Nuptialiteitsstudie van Izegem (1750-1850) (Steven Vanbelle) |
home | lijst scripties | inhoud | vorige | volgende |
1.Methodologische nota
Onze studie begon in de Izegemse bibliotheek. Daar zijn alle akten uit de parochieregisters en de Burgerlijke Stand, in gekopieerde vorm, aanwezig. Alle akten die dateren na 1900, worden enkel in het stadhuis bewaard.
In deze studie werd de periode 1750-1850 in beeld gebracht. We maakten gebruik van vier steekproeven van telkens tien jaar. Deze werkmethode moest ons in staat stellen om een adequaat beeld te scheppen van de huwelijkspatronen. De periodes 1750-59, 1780-89, 1810-19 en 1840-49, werden van naderbij bekeken.
In de periode 1750-1850 zagen we veel veranderingen; Amerika kende de bevrijding, Frankrijk haar Revolutie, er was de Industriële Revolutie en België werd onafhankelijk. Ook in de administratie kwamen grondige veranderingen. In het Ancien Régime was de Kerk verantwoordelijk geweest voor de registratie van geboortes, trouwen en overlijdens. Alle notities verwezen dan ook naar de Kerkelijke viering rond de gebeurtenissen. De priester noteerde met andere woorden de data van doop, kerkelijk huwelijk en begrafenis. De komst van de Fransen in onze gewesten, zorgde voor verandering. De Burgerlijke Stand werd ingevoerd, en op die manier werd de rol van de Kerk ingedamd. De akten van de Burgerlijke Stand waren veel rijker en dienen de onderzoeker in een veel uitgebreidere wijze[1].
De parochieregisters bleven vaak erg beknopt en rudimentair. In het Concilie van Trente (1564) werden de geestelijken aangespoord om parochieregisters bij te houden. Deze oproep werd niet overal even gezwind opgevolgd[2]. Pas in de tweede helft van de 17e eeuw zagen we een opmerkelijke verbetering. In Izegem dateerden de oudste parochieregisters uit 1606; de manier waarop ze werden ingevuld was nog erg slordig en onduidelijk. Geleidelijk aan werden de notities beter verzorgd.
In tegenstelling met de akten van de Burgerlijke Stand, vertonen die van de parochieregisters weinig uniformiteit. De akten werden in het Latijn opgesteld en meestal neergekrabbeld. Van een mooi gevormd schrift is zeker geen sprake. Dit maakt het de onderzoeker er zeker niet makkelijker op. Toch vonden we na enige oefening onze weg in deze oude bron (zie bijlage 1).
Erg veel gegevens boden deze akten ons niet. We vonden er de datum wanneer het huwelijk werd ingezegend. Natuurlijk werden ook de namen van de twee tortelduifjes ingeschreven. Soms werd een plaatsverwijzing genoteerd. Deze plaats was dan de plaats van afkomst van de desbetreffende partner. In de akten vonden we ook de naam van de getuigen.
Een ander gegeven dat in de parochieregisters geschreven stond, was de leeftijd van de partners. We kregen hier alleen maar een leeftijdsaanduiding en geen exacte geboortedatum voorgeschoteld. Een verwijzing naar de leeftijd kregen we overigens enkel in de periode 1780-89; in de periode 1750-59 hadden we er het raden naar. Aan de hand van de doopboeken konden we toch voor een deel van de gehuwden de huwelijksleeftijd achterhalen. Voor zij die niet uit Izegem afkomstig waren, was dit natuurlijk niet mogelijk.
Sedert 1778 werden de huwelijksakten ondertekend door beide partijen. Dit gaf ons de mogelijkheid een onderzoek naar alfabetisering te voeren. We konden de periode 1750-59 niet onder zoeken vermits de akten nog niet ondertekend werden.
De huwelijksboeken in parochieregisters bevatten dus nuttige informatie, al is die toch nog zeer beperkt. Hier volgt nog een kort algemeen overzicht:
de datum van het huwelijk
de naam van beide partners
een plaatsnaam verwijzend naar de plaats van afkomst (sporadisch, meer in de periode 1780-89)
de naam van de getuigen
de leeftijd van de partners (1780-89)
de handtekening van de partners of een kruisje (1780-89)
De registratie van burgerlijke staat werd van de parochiale overheid naar de gemeentelijke administratie overgedragen. In België werd de Burgerlijke Stand, in 1796 opgericht. Toch merken we dat de parochieregisters nog een tijd door bestonden. De plaatselijke bevolking stond wantrouwig tegenover de nieuwe bestuurders; daarom gingen ze liever naar meneer pastoor om hun persoonlijke gegevens te noteren. Geleidelijk aan zien we echter een enorme verbetering van de Burgerlijke Stand. De akten verschaffen de onderzoekers tonnen informatie (zie bijlage 2). Het systeem bewees ondertussen zijn deugdelijkheid (Nog steeds werken we hier in België met dezelfde Burgerlijke Stand!).
