie…, p.21

[28] E. Arckens, De Nouvelle Droite…, p.5

[29] Men moet hier opmerken dat het eerste artikel over de Nouvelle Droite reeds in 1972 verschenen was in ‘Le Canard Enchaîné’ getiteld ‘Une officine nazie à Paris’. P. Commers, De Conservatieve Revolutie…, p.22

[30] E. Arckens, De Nouvelle Droite…, p.5

[31] L. Pauwels, ‘Veranderen, om te kunnen behouden’, Tekos, XXII, 2001, 100, p.8

[32] P. Commers, De Conservatieve Revolutie…, p.23

[33] P.A. Taguieff, Sur la nouvelle droite…, pp.52-53

[34] L. Vos, ‘Rechts-radicalisme’, in: R. De Schrijver e.a. (eds.), De Nieuwe Encyclopedie van de Vlaamse Beweging, Tielt Lannoo, 1998 (CD-rom)

[35] Dit zijn de statutaire doelstellingen zoals die vermeld zijn op het formulier voor de lidmaatschapsaanvraag voor de Delta-stichting vzw (zie bijlage)

[36] L. Vos, ‘Rechts-radicalisme’, in: R. De Schrijver e.a. (eds.), NEVB (CD-rom)

[37] deze gegevens zijn overgenomen uit de thesis van P. Commers die zich daarvoor baseerde op een persoonlijk interview met L. Pauwels (24/10/1997), in: P.Commers, De Conservatieve Revolutie…, pp.35-37

[38] s.n., ‘De TeKoS-reeks’, Tekos, XXII, 100, pp.66-67

[39] zie het artikel van A Mohler, ‘Van de konservatieve revolutie tot nieuw rechts: kontinuïteit en diskontinuïteit.’, Tekos, VII, 1986, 44, p.3

[40] H. de Bois, ‘Vrij denken, heiden zijn. Tweede colloquium te Schoten’, Tekos, XVI, 1985, 43, p.3

[41] s.n., “Hoe overleven wij de dekadentie?”, Tekos, XVIII, 1997, 85, p.3

[42] L. Pauwels (ed.), Verworteling, verankering. Grondslagen voor de 21ste eeuw, Wijnegem, Delta-stichting, 1999, 71p.

[43] s.n., ‘Het vijfde colloquium van de Delta-Stichting vzw. Vlaamse identiteit, Nederlandse toekomst in Europa’, Tekos, 1999, 94, p.3

[44] s.n., ‘De TeKoS-reeks’, Tekos, XXII, 2001, 102, p.58

[45] s.n., ‘Het zevende colloquium van de Delta-Stichting vzw. Globalisering of lot in eigen handen?’, Tekos, XXII, 2001, 100, p.3      Dit colloquium heb ik zelf bijgewoond

[46] Dit overzicht is gebaseerd op het redactieoverzicht in TeKoS, het overzicht van de kernredactie werd overgenomen uit de thesis van Patrick Commers die zich daarvoor baseerde op een persoonlijk interview met Luc Pauwels. In de bijlagen is een lijst opgenomen van alle auteurs die gepubliceerd hebben in TeKoS met alle artikels die ze geschreven hebben

[47] P.Commers, De Conservatieve Revolutie in Vlaanderen…, p.38

[48] Voor een overzicht zie bijlage

[49] E. Arckens, De Nouvelle Droite…, p.62

[50] F. Vanhecke, Metapolitieke strategie…, p.31

[51] L. Pauwels, ‘Bandbreedte, niet lijn’, Tekos, IV, 1983, 36

[52] L. Pauwels, ‘Wat we met links (en rechts) gemeen hebben. Wat ons van rechts (en links) scheidt’, Tekos, XVI, 1996, 83, pp.11-12

[53] L. Pauwels, ‘Veranderen, om te kunnen behouden’, p.8

[54] L. Pauwels, ‘Veranderen, om te kunnen behouden’, p.5

   Deze omschrijving wordt vanaf het nummer 101 steeds op p.2 vermeld, onder de titel, als vaste omschrijving    van wat TeKoS wil zijn

[55] L. Pauwels, ‘Veranderen, om te kunnen behouden’, pp.5-6

[56] A. de Benoist, Les idées à l’endroit, Paris, Hallier, 1979, p.18

[57] A. de Benoist, Vu de droite: anthologie critique des idées contemporaines, Paris, Copernic, 1978, pp.15-26

[58] A. de Benoist, Vu de droite…, p.16