"Mon Oncle" Jacques Tati. (Dries Theuwissen) |
home | lijst scripties | inhoud | vorige | volgende |
A. Beschrijving generiek Mon Oncle (1958, 120 min.)
De generiek is visueel in de film geïntegreerd. De eigenlijke generiek wordt voorafgegaan door een tussentitel: ‘Société nouvelle des établissements Gaumont’. Na een zwart scherm zien we de borden verschijnen, gesitueerd op een bouwterrein waar men aan het werken is. Deze borden bevatten de gegevens van de generiek. De camera gaat van boven naar onder. In de rechterhoek zien we de bouwvakkers in blauwe overalls bezig met klophamers, waarvan we het lawaai gedurende de generiek horen.
1. Beschrijving van de panelen: verloop van de generiek
Productie: Specta-Gray-Alter films
Afgevaardigd producent: Louis Dolivet
Co-Producent: Alain Terrouanne
Frans-Italiaanse productie: Film del Centaure et Cady Films
Hoofd fotografie: Jean Bourgoin
Geluid: Jacques Carrière
Camera: Paul Rodier, m.m.v. Claude Leconte
Decor: Henri Schmitt, m.m.v. de Eugène Roman
Muziek: Alain Romans, Franck Barcellini
Technisch adviseur: Fred Orain
Bewerking muziek:Suzanne Baron
Nasynchronisatie: R. Dechanseau
Assistent-realisatie:Henri Marquet, Pierre Étaix
Vertolkers: Jean-Pierre Zola, Adrienne Servantie, Lucien Frégis, Betty Schneider, J.-F. Martial, Dominique Marie, Yvonne Arnaud, Adélaïde Danieli, de kleine Alain Bécourt, en Régis Fontenay, Claude Badolle, Max Martel, Nicolas Bataille
Kleding: Jacques Cottin
Fotografie: André Dino
Make-up: Boris de Banow
Kleedster: Renée Rouzot
Script-Girl: Sylvette Baudrot
Secretariaat: Juliette Wuidart
Laboratoires L.T.C. Franay
Studio La Victorine
Hoofd Productie: Bernard Maurice
Administratie: René Silvera
Artistiek medewerker: Jacques Lagrange, m.m.v. Jean Lhote
Een film van: Jacques Tati.
Na een overgang naar zwart verschijnt de titel van de film, met krijt geschreven op een muur uit de oude wijk (einde van de generiek).
2. Precisering van de rollenverdeling: wie is wie?
Acteur |
In de rol van: |
Jean-Pierre Zola |
Mr. Arpel |
Adrienne Servantie |
Mevr. Arpel |
Betty Schneider |
Dochter van de huisbazin |
Lucien Frégis |
Pichard |
J.-F. Martial |
Walter |
Domique Marie |
De buurvrouw |
Yvonne Arnaud |
Georgette,dienster bij Arpel |
Adélaïde Danieli |
Mevr. Pichard |
Alain Bécourt |
Gérard |
Régis Fontenay |
Bretellenhandelaar |
Claude Badolle |
Voddenraper |
Max Martel |
Dronkaard |
Nicolas Bataille |
Arbeider |
Namen die niet in de generiek voorkomen:
Acteur |
In de rol van: |
Dominique Derly |
Gehaaste secretaresse |
André Dino |
Praatzieke straatveger |
Pierre Étaix |
Jonge postbode en bezorger |
Francomme |
De gevelschilder |
Michel Goyot |
Autohandelaar |
Le clown Loriot |
Kleine tuinman |
Mancini |
Italiaanse groentehandelaar |
Denise Péronne |
Juffr. Grenier |
Jean Rémoleux |
Klant bij de Plastac-fabriek |
Claire Rocca |
Mevr. Dubreuil, vriendin van Mevr. Arpel |
En verder:
I. Suzanne Franck ; Marguerite Grillères ; René Lord ; Jean Meyet ; Nicole Regnault.
II. De decors zijn gemaakt in de studios La Victorine te Nice;
III. De buitenopnamen vonden plaats te Créteil en in het oude Saint-Maur, voornamelijk rond de Place d'Armes.
1. Per sequentie
Sequentie 1
Generiek (1 min 2 sec)
Borden op een werkplaats tonen op eenvoudige en sobere wijze de gegevens van de generiek.
Geluid van boorhamers
Overgang naar zwart
Sequentie 2
Proloog. De tocht van de hondjes (1 min 49 sec)
Overgang van het beeld uit zwart
In de vroege morgen loopt een enthousiaste bende hondjes langs de vuilnisbakken. Ze lopen van het oude centrum naar de nieuwe wijk.
Vrolijk huppelende muziek
Sequentie 3
Een gewone morgen bij het gezin Arpel (3 min 7 sec)
De kleine teckel uit de hondenbende glipt onder het hek door. De rest van het groepje blijft aan de poort staan. Op de dorpel van het vierkante, blokvormige huis staat de fiere meneer Arpel zich klaar te maken voor het vertrek. Zijn vrouw, die huisvrouw is, draait rond hem. Haar voetstappen klakken door de stilte. Hun zoon Gérard stapt in de auto van zijn vader, terwijl mevrouw Arpel alles oppoetst wat haar onder de handen komt. Zij wuift hen uit met de stofdoek.