De huwelijksakten vermeldden dezelfde gegevens als die van de trouwboeken. Ook hier vonden we de naam van de partners terug, eveneens werd de datum van het huwelijk, de naam van de getuigen en de geboorte- en woonplaats van de partners vermeld. Steeds ondertekenden alle partijen de akte, zij die niet konden schrijven werden opgesomd. Opnieuw konden we de huwelijksleeftijd van de partners nagaan. Ditmaal werd hun geboortedag ingeschreven.
We kregen nog heel wat meer gegevens. Zo werd melding gemaakt van het uur waarop gehuwd werd. De dag waarop het huwelijk plaatsvond konden we enkel vinden door gebruik te maken van terugtelling. Elke huwelijksakte vernoemde namelijk de twee zondagen waarop het huwelijk afgekondigd werd. Hierdoor konden we toch een zicht krijgen op de huwelijksdag.
De akten vermeldden ook de naam en het beroep van de ouders van de bruid en de bruidegom. Indien ze al overleden waren, werd hun overlijdensplaats en –datum genoteerd. Ook de getuigen werden met beroep en leeftijd aangeduid.
Wanneer een van beide trouwers al een huwelijk achter de rug had, werd dit eveneens gemeld. De naam van de vorige, overleden partner, evenals de overlijdensdatum en –plaats werden aan de akte toegevoegd. Tenslotte werd er ook melding gemaakt van onwettige kinderen.
In een notendop bevatten de huwelijksakten van de Burgerlijke Stand dus volgende gegevens:
de datum en het uur van het huwelijk
de naam van beide partners
het beroep van beide partners
het domicilie van beide partners
de geboorteplaats van beide partners
de geboortedatum van beide partners
de naam van de ouders met hun beroep of hun overlijdensdatum en –plaats
het weduwnaar-/weduwe-zijn
onwettige kinderen
de data waarop het huwelijk officieel aangekondigd werd
de naam van de getuigen en hun beroep en leeftijd
handtekening
Naast de trouwboeken in de parochieregisters en de huwelijksakten van de Burgerlijke Stand, die de ruggengraat van ons werk vormden, werden ook andere bronnen gebruikt. We vermeldden al de doopboeken die ons hielpen om de huwelijksleeftijd te achterhalen van de personen die trouwden tussen 1750 en 1759.
Voor een ander aspect van ons onderzoek wilden we weten hoelang een gemiddeld huwelijk duurde, hiervoor gebruikten we de begraafboeken van de parochieregisters en de overlijdensakten uit de Burgerlijke Stand. We onderzochten de periodes 1750-59 en 1840-49, de andere twee periodes lieten we hiervoor links liggen. De indexen lieten geen systematische zoektocht toe.
Onze hoofdbronnen bleven dus wel de trouwboeken en de huwelijksakten. Van daaruit vertrokken we steeds om de verschillende facetten van de huwelijksgewoonten bloot te leggen. Alle gegevens uit de verschillende bronnen werd op fiches ingevuld. Deze formulieren zou men kunnen vergelijken met de bovenste helft van gezinsreconstructiefiches. Ze lieten ons toe erg systematisch en gestructureerd te werk te gaan (zie bijlage 3).
Alle informatie werd daarna gebundeld en verwerk tot werkbare tabellen en grafieken die het werk zullen verduidelijken.
Om de gegevens correct te interpreteren en om een grondige voorkennis te hebben, werd heel wat vakliteratuur verslonden. We gingen vooral op zoek naar informatie in verband met nuptialiteitsonderzoek. Toch keken we ook over de horizon en lazen werken in verband met de Industriële Revolutie, gezinsvorming, vrouwenarbeid, alfabetisering, mobiliteit, de vlas- en schoennijverheid, … . Ook werken over Izegem werden geraadpleegd. Een goede kennis van het onderzoeksgebied is immers een must, willen we de onderzoeksresultaten in een correct kader zien.
