Dankwoord

Een verhandeling wordt niet geschreven op één dag. Een grondige studie van een onderwerp slorpt al snel veel tijd op. In al die tijd zijn er momenten dat alles vlot verloopt maar er zijn ook van die momenten dat men met de handen in het haar zit.

Toch zijn er mensen geweest die zowel in die probleemloze dagen als in de moeilijke uren interesse toonden in mijn werk, mij raad gaven, mij hielpen en mij steunden.

Ten eerste mijn familieleden, maar vooral mijn ouders. Zij gaven me de mogelijkheid om verder te studeren en deze thesis is niet alleen het resultaat van mijn werk maar zeker en vast ook het resultaat van hun werk en bezorgdheid.

Ten tweede is er mijn promotor, professor Dr. E. Gerard. Hoewel hij als decaan een drukke agenda heeft vond hij toch de tijd om mij raad te geven, de hoofdstukken te lezen en verbeteringen voor te stellen.

Ten derde zijn er mijn vrienden en kotgenoten. Als ik namen ga noemen ga ik er over het hoofd zien, dus doe ik dat liever niet. Zij zorgden niet alleen voor de nodige ontspanning en een aangename babbel maar hun interesse in mijn werk siert onze vriendschap.

Ten slotte wil ik de studiediensten danken voor de tijd dat ze hun werk naast zicht hebben gelegd hebben om mij, altijd vriendelijk, verder te helpen. In het bijzonder waren dit:

• Steven Utsi (Vlaams Blok/Belang)

• Lieven Dehandschutter (Volksunie en N-VA)

• Wouter Vandebos (SPIRIT)

• Jenny Renneboog (CVP/CD&V)

• Tie Vereecke (SP/SP.a)

• De medewerkers van het Liberaal Archief te Gent (PVV/VLD)