Sequentie 4
Onderweg met de auto (1 min 18 sec)
De auto’s rijden allen netjes achter elkaar over de weg die met pijlen is aangeduid. Gérard wordt aan zijn school afgezet. Meneer Arpel volgt nauwgezet en vlekkeloos de weg naar zijn fabriek, waar hij de wagen op zijn gereserveerde plaats parkeert.
Jazzmuziek
Sequentie 5
Bij meneer Hulot in de oude wijk (7 min 22 sec)
De straatveger doet een interessante ontdekking in de vuilnisbakken van Plastac, de fabriek van meneer Arpel. Hij rijdt met een karretje naar het oude centrum. Op het plein is er een markt bezig en de handelaars prijzen er luidkeels hun waren aan. Hulot komt nu voor de eerste maal in beeld: hij is een opgehangen krant aan het lezen die dient om vleewaren in te verpakken. Het dochtertje van de conciërge stoot twee tomaten van de tafel, maar het is Hulot die vermaand wordt. Onder tafel zien we de roofvis die uit de tas van Hulot steekt. De hond van de marktkramer zit ook onder het tafeltje en begint op de vis te grommen. Hulot stapt zijn huis binnen en komt via allerlei omweggetjes op zijn appartement terecht. Maar bijna boven aangekomen, gaat hij weer volgens hetzelfde parcours naar beneden. Als hij buitengaat, krijgt hij plakkerige snoep van de dochter van de conciërge. Op straat wordt hij nog even opgehouden door de straatveger. Hij kan zich van hem losmaken en hij wandelt via het half afgebroken muurtje in de richting van het nieuwe kwartier.
Sequentie 6
De school is uit (4 min 10 sec)
Aan de uitgang van de school houdt een groepje jongens zich bezig met lawaai maken en kwajongensstreken: ze trappen op bumpers van stilstaande auto’s zodat de chauffeurs denken dat ze aangereden zijn. Hulot, die zijn neefje ziet, wenkt hem met zijn paraplu, waardoor hij een echte botsing veroorzaakt. De vrouw in de auto denkt dat het weer een kwajongensstreek is en maakt zich niet druk.
Sequentie 7
Mevrouw Arpel krijgt bezoek van een vriendin (3 min 7 sec)
De dame met de gedeukte Dauphine belt aan aan de poort van mevrouw Arpel. Deze zet prompt de waterspuitende vis aan, die in het midden van een vijvertje staat. Ze lopen over de slingerende paadjes naar elkaar toe. Intussen komen Gérard en Hulot aan. Hulot, die weet dat er bezoek is (omdat de visfontein aan staat) gaat niet helemaal binnen. Gérard is niet erg beleefd tegen de vriendin van zijn moeder. Wanneer de vriendin vertrekt, raapt mevrouw Arpel een eenzaam blad van het wandelpad. Als de vriendin de poort uit is, wordt de vis afgezet.
Overgang naar zwart
Sequentie 8
Begin van een gewone avond bij de familie Arpel (1 min 23 sec)
Het is nacht. Meneer Arpel komt terug van het werk. Als hij aanbelt, zet zijn vrouw de fontein aan maar hij roept haar van achter het hek. Mevrouw Arpel is blij: Gérard is hard aan het werk. Ze gaan op de tippen van hun tenen kijken naar hun spruit die zich in zijn boek verdiept heeft. In werkelijkheid is hij op de kaft van zijn fysicaboek aan het tekenen.
Als ze voor de lichtende televisie zitten, kijken ze naar hun vaste programma: “A vous de réfléchir” met professor Platov.
Overgang naar zwart (einde van dag 1)
Sequentie 9
Een ochtend in de oude stad (2 min 30)
De kinderen vertrekken naar school. Hulot hangt de was uit aan zijn appartementje, terwijl de italiaanse groentenboer ruzie maakt met een vrouw. Twee mannen (een arbeider en een man met een hoed) kunnen gauw het geschil regelen: de weegschaal stond niet in evenwicht omdat de vrachtwagen waar hij op stond een lekke band had en dus scheef stond. Hulot vertrekt met zijn Solex. De jonge postbode biedt de dochter van de conciërge een plaatsje aan op zijn fiets.
Vrolijke muziek
Sequentie 10
Meneer Arpel verzoekt zijn baas om werk voor zijn schoonbroer (2 min 36 sec)
In het grote kale en koude bureau van de algemeen-directeur van Plastac telefoneert meneer Arpel naar zijn schoonbroer om hem te vragen zich aan te dienen bij de personeelsdienst. Er klinkt muziek door de telefoon: Hulot zit immers in zijn vaste café in Saint-Maur waar er een vrolijk sfeertje hangt. Er is enige verwarring aan beide zijden van de telefoon, ook omdat Hulot vertrokken is zonder de telefoon op te hangen.
Sequentie 11
Hulot wordt onterecht van een kwajongensstreek verdacht (3 min 49 sec)
Hulot, achtervolgd door een groepje honden, verschijnt met zij Solex op de plaats van de afspraak. Hij trapt zonder het te weten in natte pleisterkalk en laat witte voetstappen achter in het bureau van Mlle Grenier, de personeelschef. Hij wil een kiezelsteentje uit zijn schoen halen, dus doet hij die uit en zet hem op het bureau van de chef (die nog in de ruimte erlangs zit). Wanneer de personeelschef terugkomt en de stappen ziet, wijst ze hem droogjes de deur met woorden: “voor het ogenblik hebben we geen circusartiesten nodig.”