We zullen een kort overzicht geven van de belangrijkste werken die we te zien kregen. Een volledige opgave van de geraadpleegde literatuur vindt men in de literatuurlijst terug (cfr. supra).
Een eerste werk die we hier zouden willen aanhalen is “Trouwen in Nederland” van F. Van Poppel [3]. Dit boek verschafte ons vooral informatie over de huwelijksleeftijd en de afgeleide onderzoeken hier rond. Eveneens werd een groot deel van het werk gewijd aan hertrouwen.
Ook de werken van C. Vandenbroeke hielpen ons een flink stuk op weg. In “Karakteristieken van het huwelijks- en voortplantingspatroon. Vlaanderen en Brabant, 17e-19e eeuw” wordt de huwelijksleeftijd besproken[4]. Ook thema’s als hertrouwen en een sectoriële analyse komen in dit artikel naar voren. Het boek “Vrijen en trouwen” biedt precies wat de titel aangeeft[5]. De auteur bespreekt zowel de ritmiek van de huwelijken, de leeftijd van de bruid en bruidegom, het hertrouwen, de vrijage en nog veel meer zaken in verband met vrijen en trouwen. Ook de “Tien bijdragen tot de lokale en regionale demografie in Vlaanderen”, die hij samen met M. Cloet bundelde, konden als vergelijkingsmateriaal uitstekend dienst doen[6]. In dit werk worden tien demografische onderzoeken samengebracht; de meeste hebben betrekking op kleine zuid West-Vlaamse gemeenten.
Verder kunnen we ook verwijzen naar de vele goede artikels die we terugvonden in verschillende nationale en internationale naslagwerken. We vermelden hier Tijdschrift voor Sociale Geschiedenis, Population, Annales. Economies, Sociétés, Civilisations, Annales de Démographie Historique en Journal of Family History als voornaamste. We vonden er artikels terug van gerenomeerde demografen, sociologen, economen, … .
Onze voorgangers bewezen ons eveneens een grote dienst. Het doornemen van thesissen die dezelfde thematiek behandelden, hielp ons een gestructureerd geheel te maken. De informatie die we in deze werken vonden konden we tevens gebruiken voor vergelijkend onderzoek. Enkele van deze werken waren: “Trouwen in Lebbeke” van N. Huys, “Vrijen en trouwen in Antwerpen, 1830-1850” door K. Huysmans en “De nuptialiteit van Destelbergen (1800-1950)” van K. Lambrecht[7].
We gingen ook op zoek naar informatie over Izegem. Hier moeten we zeker “Geschiedenis van Izegem” van J. Lermyte vermelden[8]. Dit werk geeft een mooi overzicht van Izegems verleden. Een groot deel van het boek, behandelt de sociale aspecten van de geschiedenis. De verschillende nijverheden worden op een heldere manier naar voor gebracht en ook andere hoofdstukken bleken erg waardevolle informatie te bevatten over de meest diverse thema’s. Naast dit overzichtswerk moeten we zeker ook de heemkundige uitgaven aanhalen. In de tijdschriften van Ten Mandere stonden heel wat nuttige artikels over de schoen- en vlasnijverheid en de Izegemse demografie.
home | lijst scripties | inhoud | vorige | volgende |
[1] C. Vandenbroeke, “Historische demografie”, in: J. Art, Hoe schrijf ik de geschiedenis van mijn gemeente? Deel 2: 12de-18de eeuw, Gent, 1994, p. 157.
[2] Ibid., p. 155.
[3] F. Van Poppel, Trouwen in Nederland. Een historisch-demografische studie van de 19e en vroeg 20ste eeuw, Wageningen, 1992.
[4] C. Vandenbroeke, “Karakteristieken van het huwelijks- en voortplantingspatroon. Vlaanderen en Brabant, 17e –19e eeuw”, Tijdschrift voor Sociale Geschiedenis, 1976, pp. 108-145.
[5] Id., Vrijen en trouwen. Van de middeleeuwen tot heden, Brussel-Amsterdam, 1986.
[6] M. Cloet en C Vandenbroeke, Tien bijdragen tot de lokale en regionale demografie in Vlaanderen, Brussel, 1989.
[7] N. Huys, Trouwen in Lebbeke. Een nuptialiteitsstudie van een Oost-Vlaamse plattelandsgemeente, Gent, 2000. K. Huysmans, Vrijen en trouwen in Antwerpen (1830-1850), Gent, 2000. K. Lambrecht, De nuptialiteit van Destelbergen (1800-1950), Gent, 2000.