Het Klooster van Boudelo 1700-1800 (Yves Beaurain)

 

home lijst scripties inhoud vorige volgende  

 

3.  ACHTERGROND POPP-KAARTEN

 

Philippe-Christian Popp werd in 1805 geboren te Utrecht en zou in 1879 sterven te Brugge[1]. Na de dood van zijn vader verhuisde zijn moeder in 1818 samen met de andere kinderen naar de Zuidelijke Nederlanden. Hij werd bediende bij het kadaster te Mons en huwde in 1827 met Caroline Boussart. Enkele jaren later was hij in Brugge controleur bij het kadaster. Tijdens de gebeurtenissen van 1830 koos Popp de kant van België en in 1831 verkreeg hij zijn naturalisatie. Popp engageerde zich in de politiek en stichtte in 1837 te Brugge het liberale dagblad Le Journal de Bruges. Hij bleef zich niettemin interesseren voor het kadaster en de belangrijkste verwezenlijking van Popp zou dan ook de commercialisering van de kadasterplannen worden. Vanaf 1842 begon hij met de uitgave van zijn Atlas cadastral parcellaire de la Belgique[2], een werk dat bij zijn dood in 1879 nog niet voltooid was. Dat had als gevolg dat niet alle kadasterplans werden gepubliceerd. De plans en leggers van de gemeentes van het arrondissement Antwerpen en van de provincies Namen, Luxemburg en Limburg zijn niet uitgegeven[3]. Van de provincies Brabant, Henegouwen, Luik, Oost-Vlaanderen en West-Vlaanderen echter zijn nagenoeg alle plans samen met de leggers uitgegeven. De kaarten werden uitgegeven op schaal 1/7500, maar later ook op 1/5000 en soms op 1/2500. De kaarten van Popp hebben één groot nadeel : ze zijn niet gedateerd. Er zijn echter een aantal methodes om de ontstaansdata van de kaarten te achterhalen[4]. Via deze methodes kan men achterhalen dat de kaarten met betrekking tot Oost-Vlaanderen, degene die wij in deze verhandeling gebruiken, zijn uitgegeven in de periode 1858-1862[5].

We maken nog een opmerking in verband met de leggers die bij de kaarten horen. In de leggers wordt nog de naam gebruikt van de oude oppervlaktemaat ‘bunder’. Met ‘bunder’ wordt eigenlijk hectare bedoeld. Het gebruik van oude benamingen was niet uitzonderlijk. Het kwam bijvoorbeeld ook voor bij het opmaken van het eigenlijke kadaster (waarop Popp zich heeft gebaseerd). Het gebruik van de oude benamingen moest het voor de bevolking gemakkelijker maken om de nieuwe oppervlaktematen toe te passen[6].

 

 

home lijst scripties inhoud vorige volgende  


[1] F. VAN ORTROY, “POPP”, in : Biographie Nationale, tome 18, Bruxelles, L’ Académie Royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-arts de Belgique, 1904, kol. 38-42 en J. HANNES, “De Atlas cadastral parcellaire de la Belgique van P.-C. Popp. Zijn betekenis voor de historische geografie der gemeenten”, in : Gemeentekrediet van België. Driemaandelijks tijdschrift, Brussel, Gemeentekrediet van België, 1967, pp.137-138.

[2] Volledige titel : Atlas cadastral parcellaire de la Belgique, publié avec l’ autorisation du gouvernement, sous les auspices de M. le ministre des Finances par P.-C. Popp, ancien contrôleur du Cadastre, ingénieur géographe, Bruges, Etablissement lithographique et typographique de P.-C. Popp, in : J. HANNES, art. cit., p. 146.

[3] E. THOEN, “Cartografie en historisch onderzoek”, in : J. ART, Hoe schrijf ik de geschiedenis van mijn gemeente?, deel IIIb : hulpwetenschappen, Gent, Stichting Mens en Cultuur, 1996, p. 162.

[4] J. HANNES, art. cit., p. 138.

[5] E. THOEN, art. cit., p. 162.

[6] J. VERHELST, De documenten uit de ontstaansperiode van het modern kadaster en van de grondbelasting (1790-1835), Brussel, Algemeen Rijksarchief, 1982, p. 63.