Sequentie 12
Komen en gaan: crisis bijde familie Arpel (8 min 30 sec)
De excentrieke en snobistische buurvrouw van de Arpels brengt de voetbal van Gérard terug die bij haar over de omheining terecht was gekomen. Mevrouw Arpel nodigt haar uit. Gemaaktheid. De buurbrouw beklaagt zich over het alleen zijn in haar grote huis. Meneer Arpel verneemt de fratsen van zijn broer via de telefoon. De sfeer bij de maaltijd is droevig.
Hulot duikt onverwacht op. Hij heeft cadeautjes bij voor Gérard: een trekpopje en een fluitje. Gérard speelt hier lievr mee dan met de electrische trein die hij van zijn vader heeft gekreegen. Meneer Arpel is teneergeslagen. Intussen begeeft Hulot zich naar de moderne keuken van de Arpels, waar hij problemen krijgt met alle apparaten en materialen. Zijn speelsheid heeft slechts scherven tot gevolg.
Hij gaat wandelen met Gérard. Charles Arpel blijft droevig achter en roert luid met zijn lepeltje in zijn tas koffie.
Sequentie 13
Gérard op strooptocht met zijn oom (4 min 49)
Gérard en zijn oom rijden naar het oude St-Maur. Hulot rijdt met zijn Solex door een plas waar kinderen aan het spelen waren. De kruidenier krijgt de volle laag en Hulot excuseert zich terwijl de kinderen er vanonder muizen, gevolgd door Gérard. Ze klimmen over een omheining naar een verhoogd, braakliggend terrein waar ze vrij kunnen spelen. Er staat ook een beignetverkoper en vooral een soort uitkijkpost van waaruit ze de straat kunnen zien. Ze leiden voorbijgangers af door te fluiten en wanneer de wandelaar omkijkt en daarna tegen de paal loopt, heeft de fluiter gewonnen (ze spelen voor geld). Hulot, die zijn neefje zoekt, zet ongewild ook een dame op het verkeerde spoor en wordt door haar de mantel uitgeveegd.
Overgang naar zwart
Sequentie 14
De Arpels zijn boos op Hulot (3 min 59)
De Arpels wachten angstig op Gérard. Wanneer Hulot hem helemaal vuil terugbrengt, wordt Gérard door zijn moeder onder handen genomen terwijl een kwade Charles Arpel een monoloog afsteekt. Hulot luister en pakt zijn biezen. Intussen maakt mevrouw Arpel zorgvuldig een eitje klaar voor Gérard, die intussen geen honger meer heeft. Daarna vertelt ze haar man dat ze vindt dat Hulot een vrouw ontbreekt. De buurvrouw is volgens haar de aangwezen persoon. Ze gaan alletwee naar de bovenste verdieping van het huis om over de muur naar de buurvrouw te kijken. Zij is net fanatiek bezig het gras van haar miniscule gazonnetje af te rijden met een zitmaaier met pedalen. Gérard, verzadigd door de excessen van in de namdiddag, zit stilletjes te hikken voor zijn medisch verantwoord eitje.
Overgang naar zwart (einde van dag 2)
Sequentie 15
Zondagmorgen in de oude wijk (6 min)
Een accordeon speelt
Op de zondagmarkt en elders zijn de mensen bezig met wat ze gewoonlijk op een zondag doen.Een straatventer probeert bretellen te verkopen aan een politieagent; een grootmoeder stelt de jurk van haar kleindochter bij; de italiaanse handelaar laadt kisten met groenten op zijn vrachtwagen.
Beneden, aan de uitgang van het huis van Hulot, zit de conciërge een kip te plukken. De jonge postbode komt voorbij en doet het gekakel na, waardoor de vrouw zich verschrikt. Hulot vertrekt en komt een buurman tegen die gaat vissen met zijn hond.
Café “Chez Margot” is de centrale ontmoetingsplaats van de mannen. Hulot en de anderen verdwijnen in het café, komen dan weer buiten om vervolgens weer binnen te gaan, meegetrokken door nieuwkomers: ‘eentje maar’.
Sequentie 16
Het tuinfeest bij de familie Arpel (20 min 6 sec)
Meneer en mevrouw Arpel maken zich op om enkele vrienden te ontvangen op hun tuinfeest. De genodigden komen aan: eerst de snobistische buurvrouw (die eerst door meneer Arpel van ver door haar kleding wordt gezien als een tapijthandelaar); dan Pichard en Walter (werkrelaties van Charles) vergezeld van hun vrouwen; Meneer Hulot komt pas als laatste aan. Gérard begon zich al te vervelen. Er vormen zich kleine groepjes: Gérard en zijn oom (breken per ongeluk een tak af); de vrouwen die een ‘tour de maison’ krijgen en meneer Arpel en zijn medewerkers. Uiteindelijk gaan ze allen samen zitten in het ‘salonhoekje’ in de tuin. Ze raken er via een pad van tegels in het gras dat zeer precies wordt gevolgd, allen op een rijtje. Hulot kan het beter vinden met de vrouw van Pichard dan met de buurvrouw, die gechoqueerd is door zijn verhaal. Vervolgens doorboort hij de waterleiding van de fontein met een bekerhouder. Pichard stalt meteen voor het euvel te herstellen. Men verplaatst de tafel en stoelen en draagt ze de hele tuin rond om uiteindelijk toch weer op dezelfde plaats te belanden. Uiteindelijk raakt de visfontein toch hersteld. Het is op dat moment dat een vriendin van de buurvrouw aankomt in een ruiterpak en met een zwarte hond, die ontsnapt. Iedereen loopt achter het beestje aan, dwars door de tuin. In verwarring doet Hulot de halsband van de hond om de hals van de buurvrouw, die hier uiteraard niet mee opgezet is.
