Het beeld van Mobutu Sese Seko in de Belgische pers. De Standaard, Vooruit & De Morgen, La Libre Belgique, Le Peuple. (1965-1997) (Stijn Van Bever)

 

home lijst scripties inhoud vorige volgende  

 

C. Algemene conclusie

 

Het krantenonderzoek heeft zijn doel niet gemist. De studie van de vijftien data in de vier verschillende kranten heeft mij in de gelegenheid gesteld om een accuraat beeld te krijgen van de mentaliteiten en de mentaliteitswijzigingen die gebeurd zijn in de tweeëndertig jaren waarin Mobutu Sese Seko het hoofd was van de Kongolese/Zaïrese staat. De vragen, die het uitgangspunt waren van mijn onderzoek, hebben een antwoord gekregen, of zijn verduidelijkt geworden. Ik zal in een aantal puntjes de conclusies van mijn onderzoek uiteenzetten.

           

            Eén van de hoofdvragen van mijn onderzoek was of het beeld van de Zaïrese president aan weerzijden van de taalgrens beïnvloed is geweest door het Belgische communautaire karakter. Op deze vraag kan ik negatief antwoorden. De oud – kolonie is steeds een typisch Belgische aangelegenheid geweest. In de beginjaren van Mobutu’s regime, toen Kongo nog steeds werd gezien als een verlengstuk van ons land, was België een unitaire staat. Kongo werd toen beschouwd als een parel aan de Belgische kroon, Mobutu als een exponent van de succesrijke Belgische kolonisatie die, na enkele problematische jaren een geslaagde overstap had kunnen maken naar de harmonieuze onafhankelijkheid. Ook de economische belangen in Kongo/Zaïre werden steeds als Belgische belangen gezien. De invloed van de Generale Maatschappij, één van de symbolen van het unitair België, die bijna een monopolie had op de Belgische economische activiteit in Kongo is hier niet vreemd aan. De Standaard, de enige krant die toen reeds een communautaire reflex, zag Mobutu dus eveneens vanuit deze Belgische optiek. La Libre Belgique was een belgicistische krant en twee socialistische kranten, die gepatroneerd werden door de unitaristische socialische partij, bekeken Mobutu ook vanuit de Belgische optiek.

Ook nadat de Belgische politiek gecommunautariseerd was, is het beeld van Mobutu nooit door de communautaire bril bekeken. Zaïre werd in de loop der jaren steeds minder als een Belgisch wingewest gezien. De relatie tussen België en Zaïre werd de bevoegdheid van de minister van buitenlandse zaken (en in moeilijke tijden de premier) en bleef zo een federale materie. De moeilijke relatie tussen Mobutu en België zorgde er trouwens voor dat Zaïre steeds minder als de oud – kolonie behandeld werd. Bovendien vervaagde de gemeenschappelijke relatie in de loop der jaren en werd Zaïre langzaam een ontwikkelingsland als de anderen.

 

            De ideologische verschillen tussen de kranten hebben wel een duidelijke invloed gehad op de visie van de kranten op Mobutu. Mobutu is decennialang het baken van het Westen tegen het communisme geweest. Het strategische en geologische belang van Zaïre was dermate groot, dat Mobutu alle mogelijke steun moest krijgen.Het duidelijkste voorbeeld zijn de Shaba – crisissen. De conservatieve kranten La Libre Belgique en De Standaard zien in beide conflicten een enorme dreiging van de communistische machten en roepen het Westen op om de Zaïrese president te steunen. Ook bij de tweede Shaba – oorlog, wanneer beide kranten kritiek hebben op de Zaïrese president omdat hij verzuimd heeft voorzorgen te nemen, herhalen beide kranten hun oproep. Beide kranten willen een versterkte Westerse hulp en aanwezigheid om een dam op te werpen tegen het Russische “ imperialisme” in Afrika, dat de westerse invloedssfeer en belangen dreigt te schaden. Mobutu is de beste bewaker van de westerse belangen en dient daarom door het Westen gesteund te worden. Afrika, en zeker Centraal – Afrika, is in die jaren namelijk westers grondgebied, volgens bepaalde journalisten. Er is volgens beide kranten trouwens geen alternatief voor de Zaïrese president : zonder Mobutu stort Zaïre binnen de kortste keren in de chaos, waarna het Afrikaanse continent dezelfde weg zal opgaan. Bovendien garandeert Mobutu nog steeds de veiligheid van de Belgen, althans na Shaba I. Na de tweede Shaba-oorlog zijn beide kranten, vooral La Libre, voorstander van een bestendige troepenmacht in de Shaba-provincie, om de mijnbouw te verzekeren en om de veiligheid van de Belgen te garanderen.

