De bal bleef rollen. Ajax binnen voetballend Amsterdam tijdens de Tweede Wereldoorlog. (Susan Smit) |
home | lijst scripties | inhoud | vorige | volgende |
Voorwoord.
Bij de totstandkoming van deze doctoraalscriptie is een aantal mensen mij behulpzaam geweest. In de eerste plaats wil ik mijn scriptiebegeleider, de heer Wichert ten Have, bedanken. Ondanks zijn eigen drukke werkzaamheden wist hij altijd wel een gaatje in zijn agenda te vinden om een afspraak te maken. Zijn vele adviezen en kritische kanttekeningen bij eerdere versies van het onderzoek hebben mij behoed voor een te 'gedenkboekachtig' resultaat. Daarnaast bedank ik de heer Piet de Rooy, de tweede lezer van de scriptie en tevens mijn tweede examinator, voor zijn tijd.
In de 'Ajax-hoek' zijn meerdere mensen aan wie ik dank ben verschuldigd. Ajax-kenner Evert Vermeer bedank ik voor het beschikbaar stellen van een drietal sporttijdschriften uit de jaren 1939-1946 en een aantal jaargangen van het Ajax Nieuws. De archivaris van Ajax, de heer Schoevaart, ben ik erkentelijk voor het uitspitten van het Ajax-archief naar relevante gegevens uit de oorlogsperiode. Zijn kleine rondleiding door de Amsterdam-Arena was een leuke bijkomstigheid hierbij.
Mijn dank gaat verder uit naar twee oudspelers van Ajax, de heren Gé van Dijk en Rob Been. De eerste speelde van 1942 tot 1957 in het eerste elftal van Ajax en de tweede was tijdens en na de Tweede Wereldoorlog actief in de Ajax-jeugd. Hun mondelinge getuigenissen verlevendigden bepaalde bronnen en gaven het extra betekenis.
Vervolgens wil ik de betrokken medewerkers van een aantal overheidsinstituten dank zeggen. Van het Gemeentearchief van Amsterdam was dit met name Jeroen van Os. Dankzij zijn inzet was het mogelijk om inzage te doen in de jaarverslagen van Ajax uit de periode 1940-1946. In het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie heeft vooral Eric Somers mij in de eerste fase van het onderzoek goed op weg geholpen, waarvoor dank.
Vervolgens bedank ik de medewerkers van de Nationale Sportbibliotheek te Den Haag en van het Nationale Sportmuseum te Lelystad voor hun dienstverlening. Hierbij behoort ook de heer Schelling van het district West II van de KNVB, die zo gastvrij was mij toegang te verlenen tot het KNVB-archief.
Tenslotte ben ik dank verschuldigd aan Matthé Jong en Carola Beers voor de verdraagzaamheid jegens hun afstuderende huisgenote. Ook mijn ouders wil ik bedanken voor hun stimulerende kijk op het leven en hun onvoorwaardelijke steun en geloof tijdens mijn studie.
Amsterdam, juli 1997.
home | lijst scripties | inhoud | vorige | volgende |