Dit vormt een breuk op de ‘garden party’. Iedereen grijpt het gebeuren aan om te vertrekken. De automatische deur slaat dicht na de laatste bezoeker.
Overgang naar zwart
Sequence 17
Geheime terugkeer van Hulot naar de Arpels (1 min 48 sec)
Hulot keert ‘s nachts terug met een snoeimes om de fout die hij die namiddag gemaakt had (tak afgebroken) te herstellen. Enkel de twee patrijspoorten op de eerste verdieping zijn verlicht. In de verte blaft een hond en de hoofden van de Arpels verschijnen achter de vensters: zo lijken ze wel twee grote, open ogen die de buurt rondspeuren. Om buiten te raken, moet hij de poort uit haar hengsels heffen.
Overgang naar zwart (einde van dag 3)
Sequentie 18
Mevrouw Arpel bereidt een verrassing voor haar man voor (57 sec)
De volgende morgen doet mevrouw Arpel in huishoudtenue de poort open (ze hangt een beetje scheef). Er komen twee arbeiders aan met een ladder, maar mevrouw Arpel doet hen teken zich te verstoppen: Charles Arpel vertrekt zonder dat hij de mannen ziet. Ze komen een electrische poort installeren. Het is een huwelijksverjaardagscadeau en moet volledig werken tegen dat Charles thuiskomt van zijn werk.
Sequentie 19
Bijzondere gebeurtenissen in de Plastac-fabriek (11 min 42)
Mr. Arpel komt aan bij zijn fabriek. Zijn gereserveerde parkeerplaats is bezet door de Solex van Hulot. De teckel van de Arpels vergezelt Charles en is voor de werknemers een alarmsignaal dat Charles Arpel dicht in de buurt is: tegen de tijd dat hij voorbijkomt, is iedereen druk aan het werk. Wanneer de teckel bij Hulot komt, begint deze met de hond te spelen. Wanneer Charles Arpel de hoek omkomt ziet hij Hulot languit in de gang op de grond liggen. Voor hem bevestigt dit het beeld dat hij van zijn schoonbroer heeft.
Vervolgens ontvangt Arpel een belangrijke klant, voorafgegaan door een trippelende secretaresse (alsof ze door haar smalle rok gehinderd wordt). Maar hij laat de klant door Pichard rondleiden in de fabriek: zelf heeft hij iets anders aan het hoofd. Hij verwacht namelijk de levering van zijn nieuwe auto (in groen en zacht paars).
Hulot, die zijn werk hervat heeft, wordt slaperig van het ritme van de puffende machine. Plotseling raakt machine in de problemen, zodat er niet langer een rode slang uitkomt, maar dat het lijkt alsof er een lange sliert worsten uitkomt. Hulot is radeloos, want de situatie gaat compleet de verkeerde kant uit. Zijn collega’s snellen hem te hulp om de foute slang af te voeren. Maar Charles Arpel komt er via Pichard toch achter en roept Hulot op het matje. Wanneer de dag is afgelopen, rijdt Charles Arpel aan het stuur van zijn nieuwe wagen naar huis. Tegelijkertijd rijdt Hulot met de kar samen met twee arbeiders rond om zich van de mislukte slang te ontdoen.
Sequentie 20
Iedereen gaat terug naar zijn eigen leefwereld (31 sec)
Hulot komt langs de school van Gérard en neemt hem mee. Op dit moment rijdt Charles Arpel in de stroom auto’s over de met pijlen aangeduide weg.
Sequentie 21
Bij de Arpels: verjaardagscadeaus en het electrische oog (3 min 38 sec)
Mevrouw Arpel, gekleed in uitgangskledij, wacht haar man op om hem te verrassen. Hij is helemaal in de wolken met de nieuwe poort en zij is weg van de nieuwe wagen. Ze rijden beiden de garage in, maar wanneer de kleine teckel, met geheven staart, voor het electrisch oog doorloopt, slaat de poort toe en zitten ze opgesloten in de garage. Ze roepen hun hond (Dackie) om hem terug door de straal te laten lopen, maar nu houdt hij zijn staart omlaag: ze blijven gevangen. Dus roepen ze Georgette, de dienster, maar die is intussen zo bang geworden van al wat electrisch is, dat ze niet door de straal durft te lopen. Met de moed der wanhoop werpt ze zich door de straal, alsof ze zich voor de leeuwen werpt. De poort gaat open.
Sequentie 22
Vervolg van de mislukte slang uit de fabriek: hoe ze kwijt te raken (3 min 7 sec)
Deckie, de teckel, ontsnapt uit de villa van de Arpels en vervoegt Hulot met zijn twee werkmakkers die op zoek zijn naar een plaats om de slang te dumpen. Een vrijend paartje dwarsboomt hun plannen en ze moeten hun tocht verder zetten.