De socialistische kranten hebben het tijdens de beide Shaba – oorlogen nooit over het “rode gevaar”. De eerste Shaba-oorlog gaat bijna aan beide socialistische kranten voorbij. De tweede Shaba-oorlog wordt door de socialistische kranten als een intern Zaïrees conflict gezien. De oorzaak van het conflict is volgens de kranten, en vooral voor de Vlaamse Vooruit, het wanbeleid van de Zaïrese dictator Mobutu, die in de krant als een “knettergekke dicator” wordt omschreven. Beide kranten zijn tegen westerse versterkingen in Zaïre. Het Zaïrese intern beleid moet orde op zaken stellen. Dit kan alleen wanneer Mobutu vertrekt. Wanneer de vermoorde Belgische en Franse burgers in Kolwezi worden ontdekt in mei 1978, wordt Mobutu voor altijd persona non grata bij de Vlaamse krant.

 

            Het positieve beeld van Mobutu in de Belgische pers is altijd bepaald geweest door externe factoren of buitenlandse belangen in Zaïre. Kritiek op het binnenlandse politieke beleid van Mobutu is lang onbestaande geweest, of werd ondergeschikt bevonden aan de economische en strategische belangen die Mobutu diende. De Pinksterterechtstelling is de enige interne politieke kwestie in de eerste jaren van Mobutu’s beleid die in België protest opwekt. De eerste jaren van Mobutu’s beleid wordt het beleid van de president met lof overladen omdat hij de veiligheid van de Belgen opnieuw garandeert en de Belgische economische activiteiten opnieuw mogelijk gemaakt heeft. De Zaïrese president wordt geprezen als de meest Europese en de verstandigste van alle Kongolezen/Zaïrezen, omdat hij begrepen heeft dat de democratie niet in Kongo/Zaïre werkt en vooral omdat hij luistert naar zijn blanke raadgevers. Mobutu wordt lof toegezwaaid omdat hij het koloniale systeem in ere hersteld heeft : een autoritaire maatschappij en een liberale economie. Kongo wordt door De Standaard en La Libre in die eerste jaren eigenlijk beschouwd als een wingewest van België. De enige momenten waarop Mobutu kritiek oogst in de conservatieve pers, is wanneer hij de nationalisatie aankondigt van de Union Minière en andere industriële maatschappijen. In De Standaard en La Libre wordt dan gewezen op de onontbeerlijke aanwezigheid van de Belgische experts in alle geledingen van de oud-kolonie. Het neokolonialisme viert hoogtij in de berichtgeving.

De tweede grote externe factor die Mobutu’s positie verstevigt is de Koude Oorlog. Mobutu wordt gezien als de man van het Westen en de president weet zich dankzij die reputatie verzekerd van de steun van de kapitalistische landen. Ook de conservatieve kranten roepen om die reden op om Mobutu te steunen. Wanneer de eerste kritiek op Mobutu’s binnenlandse economische en politieke beleid op het einde van de jaren zeventig verschijnt, wordt die kritiek ondergeschikt bevonden aan de strategische belangen van die tijd en genegeerd. Mobutu wordt beschouwd als de enige garantie tegen de chaos. Het is de Vlaamse socialistische krant Vooruit die als eerste de kritiek publiceert en de binnenlandse wandaden van Mobutu aanklaagt. Wanneer de strategische en de economische belangen in Zaïre verminderen komt de kritiek ook meer en meer in de andere kranten opzetten. De Zaïrese binnenlandse situatie komt meer en meer in het nieuws. De chaos in Zaïre is immers niet alleen rampzalig voor de bevolking, maar ook voor de economische activiteit. Toch wordt Mobutu nog erg lang geduld in de pers. Het is pas wanneer de Zaïrese president zichzelf als bron van chaos gaat profileren dat Mobutu zijn krediet volledig verliest in de Belgische pers. Op het ogenblik dat Mobutu zijn laatste steun in de Belgische pers verliest, bij La Libre Belgique, is het strategische belang van Zaïre na de Koude Oorlog tot nihil herleid. Ook de economische belangen in Zaïre zijn praktisch onbestaande geworden.

