‘All the King’s Men’ Een zoektocht naar de koloniale ideeën van enkele adviseurs en “handlangers” van Leopold II (1853-1892). (Hannes Vanhauwaert) |
home | lijst scripties | inhoud | vorige | volgende |
1. Woord vooraf
“A people without a history is a people without a soul,” zei Christophe Muzungu, de Congolese minister van Cultuur toen hij begin dit jaar plots het standbeeld van Leopold II weer in vol ornaat deed herrijzen in Kinshasa[1]. Het standbeeld verdween algauw, maar de uitspraak bleef hangen in mijn hoofd. Ze ging niet alleen op voor de Congolezen, van wie de materiële behoeften onmiskenbaar groter zijn dan de intellectuele, maar ook voor de Belgische geschiedeniswereld. Tijdens de redactie van de verhandeling zag ik Belgische politici en journalisten geregeld een poging doen om dit netelige stukje verleden een plaats te geven in het verhaal van het kleine en bescheiden België. Steevast gingen ze de mist in door een onhoudbare evenwichtsoefening tussen erkenning en een vorm van schuldverlichting. Leeftijdsgenoten en oudere kennissen, vrienden of familieleden gaven blijk van een grote honger naar kennis en begrip over de gruwelijke gebeurtenissen die vroegere schoolboeken dikwijls deskundig onder de mat hadden geveegd. Het verhaal van Leopold II wordt gevraagd door het publiek, maar de Belgische politici en academici hebben nog steeds moeite om zich uit de vele bochten van schuldverlichting en contextualisering te redden.
Met zicht op de soms heel drukke Tuin der Walque, een klein groen plekje in de Leuvense studentenbuurt, werd de hand gelegd aan het tweede jaar onderzoek en uiteindelijk aan het uitschrijven van de onderzoeksresultaten. Vele bronnen konden niet gebruikt worden door hun gering belang in het verhaal van de personages; andere bronnen of boeken moesten herlezen worden. Het bleek een verhandeling te worden, waaraan men tot in het oneindige kon blijven voort werken: het mogelijke materiaal was oeverloos, maar bevatte slechts zelden een interessante opmerking. Uiteindelijk werd er gesnoeid en getracht over de hiaten heen een leesbare tekst te schrijven, die uitmondde in deze verhandeling.
Zoals het elke bijna ex-student betaamt, moet er ook plaats gemaakt worden voor enkele woorden van dank. Allereerst mijn ouders, van wie de financiële en logistieke steun onontbeerlijk waren voor deze verhandeling en de hele studie op zich. Ik heb dit verhaal bijna enkel in Leuven geschreven, ver weg van het rustieke West-Vlaanderen, waar altijd mogelijkheid was tot het opladen van de batterijen. Daarnaast dank ik Lode Dalewyn voor het deskundig ontmaskeren van de leukemie van Jules Devaux.
Ik dank ook mijn promotor, professor dr. Vincent Viaene, voor de vele raadgevingen, aanwijzingen en ondersteuningen. Professor dr. Gustaaf Janssens bedank ik ook voor het warme onthaal in zijn archief van het Koninklijk Paleis, waar hij tussen een soms hopeloze zoektocht naar een document of map, een telefoongesprek of zijn activiteiten als archivaris, steevast tijd maakte voor een raadgeving of een babbel met de enkele studenten in zijn gezelschap. Mijn collega’s studenten verdienen allemaal een dikke ‘merci’ voor de leuke tijd die we hebben gehad, volgens hen die het kunnen weten de beste tijd van ons leven. Enkelen verdienen om met naam en toenaam vernoemd te worden: Thijs Ostyn, van wie ik al de vriendschap genoot voor we de studies geschiedenis begonnen, Mathieu Magherman en Sabine Daenens voor de vele leuke en minder leuke momenten tijdens onze studies, mijn broeder onder de Congolese wapens Jan Robrouck en Isabel Vandenbulcke voor haar kennis van het Frans en de vele andere steun en vriendschap die we in de Arnould Nobelstraat aan elkaar hebben te danken.
Mijn grootste erkentelijkheid gaat uit naar Evelien, die al meer dan drie jaar mijn leven opfleurt als ze alweer eens haar tanden bloot lacht. Om meteen met een cliché in huis te vallen: zonder deze muze zou deze thesis niet geschreven kunnen worden, en dat om zeer veel meer dan haar enorme logistieke, filologische en culinaire slagkracht. Met gevoel voor precisie verbeterde ze geduldig deze tekst. Haar ouders stelden me vaak ook een computer ter beschikking, en trakteerden me bovendien op veel meer dan ‘Kaffee und Kuchen.’
home | lijst scripties | inhoud | vorige | volgende |
[1] “DR Congo re-erects Belgian statue.” BBC News UK Edition. (3/2/2005).
(http://news.bbc.co.uk/1/hi/world/africa/4232065.stm)