Overgang naar zwart
Wanneer ze het ‘s nachts van een brug gooien, meent een man beneden dat er iemand in het water is gevallen en hij springt in het water. Wanneer hij merkt dat het slechts een plastieken slang is, voelt hij zich beetgenomen en volgt de kar tot voor café ‘Chez Margot’, waar een ruzie ontstaat en Hulot bijna per ongeluk een onschuldige caféganger raakt. Ze gaan allemaal naar binnen om de zaak te regelen. Gérard amuseert zich met het paard.
Sequentie 23
Einde van de avond: de Arpels en Hulot komen samen (1 min 33 sec)
De avond van de Arpels en die van Hulot wordt afwisselend getoond. Wanneer ze het restaurant ‘Ringston’ verlaten en wegrijden met de auto, verlaten Hulot en zijn maten het café en rijden zingend weg met de kar. Zij komen voorbij de nachtclub waar de Arpels naar een violist aan het luisteren zijn. De kar met paard verdwijnt zingend in de nacht en. Hulot en Gérard worden afgezet bij de villa van de Arpels.
Snelle fade out
Sequentie 24
‘Il faut qu’il parte!’ (3 min 23)
De Arpels komen ‘s nachts terug thuis. De koplampen van hun wagen verlichten de door Hulot bijgesnoeide beplanting. In de salon vinden ze Hulot slapend op de designsofa die hij, om beter te liggen, op zijn kant heeft gezet. De kamer ligt er rommelig bij. De maat is vol voor Charles, zijn vrouw verwijt hem jaloers te zijn. ‘Hij moet vertrekken!’, roept hij beslist. Ze gaan samen naar boven.
Overgang naar zwart (einde van dag 4)
Sequentie 25
Communicatieproblemen bij de Arpels (2 min 5 sec)
De volgende morgen stort mevrouw Arpel zich op haar huishouden: Hulot is vertrokken en heeft een spoor van wanorde achtergelaten. Een gelukkige Gérard roept zijn moeder. Maar hij vindt niets anders dan een volautomatische stofzuiger. In een ander vertrek zijn de Arpels met elkaar aan het praten, maar we verstaan niets door het lawaai van de huishoudapparaten.
Uiteindelijk loopt een ongedurige Charles naar zijn wagen en vertrekt met Gérard.
Sequentie 26
Afscheid van Hulot in de oude wijk (4 min 15 sec)
Ze gaan met de nieuwe wagen Hulot halen in het oude kwartier. Hulot vertrekt, sluit zijn deur en geeft de sleutel aan de conciërge in plaats van hem in de dakgoot te leggen. Beneden heeft Charles Arpel alle moeite om zijn wagen te parkeren, geholpen door een oude man. Een schilder stelt voor om een beetje rood op de wagen aan te brengen. De conciërge ziet hem met spijt in het hart gaan, ook haar dochter (intussen omgetoverd tot kokette jongedame) en roept een gemaakt ‘jammer!’.
In de auto, als ze naar het vliegveld rijden, probeert Hulot met zijn lucifers zijn pijp aan te steken, maar dat lukt niet met het openstaande venster. Charles geeft hem de sigarettenaansteker van de wagen, die Hulot ook uit het venster smijt, als was het een lucifer.
Sequentie 27
Hulot vertrekt en Gérard vindt opnieuw zijn vader (2 min 31)
De auto’s draaien rond voor de luchthaven, een beetje zoals een groep gedresseerde paarden. Hulot loopt het gebouw binnen, maar niet zonder eerst een danspasje te placeren, uitgelokt door een groepje vrolijke toeristen. Charles Arpel fluit naar zijn schoonbroer, maar iemand anders draait zich om en loopt vervolgens tegen een paal. Charles verstopt zich snel achter zijn auto, samen met een lachende Gérard die stilletjes vaders hand vastneemt.
De auto verlaat de luchthaven en rijdt over het parcours met de pijltjes terug. Een groep honden loopt de straat in. We volgen er twee net op het moment dat we het vliegtuig van Hulot horen opstijgen.
Sequentie 28
Epiloog. De laatste wandeling vande hondenbende (57 sec)
De groep honden, waar zich de Teckel van de Arpels heeft bijgevoegd, verlaat het nieuwe kwartier om terug te keren naar het oude centrum van Saint Maur. Onderweg wordt er veel gestopt voor een plasje. Ze komen uiteindelijk aan op het lege marktplein. Er staan drie schijnbaar verleten, lege karren. Het plein is gezien als vanuit een venster, waarvan het doorzichtige gordijn langzaam dichtgaat, licht bewogen door de wind.
De muziek zwelt aan, gespeeld op accordeon.
Laatste overgang naar zwart.