 

            De banden tussen kranten, belangengroepen en de politieke partijen zijn op sommige ogenblikken erg duidelijk. De socialistische kranten hebben soms echt de functie van doorgeefluik voor de Socialistische Partij. Het verschil in de berichtgeving van de eerste en de tweede Shabacrisis in de socialistische kranten en de opsplitsing van de BSP is hier een illustratie van. De anti-Mobutu-berichtgeving in Vooruit vanaf 1978 is het gevolg van de opsplitsing van de socialistische partij, waardoor de anti-Mobutu-fractie in de SP niet meer tegengehouden wordt door de pro-Mobutu-fractie bij de PS. Later zien we bij de socialistische pers wel kritiek op de socialistische partij, zoals bij het “akkoord van Rabat”, waar De Morgen de “regeringspraat” van de Vlaamse socialisten hekelt.

De banden tussen de economische belangengroepen van de Generale Maatschappij en de Union Minière en La Libre Belgique verschijnen ook vaak aan de oppervlakte. De appreciatie voor het Zaïrese regime is in La Libre Belgique jarenlang gebaseerd geweest op de mate waarin Zaïre de economische samenwerking met België bevorderde of bemoeilijkte.

 

            Het beeld dat in de kranten gecreeërd werd van de persoon Mobutu is in de tweeëndertig jaren van de heerschappij van de “ léopard ” uiteraard ook geëvolueerd. Dit beeld is trouwens nooit eenzijdig geweest. In de eerste jaren na zijn machtsgreep in 1965 had de Zaïrese president de sympathie van de kranten die regelmatig een verslaggever hadden in Kongo/Zaïre, De Standard en La Libre Belgique. De twee socialistische kranten concentreerden zich toen vooral op binnenlandse berichtgeving en beperkten zich tot de informatie die zij verkregen via de persbureau’s. De Kongo-specialisten van de twee conservatieve kranten, Manu Ruys en Jean Kestergat kenden Mobutu reeds van voor de onafhankelijkheid, toen hij als journalist stage in België kwam lopen. Beide journalisten hadden een goede band met de generaal en gaven dit beeld ook weer in hun berichtgeving. Mobutu was de hardwerkende, Europees denkende, energieke jongeling die Zaïre de welvaart zou schenken. Een jonge man die ondanks zijn leeftijd charme te koop had.

In de jaren zeventig, toen de Vlaamse socialistische pers zijn anti-Mobutu-offensief startte, werd de Zaïrese president door hen geportretteerd als een dictator die reeds alle zin voor de werkelijkheid was verloren en stikte in zijn eigenwaan. In de conservatieve pers werden deze commentaren afgedaan als “gauchistische nonsens”, al vond men intussen toen ook al dat Mobutu zijn strategisch belang financiëel nogal sterk wist uit te buiten.

Vanaf de jaren tachtig gaat de reputatie van Mobutu steil naar beneden. De Zaïrese president wordt het symbool van de Afrikaanse leider die zichzelf verrijkt, terwijl zijn land steeds maar dieper in de armoede wegzakt. “Mobutu is in staat met zijn fortuin de volledige Zaïrese staatsschuld af te betalen”, weerklinkt vaak bij zijn criticasters, een groep die alsmaar groter wordt.

In de jaren negenig kent Mobutu nog één moment van glorie, wanneer hij de democratisering van Zaïre aankondigt. Na 24 april 1990 bekwaamt Mobutu zich echter in het vakkundig saboteren van het hervormingsproces. De “ luipaard ” wordt beschouwd als een ongeëvenaard overlever die in politieke sluwheid zijn gelijke niet kent, maar hij wordt eveneens uitgespuwd als een extreme machiavellistische machtswellusteling, die tot alles in staat is om zich aan de macht vast te klampen. Mobutu zal volledig geïsoleerd de politieke scene verlaten. Hij is dan uitgegroeid tot de man van de ontelbare bijnamen, vaak uit de dierenwereld, die allemaal een facet van zijn persoonlijkheid belichten

 

home lijst scripties inhoud vorige volgende