2. Schematisch
Sequentie |
Duur |
Plaats van handeling |
Moment van de dag |
Handeling |
1 |
1'02" |
Bouwwerf |
werkdag |
Generiek |
2 |
1'49" |
Oude wijk - Nieuwe wijk |
vroege ochtend |
de hondjes op stap |
3 |
3'07" |
Huis Arpels |
Ochtend vlak voor vertrek |
Een gewone ochtend bij de Arpels |
4 |
1'18" |
Onderweg met de auto |
Ochtend vlak voor vertrek |
Met de auto op straat |
5 |
7'22" |
Uitgangvan de school |
Voormiddag (// met 3) |
ochtend in het oude stadsgedeelte |
6 |
4'10" |
Oude wijk |
Einde van de ochtend |
De school is uit |
7 |
3'07" |
Huis Arpels |
Late namiddag |
Bezoek bij Mme Arpel |
8 |
1'23" |
Huis Arpels |
Avond en nacht |
Einde van de avond bij de Arpels |
9 |
2'30" |
Oude wijk |
Voormiddag |
Hulot loopt rond in zijn wijk |
10 |
2'35" |
Plastac - Bureau directeur |
Voormiddag (// met 9) |
Meneer Arpel polst naar een vacature voor zijn schoonbroer |
11 |
3'49" |
Plastac - Bureau personeelschef |
Voormiddag |
Hulot wordt onrechtmatig beschuldigd van een kwajongensstreek |
12 |
8'30" |
Huis Arpels |
Middaguur |
Komen en gaan - een crisis bij de Arpels |
13 |
4'49" |
Oude wijk en speelterrein |
Namiddag |
Gérard op stap met zijn oom |
14 |
3'59" |
Huis Arpels |
Einde van de dag |
Meneer en mevrouw Arpel maken zich kwaad op Hulot |
15 |
6'00" |
Oude wijk |
Zondagmorgen |
vrolijke zondagmorgen in het oude kwartier met Hulot |
16 |
20'06" |
Huis Arpels |
Zondagnamiddag |
Garden Party in de tuin van de Arpels |
17 |
1'48" |
Huis Arpels |
Zondagavond; -nacht |
Hulot komt stiekem zijn fout (tak gebroken van symetrisch boompje) camoufleren |
18 |
57" |
Huis Arpels |
Maandagmorgen voor het werk |
Mevrouw Arpel bereidt de verrassing voor n.a.v. hun huwelijksverjaardag |
19 |
11'42" |
Plastac fabriek |
Voormiddag |
Chaos in de Plastac-fabriek |
20 |
31" |
verplaatsingen |
naar middag toe |
Verplaatsing met de auto en de kar |
21 |
3'38" |
Huis Arpels |
voormiddag voor de lunch |
De Arpels zitten opgesloten in de garage |
22 |
3'07" |
Oude wijk |
namiddag; -nacht |
Hoe kunnen we van de mislukte plastieken slangen afraken? |
23 |
1'33" |
Auto Arpels / Kar Hulot / nachtclub |
Nacht |
Afwisselend: de vierende Arpels - Hulot en zijn kliek |
24 |
3'23" |
Huis Arpels |
Nacht |
Mr. Arpel maakt zich bij zijn thuiskomst kwaad op zijn schoonbroer |
25 |
2'05" |
Huis Arpels |
De volgende ochtend |
Stroeve ochtend ten huize Arpel |
26 |
4'15" |
Oude wijk |
vroege voormiddag |
Hulot neemt afscheid van de oude wijk |
27 |
2'31" |
Parking luchthaven |
vervolg voormiddag |
Hulot vertrekt - Gerard verzoent zich met zijn vader |
28 |
57" |
Nieuwe wijk – Oude wijk |
vlak na het middageten |
de hondjes gaan voor de laatste keer op stap |
C. Exhaustieve filmografie en behaalde onderscheidingen van Jacques Tati
1. Filmografie
Jaar |
Titel |
Functie |
Type |
1932 |
Oscar, champion de tennis |
Scenarist, acteur |
Kortfilm |
1934 |
On demande une brute (Ch.Barrois) |
Co-Scenarist, acteur |
Kortfilm |
1935 |
Gai Dimanche (J. Berry) |
Co-Scenarist, acteur |
Kortfilm |
1936 |
Soigne ton gauche (R. Clement) |
Acteur |
Kortfilm |
1938 |
Retour à la terre |
Scenarist, acteur |
Kortfilm |
1945 |
Sylvie et le fantôme (C.Autant-Lara) |
Acteur |
Kortfilm |
1946 |
Le diable au corps (C. Autant-Lara) |
Acteur |
Kortfilm |
1947 |
L’Ecole des facteurs |
Regisseur, scenarist, acteur |
Kortfilm |
1949 |
Jour de fête |
Regisseur, co-scenarist, acteur |
Langspeelfilm |
1953 |
Les Vacances de Monsieur Hulot |
Regisseur, co-scenarist, acteur |
Langspeelfilm |
1958 |
Mon Oncle |
Regisseur, co-scenarist, acteur |
Langspeelfilm |
1967 |
Cours du Soir (N. Ribowski) |
Acteur |
Kortfilm |
1967 |
Playtime |
Regisseur, scenarist, acteur |
Langspeelfilm |
1971 |
Trafic |
Regisseur, co-scenarist, acteur |
Langspeelfilm |
1973 |
Parade |
Regisseur, scenarist, acteur |
Langspeelfilm |
2. Behaalde titels
Titel |
Film |
Jaar |
Gelegenheid |
Beste scenario |
Jour de fête |
1949 |
Filmfestival Venetië |
Max Linderprijs (Frankrijk) |
L’Ecole des facteurs |
1949 |
/ |
Louis Dellucprijs |
Les Vacances de Monsieur Hulot |
1953 |
/ |
Best Foreign Film (gewonnen) |
Mon Oncle |
1958 |
Academy Awards |
Competing Film (nominatie) |
Mon Oncle |
1958 |
Cannes Film Festival |
Special Jury Prize (gewonnen) |
Mon Oncle |
1958 |
Cannes Film Festival |
5 Best Films (nominatie) |
Mon Oncle |
1958 |
National Board of Review of Motion Pict |
Best Foreign Film (gewonnen) |
Mon Oncle |
1958 |
New York Film Critics Circle |
Grand Prix Nationale des Arts et des Lettres |
/ |
1979 |
/ |
Commandeur des Arts et des Lettres |
? |
? |
? |
D. Extensieve Bibliografie rond Jacques Tati
Online
Op het internet is relatief weinig originele informatie te vinden over Jacques Tati. Het overgrote deel van de ‘hits’ en links leiden tot video-verkoopsites. Dit komt doordat het auteursrecht en het familiaal patrimonium streng bewaakt wordt door zijn nazaten, Sophie en Pierre Tatischeff. Ook hommagesites op het internet kunnen niet door de beugel en worden tot sluiting gedwongen. Enkele summiere besprekingen en een handvol afbeeldingen kwamen wel boven water, maar zijn helaas de moeite van het vermelden niet waard.
Algemeen
HESLING, W. Audiovisuele Communicatie, Leuven 2001
HESLING, W. Film en het postmoderne historische bewustzijn, in: , Onze Alma Mater (mei 1999), p.233-53, s.d., Leuven1946-
International Dictionary of Films and Filmmakers. 2. Directors, Chicago 1990-1994
GEEVERS, M. Wie is Wie in de film, Haarlem 1987, 617p. ill.
Interviews
Arts, 26 maart 1958 (over Mon Oncle}
Cahiers du cinéma, nr. 199, maart 1968 (over Play-time)
Cahiers du cinéma, nr. 239, september 1979
Cinématographe, nr. 85, januari 1983
France-Observateur, 27 april 1961
Interview met E. Burcksen in Cinématographe (Parijs), mei 1977
Interview met J. Badal en F. Truffaut, in: Cahiers du cinéma, nr. 83, mei 1958
Interview met M. Makeieff, in: Cinématographe (Parijs), januari 1985
Tati speaks, met Harold Woodside, in: Take one (Montreal), nr.6 (1969)
Télérama, 17 december 1967
Témoignage Chrétien, 8 mei 1959
Monografieën
AGEL, G. Hulot parmi nous, Parijs 1959
Bazin, A. Qu'est ce-que Ie cinema, Londen 1958
BELLOS, D. Jacques Tati: his life and art, Harvill Press 2000, 400p.
Carrière, J.C. Monsieur Hulot's Holiday, New York 1959
Carrière, J.C.; TATI, J.; ETAIX, P. Oom Hulot, in: Fontein-boekerij (12), s.d., Utrecht
Cauliez, A. Jacques Tati, Parijs 1968
Chion, M. Jacques Tati, Parijs 1987
Dondey, M. Jacques Tati, Parijs 1989
FISCHER, L. 'Homo ludens': an analysis of four films by Jacques Tati, doctoraatsverhandeling, New York 1978, 379p.
Fischer, L. Jacques Tati: A Guide to References and Resources,Boston 1983
Gilliatt, P. Jacques Tati, Londen 1976
Harding, J. Jacques Tati: Frame by Frame, Londen 1984
Jacques Tati : humor y cine moderno, Valencia 1999, 123 p. : ill.
Kermabon, J. Les vacances de M. Hulot de Jacques Tati, in: Long métrage (1), Crisnée België 1988
Kerr, W. The Silent Clowns, New York 1975
Maddock, B. The Films of Jacques Tati, Metuchen (New Jersey) 1977
Mast, G. The Comic Mind, New York 19792
NEPOTI, R. Jacques Tati, Firenze 1978, 129 p.
RAMIREZ, F. en ROLOT, C. Mon Oncle: étude critique, Poitiers 1993
Sadoul, G. The French Film, Londen 1953
TATISHEFF, S. Tati sur les pas d’Hulot, reeks: Les films de ma vie, Parijs 1989 [VIDEO]
Artikels
Amengual, B. L’étrange comique de Mr. Tati, in: Cahiers du cinéma, nr.32-34 (1954)
Armes, R. The Comic Art of Jacques Tati, in: Screen (Londen), februari 1970
Bazin, A. M. Hulot et le temps, in: Esprit (mei 1953) en in: Qu’est-ce que le cinéma?, nr.7 (1975)
Bellos, D. Articles - Tati and America: Jour de fête and the Blum-Byrnes Agreement of 1946, in: French cultural studies, nr.10 (1999), p.145-160 (16)
BEYLIE, C. Jacques Tati inconnu, in: Cinéma 57, nr. 23
Boland, B. L'autre monde de Hulot, in: Cahiers du cinéma, nr. 239, september 1979
Borden, I. Material Sounds: Jacques Tati and Modern Architecture, in: Architectural design, nr.70 (2000), p.26-31 (6)
Bory, J.L. L'esprit de finesse, in: Le Nouvel Observateur, 27 december 1967 (over Playtime)
Burch, N. Notes sur la forme chez Tati, in: Cahiers du cinéma, nr. 199, maart 1968
Carrière, J.-C. Comedie a la Francaise, in: American Film (New York), december 1985
CHION, M. La vache et le meuh, in: Le son au cinéma, 1985
CHION, M. La voix au cinéma, 1982
Coe, J. en Bellos, D. Jacques Tati, in: The London review of books, Vol. 21 (nr. 24), 1999, p.30-31 (2)
Coward,D. en Bellos, D. Jacques Tati - His life and art, in: The Times, nr.5044 (1999), p.5
Dale, R.C., Playtime and Traffic, Two New Tati's, in: Film Quarterly (Berkeley), nr. 2, (1972-73)
Daney, S. Eloge de Tati, (hernomen in: La rampe, Cahiers du cinéma, 1983)
Dereymaeker, J. Mon oncle, in: Mediafilm, nr. 202/203 (1993), p. 101-109.
DONIOL-VOLCROZE, J. Tati sur les pattes d’oiseau, in: Cahiers du cinéma, nr. 82
Fawell, J. Sound and Silence, Image and Invisibility in Jacques Tati's "Mon Oncle Oncle", in: Literature film quarterly, nr.18 (1990), p.221
Fieschi, J.A. Le carrefour Tati, in: Cahiers du cinéma, nr. 199, maart 1968
Fischer, L. Jour de fète: Americans in Paris, in: Film Criticism (Meadville, Pennsylvania), winter 1983
Gilliatt, P. Chez Tati, in: The London review of books, Vol. 4, nr. 24 (dec-1982), p.8
Henry, J.J. Claquez vos portes sur un silence d'or, note sur le son chez Tati, in: Cahiers du cinéma, nr. 239, september 1979
HILLIKER, L. Hulot vs. the 1950s: Tati, Technology and Mediation, in: Journal of Popular Culture (september 1998), s.d., Bowling Green (Ohio)
Houston, P., Conscience and Comedy, in: Sight and Sound (Londen), zomer/herfst 1959
Hulot, N. Les vacances de M. Hulot - campe en ce moment quelque part en Corse avec son chien Pichu, in: Le point, nr.1199 (1995), p.54-57 (4)
JacquesTati Issue, in: Cinéma (Paris), januari 1983
Joris, L. Mon oncle, in: Film en televisie, nr. 432 (1993), p. 34.
Lane, A. THE CRITICS - BOOKS - David Bellos's "Jacques Tati.", in: The New Yorker (13-11-2000), 164-173 (10)
Marcabru, P. Jacques Tati contre l'ironie française, in : Arts (Parijs), nr.8, maart 1961
Martin, P.L. D'un Tati l'autre, in: Cahiers du cinéma, nr. 199, maart 1968
Mayer, A.C., The Art of Jacques Tati, in: Quarterly of Film, Radio, and Television (Berkeley), herfst 1955.
Mr. Hulot, in: The New Yorker, 17 juli 1954.
Ostria, v. JOUR DE FETE DE JACQUES TATI - Couleur locale Entretien avec François Ede et Sophie Tatischeff, in: Cahiers du cinéma : revue mensuelle du cinéma, nr.487 (1995), p.26-33(8)
Ramirez, F.; Rolot, F.; Zants, E. Mon oncle: Jacques Tati, in: The French review, nr.69 (1995), p.359
ROLOT, C. en RAMIREZ, F. Quelques aspects du réalisme dans’Jour de Fête’ de J. Tati, in: Restant, nr.2 (1978)
ROSENBAUM, J. Jacques Tati, in: Cineaste (juni 2000), s.d., New York (bespreking van Jacques Tati van D. Bellos)
Rosenbaum, J. Tati's Democracy, in: Film Comment (New York), mei/juni 1973
Rosenbaum, J. The Death of Hulot, in: Sight and Sound (Londen), lente 1983
Sadoul, G. Cannes : Tati gagne la deuxième manche, in: Les Lettres Françaises. 15 mei 1958 [over Mon Oncle; herdrukt in: Chroniques du cinéma français, vol. 1, I939-1967; éd. 10-18, 1979]
Schefer, J.-L., Monsieur Tati, in : Cahiers du Cinéma (Paris), december 1982
Schefer, J.L. La vitrine, in: Cahiers du cinéma, nr. 239, september 1979
Sichère, M.A. Jacques Tati: où est l'architecture?, in: Monuments historiques, nr.137 (1985), p.85
Simon, J. Hulot: or The Common Man as Observer and Critic, in: the Yale French Review (New Haven, Connecticut), nr. 23 (1959)
Storr, R. Hulot's Holiday, in: Artforum, nr.34 (1996), p.89 (1)
Strick, Ph. Jour de Fête, in : Films and Filming, mei 1962
Tati Issue, in: Cahiers du Cinéma (Paris), september 1979
Tati: les 50 ans d'un tonton fringueur, in: L'Express, nr.243 (1998), p.80-85
Thompson, K. Parade, a Review of an Unreleased Film, in: Velvet Light Trap (Madison, Wisconsin), nr. 22 (1986)
Thompson, K. Parameters of the Open Film: Les Vacances de Monsieur Hulot, in: Wide Angle (Athens, Ohio), vol. l, nr.4 (1977)
Truffaut, F. Mon Oncle, in : Arts,1958 (Herdrukt in: Les films de ma vie,Flammarion)
Unwerth, E. von Moda, a tribute to Jacques Tati, in: Vogue, nr.582 (1999), p.340-353 (14)
Wolfe, C. Lucy Fischer. Jacques Tati: A Guide to References and Resources, in: Quarterly review of film studies, nr.1 (1985), p.73
WOLINSKI, G. Jacques Tati, in: La revue des deux mondes, maart 1983, p.584
home | lijst scripties | inhoud | vorige | volgende |